34
En /na ik dan nu niet juichen,
Op deez' heugelijken dag,
Nu ikwaarde en dierbre vrienden
Uw geluk aanschouwen mag?
'k Slaak een toon van dankbre vreugde
Op dit plegtig liefdefeest;
Juicht met mij feestgenooten
Juicht met mijverrukt van geest
Ja, de vreugdetoon moog davren!
't Lied der vreugde stijge omhoog,
Nu wij allen hier te zamen
Op uw' heilstaat slaan het oog!
Maar ook met dien toon dor vreugde
Spoort de vriendschap, rein en goed,
Ons tot bidden aan en wenschen,
Met een blij en vol gemoed.
Zegen, ruime milde zegen
Moge rusten op uw' echt,
En de band der huwlijksliefdc
Blijv' onbreekbaar sterk en hecht!
Dat de zon des voorspoeds schijne,
En Gods liefde u steeds bewaak
't Huwlijk u steeds vreugde kweeke,
En geen onheil u genaak!