41 't Leek wel een menschen barricade, Zoo was zijn stoep met volk beladen, Enfin't is nu als 't was voor dezen De wereld wil bedrogen wezen. 't Werd Maandag, er was druk gesjouwd, En hier en daar wat opgebouwd Ja'k zeg met nadrukhier en daar Want waarlijk in geen twintig jaar, Was, wat betreft de kwantiteit Der kramennu ten toon gespreid Zoo luttel en zoo overnaar, Als than3 de aanschouwer werd gewaar En, lettende op de kwaliteit, Der Neurenburger rariteit, En 't geen al verder was te krijgen, Ik kan en wil het niet verzwijgen, 't Was mij zoo nietig en zoo schraal, Zoo prullig en zoo triviaal Zoo arm, aan 't geen den roem vermeêrt, Waarmeê de kunst moet zijn vereerd Die haar gewrochten dikwerf leven Door vorm en kleuren weet te geven Nog jaagt de schaamte een kleur mij aan Als 'k denk, dat 'k ook daar stil kon slaan. 'k Zag bij het wandlen langs de straat Aan brug of hoeken meen'ge plaat 6

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1851 | | pagina 129