55 „Eens, toen wij voor Belgrado streden, Won hij de pijp een' Pacha af, Dien hij, alvorens haar te erlangen, Een wissen doodsteek gaf." „In dat gevecht was buit te halen; Wij velden dapper keer op keer De slecht geslotene gelederen, Van onzen vijand neêr." „Uw krijgsbedrijven hoor ik later, Maar geef mij nu den pijpekop, Als ik daarvoor deez' twee dukaten U in de handen stop." „Het pensioen 't is waar, is luttel, Waarmee men den vet'raan bedeelt; Maar dezen kop! gij krijgt hem nimmer, Hoe ook uw goud mij streelt." „Hoor slechtsEens als wij dapper vochten Om d'. eer voor Vaderland en Vorst, Toen schoot een Turk den braven hoofdman Juist in de linkerborst."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1851 | | pagina 143