17 weder te ontbinden en de zaken op den ouden voet terug te brengen als hem zulks nuttig en noodig zoude voorkomen; of de vergunning werd slechts voor een bepaald getal jaren verleend zoodat het regt tot het bezit van zulk eene be paalde vroedschap van zelf vervielzoodra het privilegie daartoe na verloop van dien tijd niet bekrachtigd en gecontinueerd werd. Het is dus duidelijk, waarom men in oude schriften dikwijls het woord vroedschap gebezigd vindt, voordat er nog vroedschaps-ligchamen bestonden. (1) Men kreeg alzoo in het bestuur der steden een' baljuw of schout en schepenennevens eenige raden eenen raad van 80 40 20of uit een ander vast getal van burgers zamengesteld en eene vroedschap, die uit een onbepaald getal personen bestond. Deze allen waren van elkander onderscheiden want nog lang na de oprigting der vaste vroedschaps-collcgiënof raden van 80 40 20 enz.behielden nogtans zij allen den naam van vroedschapdie daartoe volgens de oude veror deningen behoorden, schoon zij geene leden waren van de vaste vroedschaps-ligchamen. Zulk een' (1) Kluit, D. IV bl. 156 verv. j. j. van hees van berk el Proeve eener beschouwing over Geschiedenis en Staalsregt vooral in betrekking tot ons Vaderland onder de heerschappij der Franken en de regering der graven. Utrecht 1836.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1853 | | pagina 89