laai bestuur van de Delfen reeds in het volgende jaar
tot wethouder en vice-president van den stedelijken raad
verheven (1)
Terwijl hij deze waardigheid bekleedde, werd hem den
13 Maart des jaars 1806 door het Ilof van Justitie van Holland
de tijdelijke waarneming van het Officie Crimineel te dezer
stede opgedragen, in afwachting van den uitslag der proce
dures, die tegen den gesuspendeerdcn hoofdofficier Mr. Ber
nard johan iuELAT van BULDEREN aanhangig waren. De heer
rijnbende had aanvankelijk eenig bezwaar tegen de aanvaar
ding der hem aangebodene betrekking, omdat het toenmalige
reglement voor de regterlijke magt der stad Schiedamin de
artikelen. 4 en 40, bepaalde, dat niemand te gelijk raad en
regter of ook raad en hoofdofficier mogt zijn. Nadat echter
het hof uitdrukkelijk als zijne meening had te kennen gege
ven dat deze bepaling alleen toepasselijk kon geacht worden
op een' effectivenmaar geenszins op een' tijdelijken hoofd
officier, en er op aandrong dat hij do hem opgedragcne
moeijelijke post aanvaarden mogt, bewilligde hij daarin, en
vervulde hij die met juistheid, gestrengheid en nogtans zon
der de achting en liefde zijner medeburgers daaraan ten offer
te brengen, gedurende den tijd van drie jaren. In 1809 werd
namelijk de heer pielat van bulderen, nadat het hof van
justitie en de procureur-generaal des Konings do procedures
(1Het Reglement voor bet Gemeentebestuur van Schiedam
van 4 October 1802, bepaalde, dat (Ie Raad in drie kaniers
elk van vier leden, verdeeld moest zijn Ie weten een van
Wethouders, een van Financiën en een van Fabrikaadje. Di! de
kamer van Wel houders werden de Preside n l en de V ice-president
van den raad gekozen, die ieder drie maanden fungeerden;
na den afloop van elke drie maanden werd de Vice-president
President, en werd een ander lid voor de volgende drie maan
den lot Vice-president benoemd. Ten gevolge van de veranderde
indeeling der Republiek behoorde Schiedam toen tot liet De
partement Holland