29
benoeming. Hartelijk werd die beantwoord door ruimeifeesten,
die in al de godshuizenarmenscholen en liefdadige inrigtingen
met. milde hand den bewoners en leerlingen daarvan door
hem gegeven werden, terwijl een luisterrijke maaltijd, waar
aan hij weinig tijds daarna al de aanzienlijksten der stedelijke
autoriteiten onthaalde, als het ware er de kroon op zette.
Eene lange reeks van feestdronken drukte daar de goede
verwachtingen uit, die men van den nieuwen burgervader
koesterde, en deze allen worden op eene hartelijke, gepaste
en aan elks eigenaardigen toon geëvenredigde wijze door hem
beantwoord. Aan dezen disch vertoonde de heer rijnbende
zich in al zijne krachtzijne gulheidvrolijkheiddeftigheid
welbespraaktheid en hoffelijkheid doortintelden al de daar
aanwezigen met achting, eerbied en toegenegenheid.
Maar bovenal blonken deze schaars zoo vereenigde hoe
danigheden van den heer rijnbende uit, toen hij het hijzon
der genoegen smaakte vanop den 31 Julij des jaars 1840, den
geliefden koning willem II, op zijne aanhoudende uitnoodi-
gingalhier te ontvangenen Z. M. van do belangrijkheid van
onzen handel, scheepvaart, en nijverheid van de uitmuntende
ligging onzer stad daarvooralsmede van de verknochtheid
onzer ingezetenen aan zijn persoon en aan zijn Huis duidelijker
dan ooit te overtuigen. Wanneer ik van dien, voor elk die
hem bijwoonde onvergctelijken, dag hier eene breedvoerige
beschrijving wilde geven, zoude mijn verhaal daardoor te zeer
gerekt worden, en zou ik eenon overtolligon arbeid verrigten,
omdat zulks reeds door bekwamer hand in het Jaarboekje dezer
Stad van 1847 verrigt werd (1), maar als integrerend deel van
het leven van hemdien wij hier herdenkenzou zij te dezer
plaatse in haar geheel volkomen te huis belmorenwant
ongetwijfeld het was de lieer rijnbende alleen, die do ziel
(1) Zie daaromtrent ook de liottcrd. Courant van 4 Aug.
1848 n«. 93.