ALLEENSPRAAK
«©sEaoeasB.
VAN
Dronken Jaap.
«Hé, daar stapte ik haast bezijëi:;
'k Deed een avcrechtsehen stap;
'k Zou waarachtig mooi gaan glijën;
Jongen! Jongen! wat een grap.
Staat die paal daar niet te dansen?
O! daar gaat hij haast omver;
Kijk! daar wil hij hem verschansen
Achter die betrokken ster.
Wat een gekke, malle kwast!
Sta je dan, zoo waar, niet vast?"
«Ginder rolt het door malkander,
Of het ronde beenen had.
Kijk eens! daar gooit d' een den ander
Met een glas jenever nat.
Hé! die zit daar op zijn hurken
Midden in die baggersloot.
Hoor eens! poef! dat ben de Turken;
Dat 's er zeker woêr een dood.
'k Las 't daar net nog in de krant,
Stroopenbol staat in den brand."
Sebastopul.