WARE VERDIENSTEN.
AAX
ta=—
Wie zijt gij, die met dappre hand
Het wapen voert voor 't Vaderland
En op het bed van eer wilt sneven?
Wie zijt gij, zoo u slechts de roem,
De praalzucht daartoe heeft gedreven,
Of dat m' uw naam met siddring noem?
Wie zijt gij, die in 's Vorsten raad
Den koers bepaalt van 't schip van staat
En 't lot beslist van rijk en volken,
Zoo 't schittren van dien hoogen kring,
De geur van zijne wierookwolkcn
U tot die taak slechts noope en dring?
Wie zijt gijdie in 't achtbaar kleed
Voor burgerregt ter vierschaar treedt,
Voor 't heilig regt van weèuw en weezen,
Zoo gij het onregt niet verfoeit,
't Verlies van gunst u nog doet vreezen,
Of de onspoed, die u tegenloeit?