^8= s© =3=— De geschiedenis van Schiedam, of van zijne voormalige ingezetenenwelke zoo eigenaardig te liuis behoort in het Jaarboekje voor die Stadwerd in vroegere jaargangen daarvan, op uitstekende wijze belandeid door onzen weten- scbappelijkcn stadgenoot Dr. A. Maas en door den ijverigen geschicdvorseher K. J. R. van Harderwijk. De bijval welke hetgeen zij leverden zoo reglmatig verwierf en waar door het overtuigend bewezen worddat het nageslacht niet onverschillig is omtrent het merkwaardige van zijn geboortegrondevenmin als omtrent de daden van lien die zich daar onderscheidden, deed er ons naar streven, om iets te vinden, hetwelk in dien zin van belang kon worden geachtom in dezen jaargangonder het Mengelwerkopge nomen te worden. Als gevolg van dit strevenbieden wij den lezer aanhet eerste gedeelte van een Tijdregister, voorafgegaan door eene korte opmerking van den verzamelaar, door onzen voor- maligen stadgenoot Mr. A. Vinck in zijn bekend Handschrift getrokken uit onderscheidene schrijvers, met opgave zijner bronnen en met behoud van den oorspronkelijken stijl dier schrijvers, zijnde alleen de spelling, zooveel mogelijk althans, met de tegenwoordige in overeenstemming gebragt.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1856 | | pagina 75