41 Nog had hij de laatste woorden niet geuit, toen wij ons eensklaps in een' slik donkeren nacht gehuld zagenhet eentoonig gehots en geratel van den wagen werd vervangen door eene geheimzinnige stilte. Wij waren de pleister plaats de Zweth genaderd en don donkeren stal ingereden ten einde de paarden te ververschen. Eindelijk verscheen een manspersoon op klompen met eene groote lantaren die haar licht in schuins- langwerpige strepen door den stal wierp. De geheimzinnige stilte werd afgebroken doorliet nederzetten van emmers en het gretig slurpen der vermoeide paarden. Daarna klonk eene holle stem«Blieven de heeren en dames ook wat te gebruiken Mijn medereizigerde studenteischte op een'hoogen toon, een glas cognac. «Dat hebben we hier niet," zeide de man kortaf. Hij moest zich dus, even als ikmet een teug hier vergenoegenterwijl hij hevig uit voer op de ellendige bedieningen oudwijfsche manier van reizen. Met die teug hier verzoende ik echter mij geheel met do Oud-Vaderlandsche nacht-diligence. O spoorwegen 1 waar zijn uwe eigendommelijke genoegenswaarvoor de mcnsch onwillekeurig voorliefde koestert Bij het uitrijden van den geheimzinnigen stal was het geheel avond gewordenhet laatste rood der zinkende avondzon vloeide door den wagende karperman had zich achterover gedoken ten einde zich in morpheus armen don tijd te korten. Zijno dochter staarde met een' helderen blik naar bovenals wilde zij de sterren tellendie aan den hemel begonnen te flonkeren. Ik weet waarlijk niet jubelde do studentof ik de astronomie daar bovenof in uwe oogen zal moeten studeren mijne schoone De astronomie,antwoordde zij hierop dadelijk, «zoowel de spherischo, theoretische en physischeen de waarneming der onveranderlijke wetten van de beweging dor wereld- ligchamen is een drooge studiedieniets mot hot hart gemeens heeft. Zij is van nut, zoo als de groote natuur-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1857 | | pagina 113