En door Vriendschap werkzaam bleven
de afgescheidnen onderling;
Tot haar magtwoord weêr voreenen
en verbroederen gebood,
Eer zich van eens Eeuwkrings jaartal
andermaal een vierde sloot.
Zoo zoo vloeiden beider namen
weêr harmonisch in elkaar
En hereenigd brengen allen
de offers weêr op 't zelfde altaar.
Klinke dan in jubeltoonen
IJ ter eer nu 't feestlijk lied
Vriendschapdiewaar gij wilt wonen
Leven bloei en vreugd gebiedt.
Voed bij deze stichting 't leven
Door uw adem haar gegeven
En versterk der zwakken kracht
Zoo dat nog een reeks van jaren
Haar, in weerwil der bezwaren,
In de Toekomst tegenlacht.
Blijf de Schutsgeest van deez' Tempel
Die door U eens werd gesticht;
Op elk offer druk uw stempel
En bestraal het met uw licht
Blijve uw vuur elks hart ontgloeijen:
Zoo moog' deze kring ook bloeijen
Trots den voortgesnelden tijd
En zij eens, door later neven,
Nog door uwen geest gedreven
Hooger feesttoon U gewijd.
II. MAUONIF.fi.