4
1513.
In dozen tijd geschiodde ten platten lando veel moedwil
en overlast door de bedelaarsdie onder pretext van bede
len niets deden als stelen en de huislieden dagelijks lastig
vallenderhalve werd te Schiedam een zeer scherp plakaat
afgekondigd tegen alle lerwantenbedelaars en spekhaal-
ders (zoo werden zij daarin genoemd)en daarbij werden
zij geordonneerd om aan de kaakmet een spijker door
oen oorgehecht te worden en daar zoo lang te staan
tot dat zij zich losmaakten en voorts werden zij ten eeuwi
gen dage uit het land gebannen. VeliusChron. van
Hoorn, bl. 184.
1514.
Op St. Jeroensdagden 30 van Herfstmaandhad men
bier te lande weder een vreeselijken stormwind en lioogen
watervloed zoodat de dijken alom zeer beschadigd werden. (1)
1515.
Den 3 van zomermaand is Karel van Oostenrijk nu
tot zijne jaren gekomen zijndete Dordrecht ingehuldigd,
in tegenwoordigheid der Landvoogdesvan den Stadhouder
van HollandFloris van Egmond en der Raden des Hofs.
De gemagtigden der steden waren hier ook in aanmerkelijken
getale verschenen en deden den gewonen eednadat de
Graaf hun eerst gezworen had. Supplem. Handvesten
van Schiedam. No. XXXVII.
Prins Karel de regering over Holland en de verdere
Nederlanden aanvaard hebbende, toonde terstond dat hij
voor niemand zijner voorzaten wilde wijken in het oefenen
van een volstrekt gezag over 's lands zaken want hij benam
aan do Hoogheemraadschappen van Rhijn-, Delf- en Schieland
(1) Dezen watervloed brengen eenige schrijvers in do jaren
1512,1514 en 1515.