15
beveiliging der haringvisscherijdie in liet vorige najaartot
groot nadeel voor deze stadgenoegzaam gestaakt werd.
Vele beraadslagingen werden hierover gevoerden eindelijk
kwam men eerst in Oogstmaand overeen »dat de steden en
vlekken zich met de haringvaart generendeacht oorlog
schepen in zee zouden brengen mits daarentegen genietende,
1. twee gulden van ieder last haring, welke de eerste
reis gevangen werden daarna een lastgeld naar belmoren;
2. hun aandeel in twaalfduizend guldendie de Landvoog
des tot bescherming der visschorij zou voorschietenwelk
aandeel op zesduizend gulden begroot werd3. de drie
duizend guldendie het gemeene land beloofd had te zul
len opbrengen. De acht schepen werden terstond gereed
gemaakt. Delft en Rotterdam bragten er elk twee in zee.
Schiedam met DrielleGoedereede Dommene Vlaardin-
gen en andere vlekken ook twee en Enkhuizen een gelijk
getalwaardoor men de haringvaartvoor dit jaargetijde
genoegzaam beschermd rekende. Doch men bedroog zich.
Er werden omstreeks vijftig huizen genomen. Mr. Aart
van der Goes Regist. op het jaar 1552.
Den 20 van Hooimaand werd weder bij een afgekondigd
plakaat verboden: dat geene huizen in zee zouden loopen voor
dat de oorlogschepen gereed waren dit zag wederom op het
Schiedamsche Cogge-schip om dit ten oorlog uit te rusten.
M. S. Resclirijv. van Schiedambl. 92.
Men betaalde te dezer tijd ook te Schiedam een schoor-
steengeldter te gemoetkoming in de kosten van den oorlog
tegen Frankrijk.
1553.
Keizer Karel V vorderde dit jaar van de Staten van Hol
land een bede van driehonderdduizend guldendie ten
deele op de schildtalen werden omgeslagenterwijl de groote