63 4. Gebeurtenissen uit de regering van Filips den Goede en Karel den Stoute Sedert is Schiedamgedurende de regering van Filips den Goedeweinig of niet in zaken van algemeen belang den 1 Mei 1409 de ambachtsheerlijkheid van Oudersc/iie met al haar toebehooren in erfleen van graaf Willem VI. (v. M. I). IV. hl. 119.) Ten tweede male, en veel erger dan in 1351, werd het in 1426 door de oorlogswoede geteisterd, toen de Hoekschen onder Wilibh Nagel het, te gelijk met Hillegersberg KralingenStarrcnburgSpicringshoek en lFenageheel verwoestten, terwijl het in het bezit van Engelbrecut of Egbert van Spangen was, die (I oven hl. 59) zelf als ijverig Hoekschgezind vermeld wordt. Waren de Kennemers welligt fel op hem gel eten, omdat hij hunne zijde verlaten had? ln 1453 werd het door Filips van Spangen andermaal herbouwd, maar niet zoo groot als het te voren was. Voor de derde maal ondervond het de rampen des krijgs, gedurende den Jonker-Fransen-oorlog in 1489, van de Hoeksche Kotterdammers. Na het eindigen van dezen oorlog voerde Filips van Spangen een regtsgeding ter verkrijging van schadevergoeding daarvoor van de grafelijkheid van Hollandmet dezen uitsla&r, dat de staten door het hof veroordeeld werden hem 600 ponden Hollandschte I ctalen. In 1572 behoorde het slot van Spangen tot de sterkten, die het eerst aan de Watergeuzen in handen, vielen. Haar het echter den prinsgezinden te moeijelijk was het be hoorlijk bezet te houden, werd het in 1573, waarschijnlijk uit vrees, dat de Spanjaarden het lemagtigen en zich daarin nestelen zchidcn, door de Delvenaars verwoest. Sedert dien tijd heeft men het niet meer hersteld. De bouwvallen van dit kasteel hebben tot voor ongeveer

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1862 | | pagina 137