10
Na ilc vestiging der kapel aan de Scliie, bleef er gedurig
veel land uit de Maas aanslibben, dat do uitwatering der
Schie belemmerde. Men moet hierbij in bet oog bonden,
ilnt de bedding der rivieren toen lager was dan thans, zoo
dat bet overtollige water zich van zelf in de Schie ver
zamelde en daaruit bij ebbe in de Maas vloeide. Ter
herstelling der uitwatering dus, groef men door de nieuw
aangespoelde gorzen, die allengskens hooger dan de bodem
der Schie waren geworden, tot in de diepte der rivier een
verlengstuk daaraan, dat men bij onderscheiding do Nieuwe
Schie noemde. Het was vermoedelijk reeds in de elfde of
twaalfde eeuw dat men op de uiterwaarde, nabij den tocn-
maligen mond der Schie een kasteel bouwdeaan den oever
der Maas gelegenen daarom bet Huis te Rivier of aan de
Rivier geheeten. Immers in eenen giftbrief van Aleid van
Henegouwen van 1274-, waarbij zij aan die van Schiedam
eigene wetten en keuren gaf, werd deze plaats bare nieuwe
stad bij bet Iluis te Rivier, en werden bare inwoners de
poorlercn van Rivier genaamd; betgeen bewijst, dat dit
kasteel toen reeds algemeen bekend en in aanzien was. Het
schijnt oorspronkelijk eene grafelijke bezitting geweest te
zijn, alzoo bet later onmiddclijk leenroerig van de Graven
van Holland wasen door ben aan de Hoeren van Matenesse
in leen gegeven werd. Wolligt gebruikten de Graven bet
voor een tolhuis, gelijk er vele langs onze rivieren be
aan bet klooster te Hg mond nevens andere goederenin
IJarragen elf mensen en een vierendeel" gaf. De overeenkomst
der woorden Ilaratjo en Harrarjvn is tc groot en het aantal
plaatsen, die in de 10de eeuw reeds eigen namen droegen, te
klein, om ze voor de namen van twee verschillende kapellen,
kerken of plaatsen te bonden. - Een mansc is 12 morgen
lands. 7ie dezelfde Kronijk, 4de Div. 13de cap.