17
3. Uitbreiding der plaatsverheffing tot ecne stad.
Hierbij breidde vrouw Aleid haar gebied te dezer plaatse aan
merkelijk uit door den aankoop der goederen die Diederik,
Heer van Wassenaar, ten westen en ten noorden van de
Schie en buiten den Maasdijk bezat, met bet geregt en de
visscherij van den Ouden-dam tot in de Maas, voor welk
een en ander zij hein de destijds aanzienlijke som van
honderd pond Hollandsche penningen betalen moest (1).
Dus kwam al het land van en om Schiedam onder
dezelfde heerschappij van Aleid van Henegouwen, door
wier vermogenden invloed op den jeugdigen graaf de in
woners (in 1273,1 door dozen, ter gunste zijner moei, niet
slechts van de boven vermelde, maar van al do tollen door
al zijne landen werden vrijgesteld (2).
Schoon Schiedamgelijk de meeste andere stedenwaar
schijnlijk in den beginne een dorp of vlek geweest is, waarvan
de inwoners onbepaald afhankelijk waren van den heer of
de vrouw, blijkt het echter uit een stuk van graaf Floris V
van 1270, dat de ingezetenen destijds reeds vrije poorters
warenniettegenstaande zij nog geenc eigene wetten en
keuren bezaten (3), die bun eerst in 1274- door vrouw
Aleid gegeven werden (4).
(1) 18 Maart 1271. v. M. I. 355 en 365.
(2) 24 Nov. 1273. v. M. I. 370, 371.
(3) v. M. t. a. pi. I. 355, in hetzelfde stuk waarinde
Schiedammers van de tollen teAmmers enz. werden vrijgesteld.
(4) Altirg, Notit. Germ. Infer. P. 11. p. 155, en
var Meissen on van ltiJRin de Oudheden en Gestichten
van Zuid-Hulland en van ScfielandLeiden 1725. fol.
11. 111. hi. 652, hebben geschreven dat Schiedam in 1299
nog ecu dorp was, en haalden daarbij Melis Stoke aan.
Men zoude ligtelijk gelooven wat uit zulk eene bron geput
