i
Maria regeerde slechts kort. Zij overleed in 1482, en
werd door haar vierjarig zoontje, Filips van Oostenrijk,
bijgenaamd den Schoone, onder de voogdijschap van zijnen
vader Maximiliaan opgevolgd.
Gedurende deze voogdijschap barstte de oorlog tusschen
Hoekschen en Kabeljaauwschen met vernieuwde woede uit,
om weldra met de volledige zegepraal der laatstgenoemden
te eindigen. Daar in dezen laatsten strijd de Hoekschen aan
gevoerd werden door jonker Frans van Brederode, wordt
die in de geschiedenis doorgaans de Jonker-Fransen-oorlog
genoemd. Onder dien naam werd hij in do eerste helft der
voorgaande eeuw zeer naauwkeurig en breedvoerig beschreven
door Cornelis van Alkemade, hoofdzakelijk naar de hand
schriften van zekeren Willem van der Si.uis. Vele zeer be
langrijke gebeurtenissen van dien oorlog, grepen in en nabij
Schiedam plaats. Terwijl ik die thans ga verhalen, zal ik
de berigten van van Alkemade eenigzins verkort overnemen
en mij maar enkele kleine afwijkingen veroorloven ter ver
mijding der partijdigheid voor van Brederode en de zaak
der Hoekschendie bij van Alkemade te sterk uitkomt.
2. Aanleiding tot en aanvang van den Jonker-
Fransen-oorlog. Eerste ontmoeting der Hoekschen
met de burgers van Schiedam.
Nadat er in 1488 belangrijke onlusten in Vlaanderen
tusschen do ingezetenen en hertog Maximiliaan, die toen
Roomsch koning geworden waswegens velerlei bezwaren
tegen zijne wijze van regeren, waren uitgebroken; en
Maximiliaan zelfs te Brugge in hechtenis was genomen;
trokken de Ilollandsche en Zeeuwsche steden, waar do
Kabeljaauwschen aan het bewind waren, zijne partij. Zij
trachtten hem in vrijheid te doen stellendoch zulks gelukte
niet, en het duurde negen maanden eer de Vlamingen hem