11
burgers verzeldin de noodige vaartuigen afgezondenom
den Hoekschcn op de Maas den terugkeer naar Rotterdam
te beletten, en hun zoo mogelijk het geroofde weder te
ontnemen. Tusschen Schiedam en Vlaardingen ontmoetten
de vijandige schepen elkander, en ontstond er een allerhevigst
gevecht, waarin van beide zijden met grooten moed ge
streden werd. Gedurende twee uren bleef de kans onbeslist,
doch na dien tijd kregen de Rotterdammers de overhand.
Nogmaals trof liet ongeluk de Kabeljaauwschendie met de
bitterste teleurstelling over het mislukken hunner pogingen,
en met verlies van twee schuilen naar de haven van
Schiedam de wijk moesten nemen. Het getal hunner doodcn
wordt niet genoemd; doch de Rotierdammers verloren 12
manschappen en een roeijagt, dat in den grond geboord was.
Des namiddags te 4 ure kwamen de plunderaars met eenen
aanzienlijken buit in hun roofhol terug (1).
Intusschen (dus leest men bij den Hoekschgezinden van
Alkejiade) rigtte Jan van Montfooiit groote schaden van uit
Woerden aan, en maakte al de wegen en wateren onveilig.
Zelfs wist hij eenige rijke burgers van lloorn, met vele koop
goederen bij zich, gevangen te nemen, en dwong die tot zulke
zware losgelden, dat sommige niet alleen van hunne welvaart
beroofd, maar tot den bedelzak gebragt werden (2).
5. Maximiliaans komst in Holland. Ontmoetingen
te Delfshaven en aan de overzijde der Maas.
Gedurende al deze onrust zat Maximiliaan niet stil. Terwijl
de Hoekschen roofden en brandschattedenverzamelde
hij eenig Gcldersch en Kleefsch krijgsvolk (3)trok daarmede
(1) v. Alk., bl. 107, 108.
(2) v. ALK.,bl. 109.
(3) v. Alk., bl. 115. Vergel.de DivisieKronyk, 31ste Div.