11
weldra door de behoefte aan levensmiddelen genoodzaakt
op nieuw strooptogten te ondernomen. Thans waren het de
dorpen van Over-Maas, die zij zich ter prooi hadden uitge
kozen. Op den C Februarij voeren namelijk Joris van
Brederode en Daniel Lepeltak met 300 man in 9 roei-
jagten de Maas af, tot juist tegenover Schiedam. Hier
stapten zij aan walvielen met woest getier op de dorpen
Bhoon en Poortugaal en het Huis Valkenstein aan, roofden
en plunderden daar al wat onder hun bereik vielen nood
zaakten in hot eind de landlieden den buit met hunne eigene
wagens naar de vaartuigen te voeren terwijl zij op hunnen
terugtogt in dollen overmoed nog vele woningen en schuren
der ongelukkige landbewoners in brand staken, want
zulk eene bezigheid was hun een spel geworden. Zeer duur
kwam hun echter thans dit spel te stade. Gelijk die van
Schiedam zich altijd ijverig hadden betoond in het bestrijden
van de gruwelen der Rotterdammersbleven zij ook nu
daarin niet achterlijk. Door do vlammen der brandende
huizen en schuren verwittigd van de plaats waar de vijand
zich bevondstaken erterwijl de Hoekschen bun wreed
aardig spel dreven eenige schepen met krijgsvolk van
Schiedam de Maas over, en overvielen de jagten die slechts
door weinig volk bewaakt werden. Vier jagten met eenige
manschappen vielen den Schiedammers in handen, terwijl zij,
die in de vijf overige gebleven warenzich reddeden door
aanstonds, zoodra zij zagen dat er te Schiedam eenige
schepen van wal stakensterk roeijende naar Botterdam te
vlugten. Nu stapten ook de Schiedammers aan land en
ontmoetten de roovers met den buit weldra op den dijk.
Er ontstond een hevig gevecht. De Rotterdammers werden
van den dijk gedrongen enop de vlugt gejaagdkon geen
hunner de welverdiende straf ontkomenwant die het
staal des krijgsvolks ontweekviel in de handen der boeren.
Allen sneuvelden werden doodgeslagen of gevangen geno-
