21 ten zulks onopgemerkt, doch toen hij onophoudelijk hleef razen en daarenboven gedurig met zware steenen tegen de poort wierp, werden er 12 manschappen uilgezondenom naar de oorzaak van dat geweld onderzoek te doen. Deze vatten zijn paard bij den toom en namen hem gevangen. Men hragt hem in het wachthuismaar de ruiter gedroeg zich altijd even uitzinnigsloeg allen die hij hereiken kon om de ooren, lachte nu eens dat het schaterde, en schuim bekte dan weder als een woedende. Hierbij riep hij zonder ophouden »Frans van Bbedeiiode wil ik zien! Ik wil Jon ker Fbans spreken Men trachtte hem te bedaren doch te vergeefszijn geroep om den stadvoogd hield aan en wilde men zijne woede niet gestadig doen toenemenzoo oordeelde men het noodig, aan zijn verlangen te voldoen. Daar dit zonderlinge voorval hij het aanbreken van den dag de geheele bevolking uit nieuwsgierigheid in beweging hragt, beval Bredebode den gevangene voor hem te brengen, en, overeenkomstig zijn verzoek, eenige oogenblikken met hem alleen te laten. Zoodra de ruiter met Dbeuebode alleen wasgaf hij hem te kennendat hij zich slechts krankzinnig geveinsd had en dat hij hem berigt van zijne vrienden te Schiedam hragt. Hij herinnerde hem aan den tijddie voor het begin van den opstand der bezetting van Schiedam en den gelijktij- digen aanval van buiten bestemd was, en verzocht, dat Gerabd van Houten en de vier andere ruiters, die leRotterdam gebleven warenals wegwijzers den aanslag zouden helpen ten uitvoer brengendoor het krijgsvolk langs geheime wegen tot digt onder de stad te leidenom op het hooren van bet afgesproken teeken met het bestemde veldgeschreeuw, te gelijk van binnen en van buiten te kunnen aanvallen. Hierop openbaarde Brederode het geheim, waarin tot nu toe slechts zeer weinigen gedeeld haddenaan al zijne krijgs hoofden en las hun den zou even ontvangen brief voor.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1863 | | pagina 97