24 »Datriep de liand'Iaar, «moet gewraakt! #'t Is strijdig met tractaten Wantals me aan kooplien's beurzen raakt Dan worden ze advocaten. Dock aan dien tol moest perk gezet Dat voelden zelfs de grooten En tot beleefd maar fiks verzet Werd in 's lands Raad besloten. Een drietal mannen fier en vroed Toog weldra Deenwaarts henen Maar om 't gezantschap zeek'ren gloed En invloed te vcrleenen Verzelde het een oorlogsvloot Van meer dan veertig kielen; Die, schoon zich geen kanon ontsloot, Den vorst maar niet bevielen. Vooral die Witte, de admiraal, i)Vechtgraegheid" meest geheten. Die held, gewoon aan zegepraal, Deed 't Deensche volkje zweeten. En waarlijk met het volste regt Moest hij bezorgdheid wekken: Want wie niet deinst voor 't heetst gevecht. Daar valt niet mee te gekken. Verbeeldt u welk een schuinsche klant: Ilij was Men'nist geboren En moest dus, hoe ook aangerand, Zijn wraak- en kloplust smoren.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1864 | | pagina 100