20 biddelijk wreken zal." »Ik licb liet wol gedacht, dat dit bij Laible vuur zou vatten," zcide de bevelhebber lag- chend, «hij neemt de zaak veel te hoog op! Men moet echter zorgen dat de ruziemaker zonder verder geraas met fatsoen naar huis komt!" Hieraan was gemakkelijk, en zonder vee! opzien te ver wekken te voldoen, want hot was inmiddels donker geworden. Gaarne had de brigadier Zluhan voor zijn schoone danseres de aanleiding van dat rumoer verborgen gehoudenmaar dat was niet mogelijk, en hij hield het maar het best, het lieve meisje alles mede te deelcn, terwijl hij het innig be treurde, dat hij zelf de aanleidende oorzaak er van was. «Wees daarom niet boos op mij," smeekte hij, de kleine hand zijner danseres vattende, die zij hem gaarne liet. «Boos?" zcide zij zacht en sloeg hare lieftallige oogen op den spreker, «boos?" herhaalde zij, «voorzeker niet; ik vrees maar, dat vader weder ziek zal worden, zoo als meestal, wanneer hij toornig zijnde veel wijn drinkt!"«Ziek?" vraagde de jonge ruiter verschrikt, «ik meende, dat hij hot zoo goed kon verdragen, als iemand! Mijn hemel! had ik dat geweten, dan zou de grap niet gebeurd zijn. Ik zal vriend Laible naar huis geleiden en weer in zijn humeur trachten te brengen." »0 neen, dat volstrekt niet!" zeide liet meisje op vasten toon. «Zijn woede kon op nieuw opgewekt wordenals hij u ziet, en wie weet «Zoo als gij verkiest" antwoordde de jonge manhet meisje veelboteekenend de hand drukkende. «Beloof mij, spoedig ecnig berigt van den toestand van uw vader te zenden?" Zij beloofde het en heide namen afscheid van elkander. Voor mijnheer Laible was alzoo de huidige dag, helaas! alles behalve schitterend en gelukkig geweest, zoo als hij zoo zeker en vrolijk gedacht had. Zijn hupscho dochter had maar al te zeer gelijk. De ongelukkige geschiedenis had den goeden man in der daad

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1869 | | pagina 108