22
blik van den fraaijen uniform, waarin liij zelf zoo dikwijls
en met zoo veel genoegen geschillcrd had. «Mijne vrien
den!" zeide bij eindelijk met zwakke, bijna wegstervende
stem: «Nog een kleine wijle, en gij zult mij niet meer
kunnen zien. De sergeant-majoor zal mijn naam van do lijst
der kompagnie schrappen en een zwart kruis daar boven
plaatsen. Mijn geest echter zal in uwe gelederen blijven en
onzigtbaar met u marschcren in gelid en pas. Ik scheid met
smart uit uw midden, en zeer ongaarne, zoo waar ik"
voegde hij er snikkend bij «mijn geheel leven lang
L a i b 1 o geheeten heb."
Diep geroerd door deze woorden haalden de heeren korps
kameraden onwillekeurig en om het schielijkst hunne zak
doeken te voorschijn en streken daarmede over de oogen,
neus en snorbaard.
«Laible!" zeide een met onderdrukte bevende stem en
soldaten vrijmoedigheid, «Laible, wees niet dwaas, gij
sterft nog niet!"
«Gij hebt in lange uw laatste woord nog niet gesproken"
voegde een ander daarbij.
»0 mijne vrienden!" antwoordde mijnheer Laible glim-
lagchend, «Ik bedank u hartelijk voor deze kameraadschap
pelijke misleiding, zij is goed gemeend. Ik sterf echter
gaarne, daar ik vast overtuigd ben, dat gij mij het ge
tuigenis zult gevendat ik steeds een echte burger-schutter
en een goed kameraad ben geweest."
«Dat zijt gij; daaraan licht gij nooit te kort gedaan!"
bevestigden allen eenparig.
Laible lachte tevreden; daarop vraagde hij na een korte
pauze: «zult gij mij een militaire begrafenis geven?"
«Ja, geheel zoo als het een wakkeren burger-schutter
toekomt."
«En niet waar, de chakot komt ook op de lijkkist en
de sabel
Wel zeker, en twaalf man in uniform dragen de lijkbaar."