7
1361 don vrijen handel op alle markten van Zweden en
Noorwegen werd verzekerd.
Verbazend waren de winsten, die door de leden van bot
verbond in den loop des lijds werden gemaakt. Zou bet
anders ook mogelijk zijn geweest, dat eene Maatschappij
van kooplieden, gelijk in 1428 geschiedde, de Ilolsteiners
met 250 wel bemande schepen, benevens 12000 soldaten
tegen den koning van Denemarken, der Ilanse erfvijand,
kon bijstaan?
Ten gevolge van dien voorspoed werd de trots en de
hooghartigheid der kooplieden echter zoo groot, dat hierin
een der eerste kiemen van het verval der Ilanse te zoeken
is. De groote macht verlokte haar tot daden van geweld
en onrecht en deed de Maatschappij zich met zaken bemoeien,
die volstrekt niet tot haar werkkring behoorden.
Zekere Sven Sture, onder anderen, stond, op aanraden
van de Lubecksche kooplieden naar den Zwecdschen troon.
Toen hij echter zwarigheden maakte, om de zaak door te
zetten, sprak de burgemeester van Lubeck, Marcos Meijer,
hem aldus aan «Wij, heeren van Lubeck zijn rijk. Al wat
ge bij de ondernoming verliest, zullen we u viervoudig
weergeven." Zoodanige handelingen openden den vorsten
de oogen, en deden hen besluiten, de overmoedige koop
lieden te trotseeren en hunne macht te breidelen.
Door hare daden van geweld had zij dan ook reeds voor het
einde van de vijftiende eeuw haar invloed in Moscovië en Rus
land verloren. Bij deze oorzaken kwamen vervolgens oneenig-
heden in eigen boezem, die menigvuldiger werden, naarmate
het ledental van den Bond toenam. En het ai te lichtvaardig
uitsluiten van machtige steden, soms wegens geringe wets
overtreding veranderde deze niet zelden van trouwe bond-
genooten in lastige vijanden.
Het kan mede niet geloochend worden, dat de bloei van
de Ilanse den vooruitgang des koophandels van de bijzondere
volken in den weg stond. Nemen we, b. v. ons vaderland.