27
»Naar de Tuilerien!" met een vreesselijken nagalm
gehoorden nogtans hoopte men nog altijd
in het paleis.
Doch dit duurde slechts korten tijd. Den woesten
panther gelijk, die eenmaal bloed heeft geproefd
en nu zich daaraan niet verzadigen kan, drong
de opstand de straten door, naar de Place du Ca-
roussel, zoodat de troepen in het voorportaal van
de Tuilerien moesten teruggetrokken worden
achter het gesloten ijzeren hek.
In het paleis was de anarchie reeds uitge
broken allen liepen wild door elkander en
trachtten zich te redden. Heeren en dames in
zijden en fluweelen hofgowaad hadden bijna ge
heel het anders stereotyp glimlachen vergeten en
stortten de trappen af naar de uitgangen toe
welke hun redding aanboden.
De koninklijke reiswagens, die ontboden waren,
kwamen uit de stallen der rue St. Thomas du
Louvre over de Place du Caroussel rijden. Doch
ook op hetzelfde oogenblik betraden reeds de be
werkers der omwenteling het plein schoten
vielen een voorrijder en verscheiden paarden
stortten getroffen neder en de wagens werden
gedwongen naar de stallen terug te keeren.
Nieuwe ontzetting in de Tuilerien. De prinses
sen schreeuwden luid bij het geknetter der scho
ten de koning zelf sprong uit zijn leuning
stoel opterwijl de heer Cremieuxinde kamer
stormt, en den grijsaard toeroept: Sire, gij hebt
