29
geleiders des konings ontveinzen zich het klim
mende gevaar niet; het volk dringt nader en
nader en hoe ligt kan een kogel de borst van
den grijsaard treffen Voorwaarts derhalve,
voorwaarts naar den grooten obelisk, want daar
wacht een der armzaligste fiacres van Parijs, die
men met moeite voor de vlugt van den koning
magtig heeft kunnen worden. De plek brengt een
voorzeker niet zeer aangename herinnering in
het geheugen: De fiacre wachtte juist op de
zelfde plaats, waar eenmaal de trap van het
schavot der voorouders van den koning stond
Ook bij den koning schijnt die herinnering op te
komen, want hij ziet op en snelt op de ellendige
raderkast toe, die hem redden moet. Doch de
wagen was geheel bezet, de hertogin van Ne
mours heeft zich met hare kinderen daarin ge
borgen. De koning opent zelf het portier, en
vindt den wagen gevuld. «Stijgt uit! Stijgt allen
uit!" roept hij driftig de prinses gehoorzaamde
Lode wijk Philips en zijn gemalin gaan er in
en nemen twee kinderen met zich het por
tier wordt gesloten
«Mijn portefeuille! mijn portefeuille?" roept de
grijaard in angst; de heer C re mi e u x schuift
hem het lijvige stuk toe, dat naauwelijks door
de ruit van het portier kan. Nu weet L o d e w ij k
Philips dat het kostbaarste gered is«Voort!
snel voorwaarts!" roept hij vol ongeduld de koet
sier slaat op het paard los, dat steunend voort-