G keer eene rust bestonddie zich geheel vreemd hield van alle politieke bemoeiing, viel onverwachts een gewapende troep de wachtpost voor de Con- ciergerie aan, doch zij moest voor de aanrukkende troepen weldra wijken. Barbes, de aanvoerder der opstandelingen, had gemeend dat de Franschen rijp waren voor de Republiek. Hij had zich bedrogen; men liet hem in den steek; hij werd gewond en gevangen genomen. Beschuldigd dat hij den luitenant Droineaudie onder de schoten der opstandelingen gevallen was, had doodgeschotenwerd hij voor het gerecht gebracht, waar hij voor zijne rechters de volgende woorden sprak, die den man volkomen doen ken nen. »Ik sta niet op," zeide Barbes, som op de aanklacht te antwoorden; ik zal geen enkele der mij gedane vragen beantwoorden. Was er behalve mij niemand aangeklaagd, dan zou ik zelfs geen woord sprekenwant ik sta niet voor rechters, op wier geweten ik een beroep kan doen, maar voor menschen, die een vijand en staatkundigen tegen stander zullen vonnissen. Be '12de Mei heeft u een menigte gevangenen bezorgd en ten opzichte van dezen heb ik een plicht te vervullen. Ik verklaar dan dat geen der burgers, die met mij den 12den Mei, des namiddags om 3 uur, den gewa- penden aanval ondernamenwist wat er eigen lijk te doen was. Zij waren door het Comité van het «Genootschap der jaargetijden" opgeroepen zonder de reden daarvan te weten eerst toen zij behoorlijk verzameld en van munitie voorzien wa ren gaf ik het signaal tot den gewapenden aanval. De gevangen burgers zijn dus slechts dé slacht offers van mijne verleiding; ik, ik alleen ben de schuldige; zij zijn onschuldig! Ik vertrouw dat deze verklaring voor u voldoende zal zijn. Nog eens verklaar ik, dat ik liet hoofd der samenzwering

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1872 | | pagina 90