Niet altijd gaat met de overvloed
Geluk en vreugd gepaard
Maar wiemet opgeruimd gemoed
Zijn taak volbrengt, zijn plicbt voldoet,
Die vindt genot op aard.
Al vroegin 't koele morgenuur
Vangt onze werktijd aan
En als verjongd, gelijk natuur,
Wordt vergenoegd, met vlijt en vuur
Aan 's meesters eisch voldaan.
't Is prettig als door ons beleid
Het werk wordt daargesteld
Het geeft ons zelftevredenheid
Een loon dat nooit den tragen beidt,
En daarenboven geld.