DE VENUS VAN MURANY. EEN GESCHIEDKUNDIGE NOVEI.I.E. I. 't Was in het jaar i 644. Reeds woedde sedert zes en twintig jaar in Midden-Europa de groote krijg tusschen de Katholieke en Protestantsche mogend heden, de krijg door het nageslacht met den naam van dertigjarigen oorlog bestempeld. Georg Rakoczy, graaf van Transylvanië, had, eindelijk het oor leenende aan de beden van de Hon- gaarsche ontevredenen en van de Zweden, die hem, als prijs van zijn verbond tegen Ferdinand III, de Hongaarsche kroon aanboden, den keizer den hand schoen toegeworpen. De Zweden waren Bohemen en Moravië binnengedrongen, toen R. zijn beroemd manifest, waarin hij alle klachten en bezwaren der Hongaarsche patriotten en inzonderheid die der Evan- gelischen herhaaldeuitvaardigdeen zich als voorvechter van hunne rechten en vrijheden ver klaarde. In geheel Hongarije grepen de onte vredenen naar de wapenen, en R. rukte met een talrijk en geoefend leger aan, om hen bij te staan. Niemand kwam dit bericht van den oorlog, die tengevolge van 't bovengenoemde ontstaan was, meer gelegen dan den jeugdigen bevelhebber van Filek, Frans, vrijheer van W e s s e 1 e n y. Hij zat

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1873 | | pagina 87