33
ding, vol leugens en bedrog en was daardoor ook
zoo leugenachtig geworden, dat zij zelfs zonder
aanleiding draaide en knoeide met de waarheid,
tot zijzelve niet meer begreep wat waar en wat
onwaar was, doch al was dit het geval er
werd niet eens over gedacht om eenig onderzoek
bij haar in te stellen. De moeder was zenuwachtig
en deed in hare agitatie allerlei onsamenhangende
betuigingen, nu eens over de zorg die zij steeds voor het
kind had, dan eens over hare angstige voorgevoelens.
Meer dan eens verzekerde zij, dat zij het niet
zou overleven, als ze haar kind moest missen en
dan weer barstte zij in luid snikken los.
Het was naar om te zien hoe weinig zij zich-
zelve beheerschen kon en het arme kindje werd
er het slachtoffer van. Een oude baker, die met
den volkshoop eerst naar binnen en toen naar buiten
was gedrongen, had zich op nieuw baan gemaakt
en stond nu in de kamer, waar zij als een oud
gediende het roer in handen nam.
Jij moet wat spiritus nemen," zeide zij ge
biedend tegen de vrouw, die eerst beweerde dat
zij niets noodig hadmaar toen toch de druppel
tjes nam. »En dat kind vervolgde baker
»hm, wat zei de dokter?"
»Hij zei dat er niets meer aan te doen was.
We moeten haar zoo maar laten liggen, en dat
is toch hard voor een moeder," jammerde de
vrouw, die het niet eens de moeite waard vond
om de in haar oog zoo ongerijmde verzekering
van den dokter te herhalen.
«Zoolang er leven is, is er hoop," verzekerde
baker, «mij dunkt een kruidenbad. En u?"
Deze vraag werd gericht tot een apotheker uit
de buurt, een man die nog nooit begrepen had
waarom er eigenlijk dokters warendaar men
toch voor «het ware" van de zaak bij hem te
3