15 groetende, ik vraag u: is het niet om zenuwachtig of radeloos te worden, wanneer men, per ongeluk die straat passeerendegenoodzaakt is. die honderden groeten telkens weer te beantwoorden wil men niet voor trotsch of onbeleefd gescholden worden? En wat een aantal gewoonten en gebruiken zijn er niet, vooral op do dorpen, waarnaar men zich dient te schikken om in vrede te kunnen leven Wat een aantal kleingeestige formaliteiten moeten er in acht genomen worden bij geboorte, doop, verkeering, huwelijk, begrafenis, kortom bij een aantal gebeurtenissen in het huiselijk leven waardoor wij in onze vrije beweging belemmerd wor den. En wee hemdie er het eerst de schennende hand aan durft slaan. Spot, hoon en laster, soms nog erger, zijn zijn deel. Een derde vijand van de vrijheid is het zoogenaamde fatsoen. Vooral de zoogenaamde deftige standen zien zich door het fatsoen zeer aan banden gelegd. Reeds de kinderen moeten daardoor menig onschuldig genot missenvooral in de steden. Het fatsoen gedoogt niet, dat knapen en meisjes in de vrije lucht met buurmans kinderen spelendie heel aardig zijndoch van minderen stand. Neen de kameraadjes worden door de ouders gekeurd en gemeten met de maat der deftigheid der gegoedheid van de ouders. Een druiloor of een nufje krijgen dan dikwijls de voorkeur boven hupscheronde natuurkinderen. Om zich ten allen tijde als fatsoen lijkemans kinderen te kunnen vertoonen, moet de kleeding steeds in de fijne puntjes zijn en moeten vele kinder lijke genoegens opgeofferd worden. In het kiezen van een beroep wordt evenzeer reke ning gehouden met het fatsoen. Men mag het niet ronduit durven zeggende opinie bestaat nog in de ge goede standen, dat sommige beroepen minder fatsoen lijk zijn voor een deftig mensch. De officiersstand bijv. is deftiger, is voornamer dan de onderwijzersstand. Amb tenaar aan het ministerieal is het ook 40ste klerk op

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1878 | | pagina 117