23 daar is het met de ongelijkheid, die het gevolg is van rang en stand, voor goed gedaan. Waar zooveel instellingengebruiken en toestanden onder het volk ons nog een streven naar ongelijkheid predikenwat wonder dandat de regeeringdie in een eonstitntioneelen staat als de onze de uitdrukking mag genoemd worden van den.wil der natie, ook nog dikwijls met ongelijke maten meet. Wanneer een hoog geplaatst ambtenaar, die met eene hooge jaarwedde menig maal een lui leventje heeft genotenmet een vet pen sioen gaat strijken, geschiedt die pensioeneering in den regel ondrr dankbetuiging voor da vale en gewichtige diensten den lande bewezen. Doch nooit heb ik die dankbetuiging gelezen bij het eervol ontslag van een postbode bijv. die, na jaren achtereen met lange, ver moeiende marschen droog brood verdiend te hebben, op zijn ouden dag wordt afgescheept met een pensioen, te klein om van te leven en te groot om van te sterven. Nooit zag ik deze dankbetuiging gericht aan een rijks veldwachter, een ondergeschikt ambtenaar der belastin gen een doch ge kunt zelf de opsomming wel voortzetten. Zijn de diensten door dezen, voor veel minder loon bewezenminder gewichtig dan die van een officier een generaal, wier eenige verdiensten dikwijls bestaan in het pronken met mooie kléeren, en het ledigen van een onnoemlijk aantal flesschen in de sociëteit? Worden ook niet dikwijls ridderorden uitgereikt aan hofjonkers voor het overbrengen van huwelijks-, beval- iings- of doodberichten terwijl gewichtige diensten on beloond blijven of eerst na 25 of 50 jaren eens be dacht worden. En hoe dan soms nog? Een onderwijzer, die 40 of 50 jaren trouwen dienst heeft, krijgt gewoon lijk van de Ilooge Regeering: een armstoeleen voeten- warmer, een gouden bril? neen: een boek of een atlas, alsof men zeggen wilde: daar boekenwurmin de boeken hebt ge geleefd, sterf met een boek. Een enkele maal

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1878 | | pagina 125