32
regel bij hem niet bestemd is voor het doelwaartoe wij
dien bezigen. Voor de Turken, de pacha's niet uitge
zonderd, en zelfs voor 't grootste deel der Grieken is de
zakdoek eenvoudig een sieraad. Dat, waartoe wij hem
bezigendoet men in Turkije zonder zijn bemiddeling.
Een andere soort van herbergen ontmoeten de reizigers
in de meeste streken van Aziatisch Turkije in de
»OdaV', die 't midden houden tusschen de Hans waarin
men zijn logies beaialt en de zuiver private gastvrijheid,
't Woord »Oda" beteekent zooveel als vertrekkamer
een lokaal, dat de vrome mildheid van een rijken Turk
voor iederen vreemdeling ter beschikking stelt, die daar
van op zijne reis gebruik wil maken. En daarbij komt
geen onderscheid van stand of geloof in aanmerking.
Of de reiziger christen dan wel muzelman, pacha of
bedelaar is, hij vindt, kosteloos, in de Oda een logies
en voeding.
Dat iemand zich voor zijn genoegen of met een weten
schappelijk doel aan de bezwaren eener reis onder
werpt, daarvan heeft de Turk geen juiste voorstelling.
Voor hem is iedere reiziger óf een pelgrim óf een onge
lukkige, die in de vreemde een bestaan zoekt, 't welk
hij in zijn vaderland niet heeft kunnen vinden. Daarom
betoont de Turk eiken reiziger een zekere meewarige
deelneming en acht hij het waarlijk zijn plicht, die
trouwens in den Islam uitdrukkelijk is geboden om
hem bij te staan en te ondersteunen. Uit dat beginsel
is het denkbeeld tot de inrichting van Oda's ontstaan
en waar men die eenmaal heeft opgericht, daar zal de
laatst overblijvende van de familie des stichters haar
van geslacht tot geslacht in stand honden. Wie dit naliet
zou zich aan de algemeene verachting bloot stellen.
Voor de verpleging, die de vreemdeling in de Oda's
ontvangt, wordt hem, gelijk we reeds vermeldden, niets
in rekening gebracht; doch hot dienstpersoneel en de
kinderen van den eigenaar nemen gaarne aan, wat wij
eone fooi of een drinkpenning noemen. Zelfs de heer