30
indien althans :t lokaal een haard bevat welks vlam
mend vuur te gelijk tot verlichting van 't vertrek dient.
F.n nu stroomt de gezamenlijke bevolking uit dat oord
binnen, om de «ongeloovigen" eens optenemenzoodat
het een voortdurend gaan en komen geeft. De eigenaar
der Oda laat al deze lieden koffie aanbieden. Ieder dier
bezoekers wil gaarne de firmans (de reispassen en schrif
telijke vergunningen) der reizigers zien, die hun in naam
des Sultans zijn gegeven. Men ziet naar den naam van
den Padishah, kust het papier, legt 't op zijn hoofd,
kortommen betoont daarvoor een eerbied als ware het
de Groote Heer zelf.
Men kan gerust bewerendat de Oda's in 't algemeen
de getrouwsto afspiegeling van het Turkscbe leven geven
en voor den vreemdeling eene bron zijn, rijk aanethno-
graphische leeringen. In de Oda's openbaart zich onder
de bezoeldelde, armoedige kleeding de deftige waardig
heid, die de Osman, ondanks al zijne achterlijkheid op
geestelijk' en volkshuishoudkundig gebied, nog heeft
bewaard en welke niet nalaat een zekere achting afte-
dwingen.
