8 bloemen en prachtig kristal en voorzien van de keurigste en geurigste spijzen en vruchten, daar was een danszaal roet een bal in volle fleur, jonge mooie meisjes wiegel den op Je maat der muziek of rustten uit op gemak kelijke sofa's tusschen bloemperken geplaatst; elders noodigden lichte zomer-rijtuigjes uit tot een rit; op den voorgrond was allerlei natuurschoon, in het midden tallooze groepen van kunstvoortbrengsels, aangebracht tot verlustiging der oogentot gemak en veraangena ming des levens. »Om daar eens even op te liggen," dacht Elsa, en wees naar een ledekantje met springveeren matras en met de fijnste wollen dekens, die er ooit waren ge weven, »of om daar te wandelen, dit te proeven, dat eens even te zien of om o, wat moet ieder geluk kig zijn, die in deze wereld, al was het maar vóór een dag in zijn leven, vrij kan ronddwalen." Zij voelde geen jaloezie in haar harttoen ze de jonge meisjes in hare fijne smaakvolle kleeding dien weg zag opgaan, zij bewonderde slechts en een»hoe mooi" kwam bijna onwillekeurig over hare lippen, toen zij ze daar zoo in het zonnelicht zag maar toen ook de laatste de gouden poort was doorgegaan en de be diende die wilde sluiten, strekte zij hare armen verlan gend naar die schoone omgeving uit en riep: halt, Een paar meisjes keken om. Elsa had geen woorden, 't Was een wenscheen verlangendat zij niet kon uitspreken. Wat wil dat kind?" vroegen een paar der voor sten, ook omkijkende. sik weet het niet. Meisje, wat wilt gij »De weg is zoo eenzaam, mijne ouders zijn dood. Ik ben jong als gij en zou zoo gaarne. geef mij een uwer bloemen, een enkele uwer zonnestralen, als een lichtende ster op mijn pad begon Elsa. »Ze is waarschijnlijk krankzinnig, komt, meisjes, blijft niet langer dralen onze tijd is kostbaar. Er valt nog

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1880 | | pagina 112