:si
■toch niet hebben laten verhongeren, maar wie zou haar
hiei' een bete broods, een dronk water reiken als zij
van vermoeidheid bezweken, of door honger gekweld
op de steenen der eindelooze met menschen gevulde
straten, nederzeeg? Men zou haar voorbij gaan zonder
zich harer aan te trekken.
Ellen bad wel een duister gevoel van het gevaar
waarin zij zich bevond, maar haar moed en een zeker
zelfvertrouwen lieten dat gevaar niet aan het licht komen.
Zij hoopte op den volgenden dag, en haar hoop werd
niet bedrogen.
Inderdaad ging haar gelukster den volgenden morgen
op. Zij zou haar ondernemingstocht juist op nieuw weer
aanvaarden, toen zij van een voerman, die bier bezorgde
in de herberg, waar zij had overnacht, vernam, dat zijn
heer, de beroemde brouwer Pasley, iemand noodig had,
om de bierglazen, die door de gasten in de schenkkamer
van de brouwerij werden gebruikt, van den tapper aan
te nemen en de gasten te overhandigen.
Hoewel Ellen twijfelde of zij daar geschikt voor zou
wezen, haastte zij zich evenwel den man te vragen in
de hoop een onderkomen te zullen vinden.
rKunt gij mij ook zeggen waar de woning van den
heer Pasley is?''
»I)e woning?" gaf de knecht lachend ten antwoord.
»De heer Pasley woont op zijn6 villa, en is voor u
kleine niet te spreken, maar als gij lust in den dienst
hebt, wend u dan tot Mr. Broom, den zaakwaarnemer
van den heer Pasley."
»En waar woont de heer Broom?"
»Dat is heel ver van hier, mijn lief kind. Gij zoudt
een paar uur noodig hebben om er te komen, maar daar
ik mijn bier heb afgeleverd, wil ik u wel eene plaats op
mijn wagen geven; dan zijt gij in een half uur in de
brouwerij en kunt Mr. Broom uw voorstel doen."
Met blijdschap nam Ellen het aanbod van den voerman
aan, en toen zij het doel der reis bereikt had, gelukte het