DE GEHEIMZINNIGE RAADGEVER.
„Uitstekend middel voor roode neuzen" etc. Welk
courantenliefhebber is niet dikwijls eene dergelijke ver
troostende advertentie onder de oogen gekomen, wanneer
hij, reeds meer dan verzadigd van het politieke nieuws,
een onverschillig oog liet dwalen over de tallooze be
richten en aankondigingen, voor welke de redactie niet
altijd verantwoordelijk is?
Ook doctor Wilkenseen jong arts, die juist aan de
table d' lióte in het hotel „de gouden Leeuw" gedineerd
had, en nu in de gezelschapszaal aan een taf'itje had
plaats genomen om de nieuwstijdingen in te zien, had
bovengenoemde advertentie gelezen. Toen hij de courant
neerlei, plooide een glimlach zijn gelaat, en een goed
opmerker had in zijne oogen een soort „schadenfreude"
kunnen lezen.
Op eenigen afstand namelijk van hem zat het lid van
den gemeenteraad Mandel, en deze heer kon bogen op
het bezit van zulk een rooden neus, dat niemand kon
nalaten zijne verwondering daarover in verbaasde blikken
lucht te geven.
„Deze man zal geholpen worden," dacht de jonge
arts, en knikte daarbij den niets vermoedenden heer Mandel
vriendelijk toe, terwijl hij intusschen een scherp mesje
te voorschijn haalde, en de bewuste advertentie voor
zichtig uitsneed. Hij stelde zich voor, hoe woedend de