iö
Hij was inwoner van een groote stad, en nadat zijn
goudzucht bevredigd was, dreef nu zijne eerzucht hem
aan, ook haar voldoening te schenken, door te trachten
lid te worden van den Gemeenteraad. Met zijn gouden
sleutel gewapend, toog hij rond, zich achtereenvolgens
wendende tot diegenen, welke op zijne candidaatsstelling
of verkiezing eenigen invloed konden uitoefenen, of die
hem daartoe wellicht later konden van dienst zijn. Overal
waar hij kwam, raakte hij met zijn gouden sleutel slechts
even het slot der deuren aan, en ziet deze openden
zich als met een tooverslag, hem toegang gevende tot
allerlei kantoren, werkplaatsen, vergaderzalen en huis
kamers.
Niet lang duurde het dan ook, of ook deze wensch
zag hij vervuld en zich gekozen tot lid van den raad
zijner gemeente. Natuurlijk had hij vooraf van eenige
kennis van zaken blijk moeten geven, doch dit was hem
niet moeilijk gevallen, daar zijn sleutel hem den toe
gang verschafte tot de studiecellen der geleerden en des
kundigen en hij tijd in overvloed had, om zich op zijn
gemak aan de belangrijkste aangelegenheden van de
stad zijner inwoning te wijden en die te bestudeeren.
Eenmaal gemeenteraadslid gekozen zijnde en als zoo
danig werkzaamgelukte het hem spoedig, zich als
publiek persoon geacht en bemind te maken. Iedereen
toch was zijn vriend, daar zijn sleutel hem elke afschei
ding deed overwinnen en alle moeielijkheden hielp te bo
ven komen. Toen dus in zijn district een candidaat moest
gekozen worden voor het lidmaatschap der volksvertegen
woordiging, was aanstonds een kiesvereeniging gereed, hem
als zoodanig aan te bevelen. De gouden sleutel deed nu
druk dienst, overal toegang verschaffende en goede uit
werking doende, en het eind was weder, dat ook deze
wensch van den man met den gouden sleutel vervuld
werd, en hij zitting nam te midden van hen, die voor
de belangen huns volks hebben te waken.
Verscheidene jaren waren nu voorbijgegaan in onge-