'22 De diva ademde vrijer. Zij beval den bediende streng, niemand meer bij haar binnen te laten. 's Avonds zat de schoone Jenny bedaard in haar salon een boek te doorbladeren, toen er plotseling in de gang een hevig rumoer gehoord werd, dat al nader en nader kwam; -verschrikt stond Jenny op, drie in't zwart gekleede heeren traden de karner binnen. De zangeres was op dat oogenblik sprakeloos van ont roering. Een der heeren, een zeer net jongmensch, trad naar voren en wilde spreken; doch de diva viel hem vertoornd in de rede: Men zal mij toch, hoop ik, niet weer lastig vallen ik heb hedenmorgen reeds veiklaard, dat ik niet zingen zou De jonge man boog en antwoordde: Mejuffrouw, ik bid u om verontschuldiging, maar wij zijn niet gekomen om uw stem te bewonderen. Deze voor u minder aan gename storing moet ik u ambtshalve aandoen. Mijne heeren, ik begrijp u niet. Ik ben de commissaiis van politie Dubois en kom op hoog bevel. Om Godswil, ik heb toch niets gedaan, dat de politie. Dat niet, mejuffrouw, mijne zending heeft alleen ten doel uw pas te onderzoeken. Ik verzoek u hem mij even te laten inzien. En waartoe is dat noodig? Mejuffrouw, het doet mij waarlijk leed, dat ik u moet lastig vallen maar wij hebben zooals gij ook uit deze documenten zult kunnen zien aangifte ge kregen dat eene vrouw, met name Louisa Farber, den naam van de beroemde Jenny Lind op schandelijke wijze misbruikt en zoodoende van de eene naar de andere plaats trekt om den menschen geld afhandig te maken. Maar dat is ongehoord Ik herhaal daarom dan ook mijn verzoek.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1887 | | pagina 134