HET HUIS ENGELAND.
Toen in de bladen het bericht werd verspreid, dat in
het gemeente-archief de legende van de heerlijkheid „Enge
land" was gevonden, hebben wij het plan opgevat, die
legende in ons jaarboekje op te nemen.
Wanneer bij de lezers door het woord „legende" de
verwachting is opgewekt, een verhaal te hooren, als van
den gruwelijken draak van den Drachenfelz of van den
even dapperen als getrouwen Roland, die aan Rolandseck
den naam gaf, dan zullen zij in hun verwachtingen teleur
gesteld worden.
Zelfs een vergelijking met „het huis van het zeewijf'
kan „het huis Engeland" niet doorstaan; want, al was mij
de pen van Oltmans voor eenige uren geleend, dan zou
ik in de bouwstof van mijn legende iets missen, dat boeit
tot den einde toe en aan het verhaal kleur en leven geeft,
zooals 't dat ook doet aan 't werkelijk levenn.l. de vrouw.
Dat zonder vrouwen de legende niet tot ons gekomen
zou zijn, is duidelijk; want de relatant, wiens verklaring
in het archief gevonden werd, had het verhaal bij over
levering van zijn overgrootvader van moederszijde. Hij
heeft dus een moeder gehad, en het is aan geen redelijken
twijfel onderhevig, dat hij zelfs vier overgrootmoeders heeft
gehad, van vaders- en moederszijde tezamen; daar spreek
ik ook niet over.