28 zou men van gaan watertanden; is dat niet de beroemde Italiaansche salade, mijn lievelingsgerecht, waar moeder mij sinds bijna tien jaar niet meer op getrakteerd heeft? „Te veel werk" meende zij altijd, als ik er om vroeg! Het kan ook wel zijn dat het voor haar krachten te veel was en wat ziet ze er heerlijk uit, lieve kind; daar mag je trotsch op zijn, dat is nog iets anders dan Verschrikt houdt hij op; een schuwen blik werpt hij eerst op de kinderen en dan op het bedgordijn. Maar Goddank hij slaakt een zucht van verlichting dezen hebben zijn toespeling niet begrepen en ginds is het dood stil. Dat twee brandende oogen op zijn gelaat rusten en een paar heete lippen den zin voltooien; „dan bij moeder!" (laar heeft zijn argeloos gemoed niet het minst aan gedacht. Intusschen wordt de maaltijd voortgezet en de gezonde eetlust van het klaverblad bewijst, dat het meesterstuk voortreffelijk gelukt is. De zieke is ten prooi aan een heftig ongeduld, bijna een uur zitten die drie reeds aan de gedekte tafel en lachen en babbelen op fluisterenden toon over allerlei dingenen anders namen de maaltijden nauwelijks een kwartier in beslag. „Ja, als moeder er niet is Daar slaat het acht uurnu staat Melanie toch op en het duurt niet lang of het wollen tafelkleed ligt weer over de tafel, Herman zet teekendoos en verfkistje er op, Melanie neemt de breikous en vader richt zich behaaglijk zijn ledematen rekkende op, en verlaat met zachten tred de kamer. Melanie heft het hoofd luisterend op. „Moeder slaapt nog steeds", fluistert zij„de dokter zegt, in twee of drie weken kan zij geheel beter zijn." Een bijna onmerkbare zucht vergezelt de laatste woorden. „Ach Mela, nu is onze goede tijd spoedig voorbijnu zal het weer ongezellig wordennu is het weer knorren den ganschen dag en een haasten alsof het leven een

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedams Jaarboek | 1895 | | pagina 162