24
waaraan wij speelden, stond op eenigen afstand van hem,
dieper in de kamer en min of meer in de schaduw.
De eerste partij had Vidor gewonnenmaar de overwin
ning was niet gemakkelijk geweest, waarschijnlijk dat hij
zeer opgewonden was. Hij had het er op gezet om ook de
tweede partij van me te winnen. Ik weerde mij met al
mijn kracht. Mijn dwaze ijdelheid kwam weer boven. Dit
maal mocht en zou hij het niet winnenNeen, ik zou niet
zwichten voor zijne overmacht!
Als twee doodsvijanden zaten wij tegenover elkander.
Terwijl mijn oogen in de grootste spanning iedere bewe
ging der stukken volgden, vergat ik alle ellende, die ze
reeds in de wereld hadden gebracht.
Plotseling werd hij geroepen: er was iemand die hem
noodzakelijk moest sprekeneen der opzichters, meen ik.
Zeer tegen zijn zin en brommend stond hij op en ging
naar de deur. Maar voor hij de kamer verliet, riep hij
me toe
Gij moet zetten!
Nooit zal ik den wantrouwenden blik vergeten, dien
hij naar het tafeltje wierp. Ik bleef nog een oogenblik
zitten en dacht na over mijn volgenden zet. Daar be
dacht ik me plotseling dat ik iets vergeten had, dat op
de huishouding betrekking had. Ik stond op en verliet
de kamer.
Toen hij terngkwam, zat ik alweer voor het tafeltje.
Het is uw beurt! zeide hij nog buiten adem.
Schaak aan de koningin! riep ik eensklaps uit.
Toen ik mijn paard verzet had, zag ik pas dat zijn
koningin voor den koning schaak stond door den raads
heer en dus verloren was. Ik kan op mijn weord ver
klaren, dat ik dezen zet nog niet had gezien en vandaar
waarschijnlijk, dat ik dat „schaak aan de koningin!" wat
al te opgetogen uitriep.
Wat bedoelt gij Waarom „schaak aan de koningin",
bulderde hij letterlijk uit.
Een oogenblik bleef hij op de stukken turen. Plot
seling werd hij vuurrood. Hij strekte zijn hand uit en
tikte een paar maal met zijn wijsvinger op den kop van
een pion.
Deze heeft daar straks niet hier gestaanzeide hij
toen langzaam, op stelligen toon, maar met dien kouden,