25
onaangenainen klank in zijn stem, dien ik maar al tc
goed kende. Als ik vreesachtig van aard was geweest,
zou ik op dat oogenblik zeker bang geworden zijn.
Wel beefde ik van het hoofd tot de voeten.
Gij zult toch niet willen beweren, dat ik dat
ik de stukken heb verzet, terwijl je uit de kamer waart?
bracht ik met moeite uit.
Hij keek me doordringend aan en nog voel ik dien
blik, die letterlijk brandde op mijn gezicht. Toen raakte
hij weer met den top van zijn wijsvinger den pion aan
en herhaalde langzaam
Deze heeft daar straks niet hier gestaan Dat
weet ik heel zeker!
Walterriep ik uit buiten me zeiven van veront
waardiging.
Hij haalde even zijn schouders op en voegde me spot
tend toe:
Dan is die pion zelf zoo beleefd geweest om plaats
voor je raadsheer te maken en je bijgevolg mijn koningin
over te leveren
En met een heftige beweging wierp hij alle stukken
op het schaakbord omver, zoodat zelfs enkele door de kamer
rolden.
Hij stond op en heesch van woede klonk zijn stem toen
hij zeide
Op die manier speel ik niet met je.
Sprakeloos en ontsteld bleef ik zitten, terwijl hij woe
dend de kamer op en neer liep. Daar viel plotseling mijn
oog op den kleinen jongen, die met een verschrikt en
angstig gezicht naar ons zat te kijken. Ik kwam toen op
het idee dat hij misschien, terwijl wij beiden afwezig
waren, naar het schaaktafeltje was gegaan en den bewus-
ten pion had verzet.
Alaschariep ik hem toe, ben jij soms aan het schaak
bord geweest en heb je een van de stukken verzet?
Het kind ontstelde, liet zich van zijn stoel glijden, snelde
naar mij toe en verborg schreiende zijn hoofdje in mijn schoot.
Ik sprak hem zacht toe en zeide dat hij het me toch
vertellen moest, als hij het gedaan had, dat hij geen knorren
zou krijgen.
Haar neen, neen! hij schudde steeds met zijn hoofd
neen, neen! hij had het niet gedaan.