ENKELE REIS KOEKOEKSBERG
EEN NIEUW JAAR, EEN NIEUWE KALENDER
Merkwaardige exemplaren uit
het grijs verleden
iLorl Q9«>/
KJ lufyj aar$0 r r e un y
zwart geblakerde ruïne, die eens een
huis geweest moest ^}n. Er naast
was echter reeds een nieuw gebouwd
en door de geheele stad klonk het
gehamer en het - gezang van de
werklieden.
Pe vogel en de man vlogen ver
der, door het heele land en overal
bouwden de menschen, ploegden en
zaalden ze op kort te voren nog
overstroomden grond. - -
HET werd weer nacht en het land
schap onder hen werd leeger en
leeger. Eindeiyk bereikten ze een
rotsachtigen berg met boven in. vlak
bij den top, een wijde opening. Toen
ze vlak bij kwamen zagen ze, dat er.
met stijve passen, een oude Koekoek
heen en weer paradeerde. Om zijn
hals hing een groot bord met „Anno
Domini" er op geschilderd.
„Dit is de Opper-Koekoekl" fluis
terde de vogel, pij -maakte een diepe
buigingen zei:„Negentienhonderd
zes en veertig verzoekt binnengela
ten te jworden. hy brengt, goed
nieuws! V
Jet gezicht van den ouden Koe-
1 verhelderde, „Eindelijk!" fluis
terde hij; maar dan keek hij weer
streng en zei statig: ,U leunt binnen
gaan. U bent zeventien minuten te
laat!" .V" ii.-ii;."--."".-.vF;r
Binnen in den berg was een enor-
me ruimte. Langs de., wanden zaten
honderden oude mannetjes, enkeien
alleen, anderen weer in groepen:
Toen negentien honderd zes en veer
tig binnen kwam, verstomden de ge-
sprekken en alle blikken waren vol
spanning op den laatkomer gericht.
,iHet Is niet waari"; schreeuwde
negentien honderd negen en. dertig
EB was iets .met dn orde met de
klok. Wanneer het deurtje
openzwaaide en de koekoek de uren
aftelde, huiverde het oude man
netje voor den open haard en kroop
wat dieper in rijn stoel,.
„Nog zes maal...." mompelde hij
in z'n baard en keek met vagen
angst in zijn oogen naar de klok.
Op groteske wijze spiegelde zich de
koekoek in de verwijde pupillen van
het mannetje. De romp van den vo
gel scheen geheel verschrompeld en
het gewicht van den enormen sna
vel nauwelijks te kunnen dragen
Dan echter klonk de laatste - roep
van den vogel Na eenig gegons in
het uurwerk verdweeD het, als met
tegenzin, achterwaarts naar binnen
en het deurtje sloot 2ich met een
klap. die In de stilte de hevigheid
van een pistoolschot had
Het mapnetje in den stoel zuchtte
veriichi en staarde weer in het vuur,
bewegingloos.
Er verliepen uren. Met ijzeren re
gelmaat schreeuwde de'vogel de ka
mer in. Het oude mannetje bewoog
zich nauwelijks en volgde slechts
met de oogen het buigende mecha
niekje.
lezen herhaalde malen instemmend
met den kop en zei eindelijk:
„Juistr Daarnaverzonk hij in een
diepzinnig pemzen. i
„Zou ik misschien eh:...?" vroeg
het mannetje,
..«Jazeker!" zei dé vogel, „U mag
een werisch doen. Misschien wilt U
beneden nog eens rondkijken
Eij reikte *bet. mannetje den poot
over, dat nu een zacht plekje van
de wolk opzocht.
Hij zette het ding aan zijn rechter
oog en tuurde er doorheen naar be
neden. Het eerste wat hij zag, waren
de huizen van een gr00te stad en
toen hij "nauwkeuriger toekeek, zag
hij overal, op de hoeken van straten
en stegen, mannen en vrouwen
staan, die allemaal hetzelfde woord
voor zich heen prevelden.
Het mannetje draaide zich ver
baasd. naar den vogel. HU wees met
z'n vinger naar beneden en vroeg:
„Wat zeggen die menschen
De .vogel nam den poot over en
richtte hem op de groote stad." Lan
gen tijd tuurde hij ingespannen;
eindelijk zuchtte hij verlicht en zei:
..Ik weet het! Ze roepen: ..Ameri
kanen, Amerikanen l"
De oude man krabde zich eens op
het hoofd en haalde z'n schouders
op. ,Wa*s daar nou au?" vond ie en
vroeg aan don vogel: „Zullen we
verder gaan? Ec krijg'het koud
Hij kiom weer op den rug van den
vogel en verder vlogen ze, over dor
pen en steden en na vele uren vlie
gen liet de vogel zich neer op een
I SlTfb" S RT <WETV
.ei de IcoeJcock
en negentien honderd veertien
schrok even wakker eü murmelde
zachtjes voor - zich heen: „Es,.1st
w,..,w.v.
Uit een donkere» hoek kwamen
tachtig mannetjes in mlddeleeuw-
sche kleedij naar voren. Ze stelden
z'-h m een hal ven cirkel op, de bas-
sen links en rechts en de tenoren
in het midden. „Wij zijn de tachtig-
Jarige oorlog!" zongen ze tachtig-
stemmig,- maar hét klonk een beetje
valscfa. Van alle kanten klonken de
protesten. „Jullie zijn niet meer noo-
dig!" schreeuwden de oude man
netjes. „Negentien, honderd zes eh
veertig brengt geen oorlog.: Hij
brengt den vrede 1" Het lied vau den
tachtigjarigen oorlog eindigde met
één schrille dissonant en mopperend
trokken de tachtig mannetjes zich
weer terug in hun donkeren hoek.
Ook negentien honderd negen én"
dertig was stil geworden en zwaaide
alleen 200 nu en dan nog met zijn
vuist 'in de lucht. Negentien hon
derd zes en veertig vertelde van den
wil tot vrede en, van den opbouw.
Toen hij klaar was, knikten de man
netjes verheugd en ze riepen. „Hoe
ra! Hoeral Hoera!" en ze wapper
den met hun baarden. -
De Opp er-Koekoek stak rijn op
gewekte hoofd naar binnen en riep
waarschuwend:
üv'VJDtv töd is om, heeren,iwe.; gaan
rusten!" ,/v
Van buiten drongen klokgelui'; en
muziek de grot binnen.
Negentien honderd zes en veertig
glimlachte stil voor zich heen en
zocht een plaatsje .vlak by den m-,
gang, met vast vertrouwen op het
nieuwe Jaar.
DE twaalfde roep klonk als een
bevrydingskreeti De vogel Uep
met piepende scharnieren naar he:
uiteinde van het plankje en vloog
naar beneden óp de tafel. De han
den van het mannetje frommelden
zenuwachtig wat aan z'n Jasje en
pas ns eemveïi tijd vormden zijn
lippen moeilijk een zin. .Jk wik dat
dit zou gebeuren....**
De vogel sprong op den grond, de
Ijzeren pootjes tikten vreemd op de
planken. ..Het jaar is dm!'* zei hij
„Kom.
Nu kwam er beweging in het oude
mannetje, hij ging wat rechter zit
ten en schudde energiek het hoofd,
zoodat zijn baard heen en weer,
wapperde. ..Nee!" zei. het. „ik doe
het niet! Versta je? N i e tl"
De vogel hikte van verbazing en
raakte zóó in de war dat ie eerst
vijftien maal achter elkaar „Koe
koek" zei- Toen maakte hy een
kleine pauze om diep adem te halen
en barstte los: ..Maar U kunt toen
niet hier bUiven, dat is noa nóón
gebeurden bovendien bent U al
vier minuten dood!".De oogen van
het mannetje werden donker. Dan
echter stond hij met een berustend
gebaar op en haalde uit een kast
een versleren Jas en wat oude pa
pieren. „Mlssch'en heb ik ze nog
nood;gzei hfj en keek den vo
gel vravend aan. Deze echter schud
de nijdig met den kop." en siste:
„Schiet toch een beetje op! we heb
ben nog maar drie minuten Hfj
sloeg de houten met goud en blauw
besrbfTderde vleugeltjes uit en vloog
op den schouder van het mannetje,
dat snel kleiner begon te worden,
steeds kleiner, totdat het de grootte
.van het vogeltje had.
..Kom nu"zei de Koekoek on
geduldig. ..klim op myn rug, we
mrv»ten weg.
Nog aarzelde bet mannetje. In de
verte klonken-nad «rende voetstap
pen. ..De nieuwe bewonerzei
de vogel en snorrend vlogen belden
bet raam uit.
maal achtereen met vijf dagen en
eenmaal met drie dagen verkorten?;
China
Zeer merkwaardig is ook de oud-
Chineesche kalender, die geen uren.
maar dubbele uren kende. Ieder
dubbel uur bestond uit acht deelen.
Vreemd aan dezen kalender was, dar
de namen der dagen volgens eeD
rooster na vier weken wisselden.
De Japanners gaven de dagen
dierennamen, of die van de elemen
ten: .,Hout, Vuur, Aarde, Metaai
Water". ■-
-f De Mexicanen gingen nog- verder,
door hun kalender, welke in acht
tien maanden was* onderverdeeld, te
versieren met ongewone namen als
„Reiniging deé tempels en huizen",
„Arenlezen",/Regenloos"Ver
siering der Godsbeelden", „Reini-
ging der Kameelen en Wegen", „De
Goddelijke Flamingo nadert". -
Maar ook op een heel ander ter-
rein zijn er merkwaardige kalenders.
En dan bedoelen we niet de mdee-
hng. maar de voorstelling, waarmede
zij versierd waren.
In vergelijking met onze moderne,
uit Jeer, linnen of papier vervaar
digde kalenders, waren die uit de 17e
en 18e eeuw veel weelderiger, van
uitvoering. In»dien tijd kende men
zelfs een groote kalenderindustrie,
waarin vele honderden menschen
bun brood vonden.-
Voor speculation
Aan de meestzonderlinge ideeën
gaven zij vorm: „De specuktlekalen-
der uit het Jaar 1720** was in dien
tydaan de beurs een begeerens-
waardlg artikel om de voorspeliln-
•gen, welke er afgedrukt stonden en
waarin de bljgeloovige beursbezoe
kers gretig geloofden. Ook stond de
- kalenderin dienstvan de satire.
Terwbl nu bij het ontwerpen van
den kalender in het by zonder .gelet
wordt op een practisebe msi- over-
richteiyke indeeling. bekommerde
men /zich daarover vroeger weinig,
of niets,
De Indeeling was rommelig, men
maakte er 20oiets als een puzzle van.
Een duidelijk bewijs hiervoor ia de
- „CaleDdrier- Royal pour 18' ans"
(een Fransche kalender uit het jaar
1BS4 tot 1710).
Een ander sprekend voorbeeld van*
deze. „puzzJe-kalenders" was. de
Pransche „Revolutie-kalender", die
ook verschillende Jaren geldig was,
.of -—' een ander voorbeeld de
F .helden-kalender" in den vorm van
een gedenk-kolom. waaropalle
^Fransche helden uit de geschiedenis
wareningeschreven.\y -~i
Merkwaardig, ja buiterinfssig wa
ren deze kalenders, vergeleken bU de
F overzichtelijke en handige' exempla
ren die wij thans "gebru'kcn. Dje ge-
bruikers ujt de grijze oudheid en het
beden hebben -echter .één-- ding 'ge
meen: zoodra de kalender ziin teak
aanvangt en dat is op den eer-
s'e dag van bet nieuwe Jaar 1
wenschten én wenschen zij elkaar
..„gelukkig Nieuwjaar". - r,!
Zoo was het. zoo is bet, 1.. en'zoo
zal het biyven:t-r .r
Onze kalender.... Bescheiden en
trouw hangt of staat hij* op
z'n vaste plaats, steeds gereed om
ons te vertellen, welke datum het is.
2üj, die dag in, dag uit, dezen nim
mer fakmden vriend raadplegen,
denken er u immer aan, dat ook de
kalender zijn geschiedenis heeft.
Daarom Is hetnu het jaar 1946
practisch geëindigd is en .de nieuwe
kalender voor *47 zijn intrede doet!
interessant na te gaan, welke
vreemde en ongewone kalenders
vroeger gebruikt,rijn. En dan.star
ten we bij de oude Egypte naren, die
een zwerf jaar kenden, waardoor de
Nieuwjaarsdag om de vier jaren één
dag verschoof, zoodat elke dag van
het jaar in den loop van 1461 jaren
één keer Nieuwjaarsdag' was. -■
En kent U den kalender van de
Armeniërs, die het - Jaar in r twaalf
maanden van elk dertig dagenver
deelden en de laatste maand drie
HET oude mannetje boog rich
voorover en schreeuwde iets.
maar de wind scheurde de zinnen In.
flarden.De vogel riep Iets onver
staanbaars, terug en wees niet z'n
snavel In de richting van een groote.
zwarte wolk en de oude knikte, dat
hij het begrepen bad' 'F-1"'",;.".' -
- Eindelijk bereikten ze een ültloó-
per van de wolk en met een prach-
tigen boog, belandde de koekoekop
het ii'tersfë.puntje^-^ F
„Dit is de eerste rustplaats", zei
:bh. 1 iJAten Xwé even; gaan zitten".
HU keek voorz'nhlg over het randje
naar beneden; H^l In de verte wa
ren dé verlichte cfjfers van een elec-
tTische klok flauw zdcHtbaax. Het -
was half één. - v;rFFvv
;,Tüd om de imtrtmticS;te lezen":
mompelde de vogel en begon, onder v
de belanEstelIende blikken van het
oudemannetje; zijn linkerpoot los
te schroeven. Hij nanf den poot in
z'n snavri'v.en na eenig schudden
viel een dun. opgerold velletje-pa-F
pier voor de: voeten van het man
netje.. Dat bukte rich om het op te
rapen, maar bleef in de beweging
steken toen de koekoek met van
schrik overslaande stem protesteer-
de. „Afblifven!" schreeuwde hy. „dit
IS een schryven van den GrGool-;
Koekoek en; strikt vertrouwelijk 1"
-Hij streek met nerveuze bewegingen
bet; papier glad/ kniktetydens bet
Links jïy Een Tcalcnder «tt het rjaar
il7S6t ec;„ saitre op de voordure**}
wisseleTidg (Matwrl0'
waej-de cmtujerpef
Sechts pi Fransehe- helden-lcalonder
in den vorm ean een gedenlc-kolom,
waarop' olte namen tmn de, helden-mt'
hei verleden voorlimmen. -