CLAYTON, multi-millionnair, was
eens koetsier
Per luchtballon naar
de Noordpool
H
Vrouw verried schoonzoon
Wie aan tafel
vergeten was
Dinsdag 1 Juli 1947,
3
Expert voor het Marshall-plan
Rusteloos werker
„S.D. moest 'm een uitbrander geven"
t Gevolg: Dachau
Uitspraken Bijz.
Gerechtshof
Een doos kandij voor
de prinsesjes
Drie Noren ondernamen in 1897 het
dolzinnig experiment"
Pditticecbtec
Zij keerden niet
terug
,Ons Geluk", van G. Walschap
Gewoon leven,
u!-
gewoon gelui,
CU'h
iSwo
Kerkelijk contact
met Duitsland
Ned. ïïerv. kerk
(Bijzondere correspondentie)
WASHINGTON JUNI
DE Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken voor
economischs aangelegenheden, William Eockhar t
Clayton, is een man; die zijn leven heeft gewijd aan de
wereldvrede, gegrondvest op algemene economische welvaart.
Hij is de voornaamste deskundige der Verenigde Staten op het
gebied van internationale handel en financiën, het hoofd en het
hart van stzeven van. dit land naar vrije internationale handel.
De economische theorieën van Will Clayton, zoals men
hem gemeenzaam noemt zijn voor een leek diepzin- --
nig en ingewikkeld. Als men deze tot het allereenvoti-
digste herleidt, kan men zeggen, dat hij van oordeeHs,
dat het voor het evenwicht in de handel en verbetering
van de internationale levensstandaard nodig is, dat een land, het
welk schuldeiser is, er naar streeft meer goederen in te voeren
dan het verkoopt en dat een land, dat slecht in zijn grondstoffen
zit, probeert de nodige grondstoffen door invoer te verkrijgen,
vóór de grondslagen van zijn economie zijn ingestort.
Clayton behoort tot de meest be
kende voorvechters van de vrije
handel tor wereld. Ziip arbeid op de
economische conferentie te Geneve,
waar Utf zijn best doet om de landen
er toe te brengen hun handelsbeper-
klngen af te schaffen, Is slechts de
voortzetting, misschien het hoogte
punt van de strijd, die hÜ lange tijd
in de Verenigde Staten voor zijn
denkbeelden lsceft gevoerd.
Te Washington, waar de belang
rijke persoonlijkheden toch talrijk
zun, is Will Clayton niettemin een
opvallende verschijning m het open
bare leven. Men zegt, dat hij slechts
in één ding geen maat weet te hou
den: in het werken. Heel weinig re
geringsambtenaren wijden zoveel
uren aan hun taak als Will Clayton.
En toch zo zeggen zijn intimi
is hij nooit overspannen. Hij heeft
een eigen methode om fit te blijven.
Hij komt fris en kalm uit de confe
rentiezaal of het parlement na ver
moeiende dagen, die veel jongeren
hebben afgetobd en verslapt.
Een kenmerkende eigenschap van
Will Clayton is zijn hoffelijkheid, die
hem nooit in de steek laat. Hij heeft1
de charme van de typische gentle
man uit het Zuiden. Er zijn vele
anecdoten in omloop over de heus
heid, die hy ten opzichte van ieder
een met wie hij in aanraking komt,
zijn ondergeschikten niet uitgesloten,
aan de dag legt.
Ofschoon hij 67 jaar oud is, loopt
Clayton kaarsrecht en vlug. Zijn zil
verkleurig haar is dik en golvend
en hij meet ruim 1 meter 90.
Clayton neeft een hartstocht voor
lange wandelingen en de vier kilo
meter van zijn hotel naar zijn bureau
te Washington legt hij in de regel
te voet af. Dit is de voortzetting van
een oude gewoonte, die hij zich
eigen heeft gemaakt te Houston in
Texas, waar hij de 6'A kilometer van
huis naar zijn bureau eveneens
placht te wandelen. Voor ontspan
ning speelt hij bridge, en dat doet
hij uitstekend.
Will Clayton is multi-milllon-
nair. Op 60-jarige leeftijd heeft hij
de zaken katoen vaarwel ge
zegd om zijn regering te dienen.
Dat was in 1940. Hij was toen van
oordeel, dat zijn vaderland in
groot gevaar verkeerde.
Op dat tijdstip was, hij een van de
grootste „self made"'zakenlieden in
de Verenigde Staten en had hij de
Acco (Anderson, Clayton and Com
pany) opgewerkt tot een onderne
ming met een kapitaal van 50 mil-
lioen. die per jaar voor niet minder
dan 200 millioen dollar katoen ver
handelde. Zijn succes in de staats
dienst evenaarde zijn succes in het
particuliere zakenleven.
Geboren op boerderij
Clayton werd 7 Februari 1B80 op
een katoenboerderij in de nabijheid
van Tupelo in de staat Mississippi
geboren en is opgegroeid te Jackson
in Tennessee, waar zijn familie tij
dens de depressie van 1893 failliet
ging. Hij verliet de school op der
tienjarige leeftijd om koetsier te
worden op de wagen van een was
serij. Hij begon stenografie te leren,
waarna hij zijn inkomsten kon ver
meerderen door te stenograferen
voor reizigers in 'n plaatselijk hotel.
Men vertelt, dat William Jennings
WILLIAM LOCKE ART CLAY-
TOK, onderminister van Buiten
landse Zaken der V.S., maakt
een reis door Europa in verband
met het plan-Marshall. Hij zal
ook 's-Gravenhage bezoeken
Bryan, in de Amerikaanse politiek
bekend als „de grote volksman",
hem eens een redevoering heeft la
ten overtikken omdat de kantlijnen
te smal waren.
Op 15-jarige leeftijd ging Clay
ton als secretaris van een katoen
handelaar naar St. Louis in. Mis
souri en van daar naar New York,
waar hij een werkkring kreeg bij
een katoen-onderneming. In 1904
vertrok Clayton naar Oklahoma
,'ity om met verwanten de firma
Anderson, Clayton and Company,
katoenhandelaren, te stichten. Deze
ondemming groeide snel uit en
over de gehele wereld werden fi
lialen gesticht.
Zijn eerste regéringsambt kreeg
hij op het bureau van de coördinator
van inter-Amerikaanse aangelegen
heden op het ministerie van Buiten
landse Zaken der Verenigde Staten.
Hij bekleedde vervolgens verschil
lende posities, tot hij m 1944 assis
tent van de minister van Buiten
landse Zaken en ongeveer een jaar
later onderminister van Buitenlandse
Zaken werd.
Clayton huwde in 1902 met Susan
Vuaghan uit Clinton in Kentucky.
Zij vormen een gelukkig paar en
hebben, vier dochters.
DINSDAG 1 JULI. Een mooi
en goed onderhouden grasveld is
een sieraad voor de tuin. Het gras
moet minstens iedere twee weken of
noq vaker worden gemaaid of ge
knipt. Dat komt de dichtheid, van
hei grasdek ten goedeMen verzui-
me ook niet om onkruiden als weeg
bree en paardebloem steeds met hun
wortel uit het grasdek te verwijde
ren. Bet spreekt van zélf, dat men
het grasveld ook niet mag laten uit
drogenOm krachtig te big ven
groeien vraagt het gras bovendien
de nodige bodemvoeding (bemes
ting). Voor zover het nodig blijkt
kan men in de zomer wel een paar
keer als bemesting pertien vierkan
te meter telkens 150 gram kalksal-
peter of volledige korrelmest uit
strooien. Bij droog weer wordt het
grasveld na de uitstrooiing flink
LS.l.
(Ii gezonden Mededeling),
vijf jaar gevangenisstraf en ont
zetting uit de beide kiesrechten eis
te gistermiddag de advocaat-fiscaal
bij de Rotterdamse kamer van het
Bijzonder Gerechtshof tegen de 54-
jarige A. A. SpekFahmel, die
haar schoonzoon H. A. v. d. Bogerd
In April 1942 had aangegeven blf
de S.D., omdat hij twee Franse
krijgsgevangenen uit Duitsland had
heipen ontvluchten.
Volgens haar zeggen behandelde
de man haar dochter zeer slecht
Bij het verhoor blijkt dat de vrouw
al maanden met haar plan rondliep.
In gezelschap van haar dochter had
sïj eerst haar geluk geprobeerd op
het Haagse Veer. De rechercheur,
bij wie ze de aanklacht indiende,
raadde, evenals haar dochter, af de
zaak door te zetten, maar haar
contacten met de S.D." verdachte
is Duitse van geboorte en sprak
verschillende malen met de S.D.-er
Scholtz hebben er toe geleid, dat
in April '42 de schoonzoon is ge
arresteerd, toevallig, nadat de
vrouw vernomen had, waar hij ver
blijf hield, n.L op het hoofdbureau
Wegens diefstal van een rijwiel.
Van de Bogerd moet toen door
het Kriegsgericht ter dood zh'n ver
oordeeld. Geheel vast is dit niet ko
men te'staan, wèl dat hij tot in '45
in een reeks van concentratiekam
pen Iieeft gezeten, van Amersfoort
tot Dachau toe, waar hij door de
Amerikanen is. bevrijd.
Op een vraag van de president,
wat ztf voor had met haar aangifte
bij de S. D., antwoordt verdachte,
dat zij hoopte, dat haar schoonzoon
voor z'rt echtelijk wangedrag, eens
een flinke uitbrander zou krijgen,
meer niet-.!
Annlgje Spek, de gescheiden vrouw
van v. d. Bogerd, die vervolgens
voorkomt, blijkt bij dit verraad een
meer secundaire rol gespeeld te
hebben. Op Instigatie van haar
moeder was ze wel naar de politie
gestapt, maar tevens had ze haar
man gewaarschuwd tegen de geva
ren, die hem boven 't hoofd hingen.
Haar moeilijkheden met v. d. B.
waren ontstaan, omdat zij In de
tijd, dat hij in Duitsland werkte,
met moffen had omgegaan. Hp had
haar daarom veel geslagen, maar
ook zonder bepaalde reden zaten
z'n handen tamelijk los.
Mr. Donker, de advocaat-fiscaal
kon er in komen, dat een man z'n
vrouw, die zich tijdens z'n afwezig
heid met Duitsers afgegeven had,
haar afroste, maar was van me
ning, dat de auctrix intellectualis in
deze zaak, de moeder was.
Hy eiste daarom 2 jaar en 6 rand,
met aftrek en ontzetting uit de bei
de kiesrechten.
Voor moeder en dochter uitspraak
over 14 dagen.
Tegen de onderschaarleider van
de Landwacht, de 32-jarige A. A.
Ebelie, vroeger kantoorbediende bij
P. van Reeuwfk, die door z'n supe
rieuren er op uitgestuurd was om
bij de familie v. d. Tempel aan de
Kraïingseweg een onderzoek in te
stellen naar vermeende zwarte han
del, maar die, toen hij niets van die
aard vond, een op Engeland afge
stemd radiotoestel opspoorde en 2
personen arresteerde, eiste de advo
caat-fiscaal mr Donker gistermid
dag 6 jaar met aftrek en ontzetting
uit de beide kiesrechten. Uitspraak
over 14 dagen.
Eveneens was buiten z'n boekje
gegaan de 47 jarige SS-man en SD
chauffeur, de halve Duitser Wil
helm Bloemberg, die in October '44
een man, die zich door de vlucht
aan arrestatie door de S.D. trachtte
te onttrekken, met zijn auto de weg
versperde en met een revolver in
de hand sommeerde halt te houden.
Verdachte, die 10 jaar chauffeur
was geweest bfl de T.O.D., maar
nog geen kans had gezien de Ne
derlandse taal machtig te worden.
verklaarde, dat hij in Duitsland was
gehuwd en ook nu nog graag Duit
ser wilde worden, waartoe hij reeds
jaren geleden pogingen had aange
wend.
Mr. Donker eiste 1 jaar waarvan
10 maanden onvoorwaardelijk en 2
voorwaardelijk, met het verzoek
aan de Stichting Politieke Delin-
qenten in die tjjd te bevorderen dat
verdachte na afloop van z'n straf
periode zo spoedig mogelijk naar de
begeerde Heimat zal kunnen ver
trekken. Uitspraak over 14 dagen.
De Rotterdamse Kamer van het
Bijzonder Gerechtshof deed gister
middag de volgende uitspraken: W.
A. J. Veroen, wegens hulpverlening
aan de vijand; 4 jaar met aftrek en
C. G. Treffers, wegens afpersing
met bedreiging van aangifte bp de
S.D., 4 jaar met aftrek, beiden zon
der beroep tot cassatie.
De zaak tegen H. Zoethout, die
op 24 April onder Rhoon iemand
met een stengun had neergeschoten
werd terugverwezen naar de raads
heer-commissaris, mede om de mo
gelijkheid te openen voor een psy
chiatrisch onderzoek.
De 45-jarige Willemina van Op-
pijnen, die haar man communis
tisch illegaal werker had verraden
tengevolge waarvan deze is gefu
silleerd werd veroordeed tot 12
jaar gevangenisstraf met aftrek,
ontzetting uit de beide kiesrechten
en toekenning van beroep op cas
satie.
Zwitserland is een zeer gastvrij
land en de PEN-club, die de inter
nationale auteurs omvat, zal onge
twijfeld wel een gastvrije organisa
tie zijn, maar toch is het gebeurd,
dat op een groot en groots banket,
dat deze zelfde PEN-Club begin
Juni jl. in Zurich gaf, vergeten was
om te dekken voor twee auteurs.
Zoiets is altijd pijnlijk en misschien
wordt het ditmaal nog iets pijnlij
ker als men. bedenkt, dat de twee
schrijvers, voor wie geen couverts
waren gereed gezet, „goede" Duitse
afgevaardigden waren, en éen van
hen niemand minder dan Erich
Kastner. Erich Kastner, wiens ge
zicht is doorgroefd met diepe rim
pels en vouwen, opgedaan in een
vruchteloze strijd van twaalf jaren,
tegen de boze machten van het ge
weld uit Hitiers dagen.
Wie an Holland de naam Kastner
hoort denkt allereerst aan een kin
derboek, getiteld „Emil en zijn De
tectives", éen. der voortreffelijkste
kinderboeken ter wereld. Ongeveer
vijftien jaar geleden werd het ook
verfilmd en zó spannend was deze
film, dat we ons levendig herinne
ren. hoe een grote bioscoopzaal vol
klein grut cr muisstil bij werd en
hoe een intcns-meelcvcnd klein
meisje van pure spanning gaten in
haar jurkje beet..,.
Heden ten dage is Erich Kastner,
die zich overigens niet alléén tot het
schrijven, van kinderboeken bepaal
de, verbonden aan de „Neue Zei-
tung", die in Mdncbcn door de
Amerikanen wordt uitgegeven en
het is wel merkwaardig, dat juist
deze man zo scherp het grote belang
inziet ,dat er in het ineengezonken
Duitsland onzer dagen goede kin
derboeken verschijnen, kinderboe
ken, waarvan een waarlijk-opvoe
dende kracht uitgaat, zonder preke
righeid, gelijk in „Emil" het geval
is. „ïk heb nooit begrepen," ver
klaarde Kastner dezer dagen,
„waarom zo weinig schrijvers boe
ken voor kinderen, schrijven. Het
is zulk prettig werk. Maar boven
dien moeten we immers bij de kin
deren beginnen?" Daarom werkt
hij ook mee aan het kinderblad
„Pinguïn", dat in Miinchen ver
schijnt.
Er wordt heel veel gesproken en
geschreven over de noodzaak van
her-opvoeding in Duitsland en niet
ten onrechte staat menigeen daar
uiterst sceptisch tegenover. Maar,
zoals Kastner met lichte ironie
zegt: „Er zijn tenslotte bij ons ook
nog kinderen....", en wat kunnen
hij en de enkele andere Duitsers,
die begrijpen welk een schier-onbe-
gonnen werk het is om her-opvoe
ding te beginnen bij de volwasse
nen, beter doen. dan het Duitse
kind iets te lezen te geven, dat het
niet alleen zal boeien, maar tegelij
kertijd zal leren, dat de wereldge
schiedenis t' nis begint.
Joh an van Maasdijk, voormalig
adjudant van Prinses Juliana en
Prins Bemhard, is per vliegtuig
uit New York naar Nederland
vertrokken. Hij heeft een doos
kandij bij zich, een geschenk van
mrs. Eleanor Roosevelt aan de
kinderen van het Prinselijk Paar.
Van Maasdijk heeft zes weken in
de U.S.A. doorgebracht om stof
te vergaren voor een boek over
de Amerikaanse politiek.
Na een kort verblijf in Neder
land denkt hij naar de Sow jet-
Unie te gaan om de Sow jet Rus
sische politiek van nabij ie bestu
deren. Naar aanleiding van de
huidige toestand zei van Maas
dijk: „de U.S.A. en de Sow jet-
Unie zijn als twee tennisspelers,
die een single spelen met Europa
als net tussen hen in."
EEN „dolzinnig- experiment"Terecht sprak men in de zomer van
het jaar 1897 ïn deze bewoordingen over het waagstug van drie Noren,
die op 11 Juli van Spitsbergen met de luchtballon de „Adelaar" vertrokken
om een poging te doen de Noordpool te bereiken door de lucht!
De 43-jarigcv Salomon August Andrée zoon. van een apotheker uit het
kleine Noorse dorpje Gocma was de leider van deze expeditie. Twee
vrienden Niels Strindberg en Knut Frankel vergezelden hem. Geen
hunner keerde terug van deze tocht, die blijkende de in het jaar 1930
gevonden resten van de expeditie op een mislukking uitliep, waarbij de
drie waaghalzen het leven lieten,
In las men. dat de „Adelaar"" de op
varenden drie dagen en nachten
Noordwaarts had gevoerd, in de
richting van het begeerde doel. Toen
was men gedwongen geweest een
landing uit te voeren, die gelukte.
Maar de ballon was voor de inzitten
den van geen enkel nut meer.
Te voet naar de Noordpool? De
schaarse proviand besliste anders.
Andrée en zijn lotgenoten moesten
besluiten om te "voet de weg terug
naar Spitsbergen te gaan: één
slede, welke zij zo hoog mogelijk op
laadden met alle dingen'die hun te
pas konden komen, was het enige
vervoermiddel.
Zo aanvaardden zij de tocht door
de „witte hel": drie nietige wezens
in een barre woestenij van sneeuw
en ijs. nauwkeurig lettend op de sle
de, die hun. kostbaarste bezittingen
meevoerde.
Steeds korter werden de notities
in Andrée's dagboek, naarmate zij
zich verder worstelden in de richting
Spitsbergen. Tachtig dagen lang wis
ten zij elke dag opnieuw de
moed te vinden om de strijd tegen
honger en uitputting, tegen sneeuw
en ijs te voeren, totdat op 1 October
niet ver van Spitsbergen het
onvermijdelijke einde voor de drie
ontdekkingsreizigers kwam. Na 1
October 1897 is het dagboek blanco
gebleven, was de strijd gestreden!
Het fototoestel.^
Bi! de stoffelijke resten vond men
in 1930 ook het fototoestel, dat eens
tot de uitrusting van de Noordpool-
vaarders behoorde. Mèt de stoffelij
ke resten keerde dit ook terug naar
Noorwegen. Men ontwikkelde toen
ook de platen, die Andrée had ge
bruikt, waarbij men de hierbij ge
publiceerde afbeelding tot stand
bracht, genomen, nadat de „Adelaar*"
was geland.
Het dagboek en de foto's: zij zijn
de stomme getuigen, van eeti waag
stuk. dat eens de wereld in verbazing
bracht, verbleekte berinneringen aan
i een barre tocht door sneeuw en ijs,
onafzienbaar, eindeloos lijkend.
Een halve eeuw later vraagt de
wereld anno 1947, gewend aan raket
vliegtuigen en atoomenergie, zich vol
verbazing af hoe deze drie mannen
in die tijd de moed konden opbren
gen zich toe te vertrouwen aan een
luchtballon en. daarin de vergeefse
sprong naar het onbekende te wa
gen....
F. COPPERSMITH.
Andrée van huis uit een techni
cus was in Noord-Amenka in aan
raking gekomen met de luchtballon-
enthousiast Wise. Later had hij ook
kennis gemaakt met Nordenskjöld,
een deskundige op het gebied van
pooltochten. De vriendschap met de
ze mannen is Andrée tenslotte fa
taal geworden. Toen hij zich een
maal in het hoofd gezet had per
luchtballon Noordpoolwaarts te vlie
gen, lachten zijn vrienden cn kennis
sen. hem uit. Maar in het voorjaar
van 1897 bewees hij. dat het hem
ernst was. Hij wist beslag te leggen
op de „Adelaar", een ballon met een
inhoud van 4500 kubieke meter en
twee zijner Noorse vrienden beslo
ten de sprong met hem te wagen.
Andrée zelf verhoogde de bestuur
baarheid van de ballon door hem uit
te rusten met een zeil: een sleep
touw, achter aan de ballon hangend,
SALOMON AUGUST ANDREE *Nj
zou daartoe eveneens bijdragen. We
ken van te voren waren de Noord-
poolreizigers in Spitsbergen, wach
tend op een gunstige wind.
Eerst op IJ Juli, des middags
kwart voor twee, gaf de leider der
expeditie het sein voor vertrek en
dat was het laatste wat men van de
„Adelaar" en zijn drie opvarenden
zag, want ondanks de vehoogde be
stuurbaarheid van de ballon keerden
Andrée en. de zijnen niet terug.
Flessenpost....
Het enige levensteken van deze
expeditie bracht enkele weken,
later een. vissersboot, welke een
fles had opgevist, die met een.
briefje van Andrée, „dat alles
naar wens verliep", enkele uren
na het vertrek uit de ballon was
geworpen. Toen verdere berich
ten uitbleven, was men alge
meen van mening, dat de wereld
nimmer meer iets. van de drie
Noren zou yememen.
Hierin vergiste men zich echter...
Drie en dertig jaar later, op 8
Augustus 1930, stuitte een expeditie
op het kleine eiland Vitö Weste
lijk van Spitsbergen op de stoffe
lijke resten van het drietal lucht-
vaarders, dat aan het einde van de
vorige eeuw het „spel met de dood"
ondernam.
In de nabijheid vond men even
eens het tot aan 1 October 1897 bij
gehouden dagboek van Andrée: som
mige bladzijden waren goed, andere
bijna niet meer te ontcijferen. Daar-
Rantsoentje suiket
Bemiddelde mensen hebben mak
kelijk praten. Van weelde gaat men
niet stelen of vervalsen. Wie in z'n
chapaud bij de radio zit, met een
sterke kop koffie voor de spijsver*
tering: van een vet maal, een por
tefeuille op zak, bulkend van de
bankbiljetten en bjj het tweede kop
je merkt hij dat de suikerpot leeg
is, die weet wel aan nieuwe suiker
te komen, misschien óók op onge
oorloofde wijze, maar hij kijkt wel
uit dat hij geen last krggt met de
politierechter.
Hij zal het b.v. niet in z'n hoofd
halen een suikerbon* te vervalsen.
Deze aardige jonge vrouw, Hele
na, kijk eens wat een lekker*
baby heeft ze daar op haar arm
deed het wel. Natuurlijk liep zij te*
gen de lamp en nu staat ze daar
met kind en al in de narigheid.
Helena had bon 600 veranderd in
605, om er suiker op te halen. De
kleine meid lustte de fles niet of
er moest veel suiker door de melk
zitten. Dus dan maar een schepje
extra, zo zijn moeders, ja, ook een
moeder als Helena.. Kon zij het hel
pen dat haar man er de kantjes af
liep, niet werken wilde, zodat anno
troef was in het gezinnetje.
Maar suiker moest er komen,
want die kleine majesteit de baby
moest gulzig aan het flesje lurken,
en niet eigenwijs haar loepje afwen
den en het op een schreeuwen zet*
ten als de mellekie niet zoet ge*
noeg was.
Toen beging Helena haar kleine
misdaad. Zij veranderde het num
mer van de bon, niet geraffineerd
als een valse munter, maar stunte
lig, zodat de winkelier bij wie ze
hem aanbood het onmiddellijk in de
gaten had. Het kwam niet te pas,
Helena weet het, zjf schaamt zich
nu voor haar knoeierij en wou wel
om ik weet niet wat dat ze verstan
diger geweest was. Ze vertelt de
rechter dat haar man nu gelukkig
werkt: 37.50 verdient-ie.
Eguu, kraait de baby op haar
arm, als of het schaap zich ver*
heugt over zo'n beste pa.
Sssst, zegt moeder Helena ea
zij luistert met spanning naar d«
rechter die zijn vonnis motiveert.
Vijftien gulden boete moet het
zijn, zegt hij en 3 maanden voor
waardelijk.
Bèèè, krijst Ce baby, alsof zij
vreest dat de spoeling dun zal wor
den met zo'n schadepost.
Het kind sussend en zeer timide
vertrekt Helena.
Laten alle mevrouwen, die nooit
een suikerbonnetje of zwarte zoe
tigheid gekocht hebben, gerust d*
eerste steen op haar werpen.
Een foto door Andrée zélf genomen, na de landing van de Adelaar
op een ijsveld, drie dagen na de start
NS GELUK" heet Gerard
Walschaps laatste hoek.
Dat „ons" slaat niet op u en mij*
doch op Walschaps laatste hoofd
figuur van een huwelijksperikel,
Rene Hon. Deze René beschrijft in
een uitvoerige autobiografie (mis
schien is het beter van een apolo
gie, een verweerschrift te spre
ken) voor zijn dochter Elsje, nu
zij op het punt staat haar leven te
wijden aan een huweU'k met de
jonge kunstschilder Bert, hoe hij
vindt, dat zijn gewone leven ge
woonweg geluk heeft opgeleverd.
René Iiox beschrijft het doodge
wone: hoe moeder Leontine \'er-
straetcn en hij een paar zijn ge
worden en een paar zijn gebleven,
hoe hun huwelijk gezegend
werd met een handvol kinderen,
hoé er nog een enkele andere
vrouw was in zijn leven, hoe
vervelend en ouderwets-lastig de
schoonouders zich gedroegen,
hoe een der kinderen stierf, hoe
moeder Léontine van* vader René
een man maakte die een kunste
naar werd die de suiker in de pap
verdient voor zijn gezin, hoe zij
malle kennissen, aanhoudt om der
wille van. haar mans business,
hoe zij haai' eigen ouders aan
vliegt en afvalt, hoe zij zich
zelve weet te offeren voor het
hoge doel, dat zii zich gesteld
heeft en ja, uit al dat doodge
woons, heeft zich een toestand
ontwikkeld die hij, nu hii zo ora-
en-dc-bij vijf dg is, wel „geluk" wil
noemen .tegenover zijn liefste
kind. t k
Geluk is, wat' ieder voor zich,
geluk durft noemen, René Hox'
eigen ouders bijvoorbeeld, een stel
doorgewinterde ".zwervers en aan
door Craig Rice
Vertaald door Ada Campers.
\DANCINGl
'sar
RESTAURANT
in '(park
w ROTTERDAM
31) A
„Nou, la's kijken," zei Dinah nadenkend, „Onderin de was
mand op de badkamer en in haar hoedendoos en onder haar
matras en achter de spiegel van haar kaptafel en onder het
kleed in de eetkamer en achter Opa's portret en in de doos,
waar haar oude avondjapon in zit en achter de oude ency
clopedie boven op de boekenplank en soms onder de trap
loper".
„Begrijp je, wat ik bedoel?' zei April bemoedigend. „Ik zie
de politie al op zulk soort ^plekjes zoeken".
Ze slopen de trap op en begonnen, langzaam en. geluidloos
een tocht door het huis.-Er waren sporen van het onderzoek
van de politie. Alles was uit de kast, de kaptafel en de bu
reaulaatjes van wijlen Flora Sanford gehaald. .Een kleine
safe in de muur was geopend.
„Als er hier iets was, dan is het al gevonden", zei Dinah.
„Maar we kunnen het toch proberen, vind je niet?" zei
April, terwijl ze onder het kleed keek.
„Mrs Sanford moet zich erg opgemaakt hebben," zei Dinah
met een critisehe blik op de toilettafel. „Moet je s kijken
jwat een potjes en zo".
„We zijn niet op zoek naar haar schoonheidsgeheimen," zei
April en keek achter een schilderij,
Er ging weer een brandweerwagen voorbij*.
De rode gloed van het huis aan de overkant van de straat
verlichtte de wanden van Flora Sanford's kleedkamer. Dinah
keek somber naar het raam.
„Je zou zeggen dat het een échte, grote brand is".
„Je kan ieder ogenblik naar een brand gaan kijken", zei
April koud. Ze was bezig de matras te onderzoeken. Ineens
stond ze op. „Dinah.,.. de brand! Als moeder...."
Ze renden naar het raam en keken naar buiten. Over de
tuinen heen konden ze een verlicht raam zien en Moeder,
gebogen over haar schrijfmachine. Ze slaakten beiden een
zucht van verlichting.
„Nou ja, tenslotte heeft ze wel eens door een aardbeving
heen gewerkt", zei Dinah. „Weet je nog? Toen er een stel
ruiten braken en de deuren beneden niet open konden en er
aan de overkant een huis instortte. Het was een ontzettend
lawaai!"
„En wat waren "we bang", zei April, zich herinnerend. Ze
gichelde. „En we vlogen naar boven om te kijken, of Moeder
niets mankeerde en toen stond ze op de gang en ze zei: „Kin
deren! Gooi toch niet zo met de deuren".
Dinah gichelde. Toen kalmeerde ze. „April, als Archie hier
last mee krijgt...."
„Dat krijgt hij niet'', zei April. „En schiet op. Zoek!"
In de kleedkamer was niets te vinden en evenmin in Flora
Sanford's kamer of in de logeerkamer.
Na tien minuten zei April: „We zijn sufferds. Luister. Als
ze hier ergens chantage-materiaal verstopt heeft, dan zit het
zeker niet in haar eigen kamer. Dan heeft ze het natuurlijk
in z ij n kamer verstopt, zodat hij erop aangekeken zou
worden als er ooit iets gebeurde. Daar was het net een
mens voor!"
Ze gingen Wallie Sanford's kamer binnen. Dat was heel
wat anders dan de logeerkamer met het weelderig behang
met de rozen, of Flora Sanford's kamer met de grijs-blauwe
taftzijden gordijnen en de grote, staande spiegels. Het was
een heel gewoon, klein kamertje met een goedkoop esdoorn
houten slaapkamer-ameublement en kameelharen gordijnen.
„Ik dacht dat hij wel wat anders uitgekozen zou hebben",
zei Dinah eritisch.
„Ach ezel", zei April. „Z ij heeft het immers uitgezocht. Je
weet toch, dat'het haar geld was?"
Ze gingen verder met zoeken. Ineens zei Dinah: „Nu we
toch hier zijn, Mr. Sanford moet een. schoon overhemd en
een paar schone sokken hebben. Ik kan ze wel onder mijn
truitje mee naar buiten nemen en ze later ongemerkt aan
hem geven".
„Als je dat toch van plan bent, neem dan gelijk zijn
scheermes mee", zei April. „We zullen hem morgen, wel wat
zeep brengen".
Vijf minuten later ontdekte April de grote gele evelop
achter de spiegel van. de wastafel. Ze floot zachtjes en keek
erin. Dinah knipte de zaklantaarn aan en hield er haar hand
voor, zGdat het licht niet naar buiten kon schijnen. De in
houd bestond uit een notitieboekje, krantenknipsels en al
lerlei brieven.
April keek ze haastig door en zag hier en daar bekende
namen. Cherington, Walker. Holbrook. Sanford.
„Dinah. ik geloof, dat dit het is".
Dinah keek en slaakte plotseling een zachte kreet
„Hemel April. Dit knipsel. Iets over Carstairs!" Ze keek
nog eens beter. „Ja, het is zo. Marian Carstairs".
„Oh nee!" kreunde April. Ze keek. Toen. keek ze naar Di
nah met bleek gezicht. „We zuilen dit mee naar huis nemen
en het later lezen". Ze deed de papieren en de knipsels weer
in de envelop.
Dinah zei tussen haar opeengeklemde tanden: „Nou.... in
ieder geval kan moeder het niet gedaan hebben. Want ze zat
te typen toen wij de schoten hoorden.Ze brak af en keek
April aan.
Ze dachten beiden aan hetzelfde. Een van Moeders hoeken
een van de Clark Cameron boeken. De moordenaar had
een volmaakt alibi. Zijn hospita cn een half dozijn andere
mensen hadden hem horen typen op het moment, dat de mis
daad gepleegd werd. En toen bleek het, dat hij zelf gramo-
foonplaten had gemaakt, waarop hij typte cn dat hij ze oo
een platenwisselaar had gezet.
„Doe niet zo gek", zei April. „Wij hebben geen platenwis
selaar en onze gramofoon moet je bij iedere plaat opwinden
en dan middenin nog een keer".
„En toen wij direct na de schoten naar boven gingen, zat
ze te typen", zei Dinah.
„En bovendien...." zei April beslist, „zou Moeder nooit
iets doen, waarvoor.-ze chantage konden plegen". Ze keek
naar de enveloppe en zei: „Hoe krijgen we dat ding hier
vandaan als we iemand tegen het lijf lopen?"
„Stop jy het ergens onder", zei Dinah.
„Onder deze jurk zekfer", zei April. „Denk je soms, dat ik
toveren kan?"
„Nou, goed dan", zei Dinah. Ze greep de envelop cn prop
te hem onder haar trui. „Wat dit betreft, en Willie Sanford's
overhemd en z'n sokken cn z'n scheermes.
April keek haar spottend aan en zei ironisch: „Misschien I
kun je ook nog ongemerkt een paarmatrassen meenemen,!
als je dat nou met alle geweld wilt". .(Wordt vervolgd).
drank verslaafden die van de
hand in de tand leefden, waren in
hun eigen ogen gelukkig, hoewel
niemand met hen had willen rui
len. En de familie Yerstracten: zii
is verstrikt in allerlei conventia-
lisme der gereten 'burgerij, maar,
geloof maar. dat die mensen zich.
gelukkig achten!
Tussen feitelijk kléin-geluk err
algemeen-geldend groot-geluk ia"
verschil. Het eerste wordt va aki
uitgekreten voor egoïsme (de;
schilder en zijn kunst, de vader en*
zijn liefste dochter, de moeder ent-
haar eerzuchtig doel met de twiM
felzieke echtgenoot-kunstenaar)"
maar het is toch zo vaak een flard
van de echo van het grote Geluk.'
terwijl het tweede misschien wel-,
eens weggelegd is voor de uitzon-,
deringsmens en hoevelen zijn*
er dat?
Ons t Geluk Is* een echte Wal;,
schap geworden; laat'dat aanbe«'
veling genoeg mogen zijn.
Toch schijnt het ons toe, dat hij
een iets railder toon heeft gevon
den en dat hij eens zo getroffen
is door de dood van een kind. dat.
hij. zells hij. alle uiterlijke zelfbé-,
dwang aflegt, om recht uit z'rt"
hart te schrijven en hoven zicKzclf
uit te stijgen.
Een waardige afsluiting van do
serie, die met Coelibaat begon en.
met Trouwen en Denise werd ver
volgd! .7. W. DE BOER
Gerard Walschap: Ons Geluk,
P. N. van Kampen, 'Amsterdam, '47,
In opdracht van de Generale Sy
node der N.H. Kerk heeft een depu
tatie. bestaande uit de heren Ds. K.
O. Finkensieper, directeur van de
Zettense inrichtingen, M. Kohnstam,
Ds. H. v. d. Linde, Beek-Ubbergen.
Ds. L. H. Ruitenberg, perspredikant
te 's-Gravenhage, Ds. H. C. Touw,
studentenpredikant te Utrecht ea
Ds. M. J. C. Visser te Rotterdam,
een reis door de Britse en Ameri
kaanse zone van Duitsland gemaakt.
Doel van deze reis was het eerste
persoonlijk contact te leggen tussen
de N.H. Kerk en de Evangelische
kerk in Duitsland, zich op de hoog
te te stellen, van. de geestelijke pro
blemen en de mogelijkheden voor
geestelijke en andere hulp van de
Nederlandse kerken uit te onder
zoeken. Bezoeken werden gebracht
aan Elberfeld-Barmcn, Essen, Bonn,
Frankfurt. Stuttgart, Goettingen,
Bielefeld en Muenster. De deputatie
nam kenms van het Evangelische
Hilfswerk, kreeg enig inzicht in de
verhoudingen binnen de Evangeli
sche Kirche. Zij bezocht o.a. het mo-
deramen van de provinciale synode
der Reformierte Kirchean het Rijn
land, de sociaal-hygiénïsche appara
tuur der Krupp-fabrieken, het ge
meentebestuur van Essen. Frof. Karl
Barlh, Landesbisschof Wurm, Ds.
Martin Niemöller en de Beth else
inrichtingen in Bielefeld. Zij zal zo
spoedig mogelijk aan de Generale
Synode rapport over haar bevindin-
gen uitbrengen.
Voor de buitengewone predï-
kantsplaats voor de stadszending
te Rotterdam-Charlois is een be
roep uitgebracht op ds. B. van Gel
der te .Winterswijk.