CLAYTON, multi-millionnair, was eens koetsier Per luchtballon naar de Noordpool H Vrouw verried schoonzoon Wie aan tafel vergeten was Dinsdag 1 Juli 1947, 3 Expert voor het Marshall-plan Rusteloos werker „S.D. moest 'm een uitbrander geven" t Gevolg: Dachau Uitspraken Bijz. Gerechtshof Een doos kandij voor de prinsesjes Drie Noren ondernamen in 1897 het dolzinnig experiment" Pditticecbtec Zij keerden niet terug ,Ons Geluk", van G. Walschap Gewoon leven, u!- gewoon gelui, CU'h iSwo Kerkelijk contact met Duitsland Ned. ïïerv. kerk (Bijzondere correspondentie) WASHINGTON JUNI DE Amerikaanse onderminister van Buitenlandse Zaken voor economischs aangelegenheden, William Eockhar t Clayton, is een man; die zijn leven heeft gewijd aan de wereldvrede, gegrondvest op algemene economische welvaart. Hij is de voornaamste deskundige der Verenigde Staten op het gebied van internationale handel en financiën, het hoofd en het hart van stzeven van. dit land naar vrije internationale handel. De economische theorieën van Will Clayton, zoals men hem gemeenzaam noemt zijn voor een leek diepzin- -- nig en ingewikkeld. Als men deze tot het allereenvoti- digste herleidt, kan men zeggen, dat hij van oordeeHs, dat het voor het evenwicht in de handel en verbetering van de internationale levensstandaard nodig is, dat een land, het welk schuldeiser is, er naar streeft meer goederen in te voeren dan het verkoopt en dat een land, dat slecht in zijn grondstoffen zit, probeert de nodige grondstoffen door invoer te verkrijgen, vóór de grondslagen van zijn economie zijn ingestort. Clayton behoort tot de meest be kende voorvechters van de vrije handel tor wereld. Ziip arbeid op de economische conferentie te Geneve, waar Utf zijn best doet om de landen er toe te brengen hun handelsbeper- klngen af te schaffen, Is slechts de voortzetting, misschien het hoogte punt van de strijd, die hÜ lange tijd in de Verenigde Staten voor zijn denkbeelden lsceft gevoerd. Te Washington, waar de belang rijke persoonlijkheden toch talrijk zun, is Will Clayton niettemin een opvallende verschijning m het open bare leven. Men zegt, dat hij slechts in één ding geen maat weet te hou den: in het werken. Heel weinig re geringsambtenaren wijden zoveel uren aan hun taak als Will Clayton. En toch zo zeggen zijn intimi is hij nooit overspannen. Hij heeft een eigen methode om fit te blijven. Hij komt fris en kalm uit de confe rentiezaal of het parlement na ver moeiende dagen, die veel jongeren hebben afgetobd en verslapt. Een kenmerkende eigenschap van Will Clayton is zijn hoffelijkheid, die hem nooit in de steek laat. Hij heeft1 de charme van de typische gentle man uit het Zuiden. Er zijn vele anecdoten in omloop over de heus heid, die hy ten opzichte van ieder een met wie hij in aanraking komt, zijn ondergeschikten niet uitgesloten, aan de dag legt. Ofschoon hij 67 jaar oud is, loopt Clayton kaarsrecht en vlug. Zijn zil verkleurig haar is dik en golvend en hij meet ruim 1 meter 90. Clayton neeft een hartstocht voor lange wandelingen en de vier kilo meter van zijn hotel naar zijn bureau te Washington legt hij in de regel te voet af. Dit is de voortzetting van een oude gewoonte, die hij zich eigen heeft gemaakt te Houston in Texas, waar hij de 6'A kilometer van huis naar zijn bureau eveneens placht te wandelen. Voor ontspan ning speelt hij bridge, en dat doet hij uitstekend. Will Clayton is multi-milllon- nair. Op 60-jarige leeftijd heeft hij de zaken katoen vaarwel ge zegd om zijn regering te dienen. Dat was in 1940. Hij was toen van oordeel, dat zijn vaderland in groot gevaar verkeerde. Op dat tijdstip was, hij een van de grootste „self made"'zakenlieden in de Verenigde Staten en had hij de Acco (Anderson, Clayton and Com pany) opgewerkt tot een onderne ming met een kapitaal van 50 mil- lioen. die per jaar voor niet minder dan 200 millioen dollar katoen ver handelde. Zijn succes in de staats dienst evenaarde zijn succes in het particuliere zakenleven. Geboren op boerderij Clayton werd 7 Februari 1B80 op een katoenboerderij in de nabijheid van Tupelo in de staat Mississippi geboren en is opgegroeid te Jackson in Tennessee, waar zijn familie tij dens de depressie van 1893 failliet ging. Hij verliet de school op der tienjarige leeftijd om koetsier te worden op de wagen van een was serij. Hij begon stenografie te leren, waarna hij zijn inkomsten kon ver meerderen door te stenograferen voor reizigers in 'n plaatselijk hotel. Men vertelt, dat William Jennings WILLIAM LOCKE ART CLAY- TOK, onderminister van Buiten landse Zaken der V.S., maakt een reis door Europa in verband met het plan-Marshall. Hij zal ook 's-Gravenhage bezoeken Bryan, in de Amerikaanse politiek bekend als „de grote volksman", hem eens een redevoering heeft la ten overtikken omdat de kantlijnen te smal waren. Op 15-jarige leeftijd ging Clay ton als secretaris van een katoen handelaar naar St. Louis in. Mis souri en van daar naar New York, waar hij een werkkring kreeg bij een katoen-onderneming. In 1904 vertrok Clayton naar Oklahoma ,'ity om met verwanten de firma Anderson, Clayton and Company, katoenhandelaren, te stichten. Deze ondemming groeide snel uit en over de gehele wereld werden fi lialen gesticht. Zijn eerste regéringsambt kreeg hij op het bureau van de coördinator van inter-Amerikaanse aangelegen heden op het ministerie van Buiten landse Zaken der Verenigde Staten. Hij bekleedde vervolgens verschil lende posities, tot hij m 1944 assis tent van de minister van Buiten landse Zaken en ongeveer een jaar later onderminister van Buitenlandse Zaken werd. Clayton huwde in 1902 met Susan Vuaghan uit Clinton in Kentucky. Zij vormen een gelukkig paar en hebben, vier dochters. DINSDAG 1 JULI. Een mooi en goed onderhouden grasveld is een sieraad voor de tuin. Het gras moet minstens iedere twee weken of noq vaker worden gemaaid of ge knipt. Dat komt de dichtheid, van hei grasdek ten goedeMen verzui- me ook niet om onkruiden als weeg bree en paardebloem steeds met hun wortel uit het grasdek te verwijde ren. Bet spreekt van zélf, dat men het grasveld ook niet mag laten uit drogenOm krachtig te big ven groeien vraagt het gras bovendien de nodige bodemvoeding (bemes ting). Voor zover het nodig blijkt kan men in de zomer wel een paar keer als bemesting pertien vierkan te meter telkens 150 gram kalksal- peter of volledige korrelmest uit strooien. Bij droog weer wordt het grasveld na de uitstrooiing flink LS.l. (Ii gezonden Mededeling), vijf jaar gevangenisstraf en ont zetting uit de beide kiesrechten eis te gistermiddag de advocaat-fiscaal bij de Rotterdamse kamer van het Bijzonder Gerechtshof tegen de 54- jarige A. A. SpekFahmel, die haar schoonzoon H. A. v. d. Bogerd In April 1942 had aangegeven blf de S.D., omdat hij twee Franse krijgsgevangenen uit Duitsland had heipen ontvluchten. Volgens haar zeggen behandelde de man haar dochter zeer slecht Bij het verhoor blijkt dat de vrouw al maanden met haar plan rondliep. In gezelschap van haar dochter had sïj eerst haar geluk geprobeerd op het Haagse Veer. De rechercheur, bij wie ze de aanklacht indiende, raadde, evenals haar dochter, af de zaak door te zetten, maar haar contacten met de S.D." verdachte is Duitse van geboorte en sprak verschillende malen met de S.D.-er Scholtz hebben er toe geleid, dat in April '42 de schoonzoon is ge arresteerd, toevallig, nadat de vrouw vernomen had, waar hij ver blijf hield, n.L op het hoofdbureau Wegens diefstal van een rijwiel. Van de Bogerd moet toen door het Kriegsgericht ter dood zh'n ver oordeeld. Geheel vast is dit niet ko men te'staan, wèl dat hij tot in '45 in een reeks van concentratiekam pen Iieeft gezeten, van Amersfoort tot Dachau toe, waar hij door de Amerikanen is. bevrijd. Op een vraag van de president, wat ztf voor had met haar aangifte bij de S. D., antwoordt verdachte, dat zij hoopte, dat haar schoonzoon voor z'rt echtelijk wangedrag, eens een flinke uitbrander zou krijgen, meer niet-.! Annlgje Spek, de gescheiden vrouw van v. d. Bogerd, die vervolgens voorkomt, blijkt bij dit verraad een meer secundaire rol gespeeld te hebben. Op Instigatie van haar moeder was ze wel naar de politie gestapt, maar tevens had ze haar man gewaarschuwd tegen de geva ren, die hem boven 't hoofd hingen. Haar moeilijkheden met v. d. B. waren ontstaan, omdat zij In de tijd, dat hij in Duitsland werkte, met moffen had omgegaan. Hp had haar daarom veel geslagen, maar ook zonder bepaalde reden zaten z'n handen tamelijk los. Mr. Donker, de advocaat-fiscaal kon er in komen, dat een man z'n vrouw, die zich tijdens z'n afwezig heid met Duitsers afgegeven had, haar afroste, maar was van me ning, dat de auctrix intellectualis in deze zaak, de moeder was. Hy eiste daarom 2 jaar en 6 rand, met aftrek en ontzetting uit de bei de kiesrechten. Voor moeder en dochter uitspraak over 14 dagen. Tegen de onderschaarleider van de Landwacht, de 32-jarige A. A. Ebelie, vroeger kantoorbediende bij P. van Reeuwfk, die door z'n supe rieuren er op uitgestuurd was om bij de familie v. d. Tempel aan de Kraïingseweg een onderzoek in te stellen naar vermeende zwarte han del, maar die, toen hij niets van die aard vond, een op Engeland afge stemd radiotoestel opspoorde en 2 personen arresteerde, eiste de advo caat-fiscaal mr Donker gistermid dag 6 jaar met aftrek en ontzetting uit de beide kiesrechten. Uitspraak over 14 dagen. Eveneens was buiten z'n boekje gegaan de 47 jarige SS-man en SD chauffeur, de halve Duitser Wil helm Bloemberg, die in October '44 een man, die zich door de vlucht aan arrestatie door de S.D. trachtte te onttrekken, met zijn auto de weg versperde en met een revolver in de hand sommeerde halt te houden. Verdachte, die 10 jaar chauffeur was geweest bfl de T.O.D., maar nog geen kans had gezien de Ne derlandse taal machtig te worden. verklaarde, dat hij in Duitsland was gehuwd en ook nu nog graag Duit ser wilde worden, waartoe hij reeds jaren geleden pogingen had aange wend. Mr. Donker eiste 1 jaar waarvan 10 maanden onvoorwaardelijk en 2 voorwaardelijk, met het verzoek aan de Stichting Politieke Delin- qenten in die tjjd te bevorderen dat verdachte na afloop van z'n straf periode zo spoedig mogelijk naar de begeerde Heimat zal kunnen ver trekken. Uitspraak over 14 dagen. De Rotterdamse Kamer van het Bijzonder Gerechtshof deed gister middag de volgende uitspraken: W. A. J. Veroen, wegens hulpverlening aan de vijand; 4 jaar met aftrek en C. G. Treffers, wegens afpersing met bedreiging van aangifte bp de S.D., 4 jaar met aftrek, beiden zon der beroep tot cassatie. De zaak tegen H. Zoethout, die op 24 April onder Rhoon iemand met een stengun had neergeschoten werd terugverwezen naar de raads heer-commissaris, mede om de mo gelijkheid te openen voor een psy chiatrisch onderzoek. De 45-jarige Willemina van Op- pijnen, die haar man communis tisch illegaal werker had verraden tengevolge waarvan deze is gefu silleerd werd veroordeed tot 12 jaar gevangenisstraf met aftrek, ontzetting uit de beide kiesrechten en toekenning van beroep op cas satie. Zwitserland is een zeer gastvrij land en de PEN-club, die de inter nationale auteurs omvat, zal onge twijfeld wel een gastvrije organisa tie zijn, maar toch is het gebeurd, dat op een groot en groots banket, dat deze zelfde PEN-Club begin Juni jl. in Zurich gaf, vergeten was om te dekken voor twee auteurs. Zoiets is altijd pijnlijk en misschien wordt het ditmaal nog iets pijnlij ker als men. bedenkt, dat de twee schrijvers, voor wie geen couverts waren gereed gezet, „goede" Duitse afgevaardigden waren, en éen van hen niemand minder dan Erich Kastner. Erich Kastner, wiens ge zicht is doorgroefd met diepe rim pels en vouwen, opgedaan in een vruchteloze strijd van twaalf jaren, tegen de boze machten van het ge weld uit Hitiers dagen. Wie an Holland de naam Kastner hoort denkt allereerst aan een kin derboek, getiteld „Emil en zijn De tectives", éen. der voortreffelijkste kinderboeken ter wereld. Ongeveer vijftien jaar geleden werd het ook verfilmd en zó spannend was deze film, dat we ons levendig herinne ren. hoe een grote bioscoopzaal vol klein grut cr muisstil bij werd en hoe een intcns-meelcvcnd klein meisje van pure spanning gaten in haar jurkje beet..,. Heden ten dage is Erich Kastner, die zich overigens niet alléén tot het schrijven, van kinderboeken bepaal de, verbonden aan de „Neue Zei- tung", die in Mdncbcn door de Amerikanen wordt uitgegeven en het is wel merkwaardig, dat juist deze man zo scherp het grote belang inziet ,dat er in het ineengezonken Duitsland onzer dagen goede kin derboeken verschijnen, kinderboe ken, waarvan een waarlijk-opvoe dende kracht uitgaat, zonder preke righeid, gelijk in „Emil" het geval is. „ïk heb nooit begrepen," ver klaarde Kastner dezer dagen, „waarom zo weinig schrijvers boe ken voor kinderen, schrijven. Het is zulk prettig werk. Maar boven dien moeten we immers bij de kin deren beginnen?" Daarom werkt hij ook mee aan het kinderblad „Pinguïn", dat in Miinchen ver schijnt. Er wordt heel veel gesproken en geschreven over de noodzaak van her-opvoeding in Duitsland en niet ten onrechte staat menigeen daar uiterst sceptisch tegenover. Maar, zoals Kastner met lichte ironie zegt: „Er zijn tenslotte bij ons ook nog kinderen....", en wat kunnen hij en de enkele andere Duitsers, die begrijpen welk een schier-onbe- gonnen werk het is om her-opvoe ding te beginnen bij de volwasse nen, beter doen. dan het Duitse kind iets te lezen te geven, dat het niet alleen zal boeien, maar tegelij kertijd zal leren, dat de wereldge schiedenis t' nis begint. Joh an van Maasdijk, voormalig adjudant van Prinses Juliana en Prins Bemhard, is per vliegtuig uit New York naar Nederland vertrokken. Hij heeft een doos kandij bij zich, een geschenk van mrs. Eleanor Roosevelt aan de kinderen van het Prinselijk Paar. Van Maasdijk heeft zes weken in de U.S.A. doorgebracht om stof te vergaren voor een boek over de Amerikaanse politiek. Na een kort verblijf in Neder land denkt hij naar de Sow jet- Unie te gaan om de Sow jet Rus sische politiek van nabij ie bestu deren. Naar aanleiding van de huidige toestand zei van Maas dijk: „de U.S.A. en de Sow jet- Unie zijn als twee tennisspelers, die een single spelen met Europa als net tussen hen in." EEN „dolzinnig- experiment"Terecht sprak men in de zomer van het jaar 1897 ïn deze bewoordingen over het waagstug van drie Noren, die op 11 Juli van Spitsbergen met de luchtballon de „Adelaar" vertrokken om een poging te doen de Noordpool te bereiken door de lucht! De 43-jarigcv Salomon August Andrée zoon. van een apotheker uit het kleine Noorse dorpje Gocma was de leider van deze expeditie. Twee vrienden Niels Strindberg en Knut Frankel vergezelden hem. Geen hunner keerde terug van deze tocht, die blijkende de in het jaar 1930 gevonden resten van de expeditie op een mislukking uitliep, waarbij de drie waaghalzen het leven lieten, In las men. dat de „Adelaar"" de op varenden drie dagen en nachten Noordwaarts had gevoerd, in de richting van het begeerde doel. Toen was men gedwongen geweest een landing uit te voeren, die gelukte. Maar de ballon was voor de inzitten den van geen enkel nut meer. Te voet naar de Noordpool? De schaarse proviand besliste anders. Andrée en zijn lotgenoten moesten besluiten om te "voet de weg terug naar Spitsbergen te gaan: één slede, welke zij zo hoog mogelijk op laadden met alle dingen'die hun te pas konden komen, was het enige vervoermiddel. Zo aanvaardden zij de tocht door de „witte hel": drie nietige wezens in een barre woestenij van sneeuw en ijs. nauwkeurig lettend op de sle de, die hun. kostbaarste bezittingen meevoerde. Steeds korter werden de notities in Andrée's dagboek, naarmate zij zich verder worstelden in de richting Spitsbergen. Tachtig dagen lang wis ten zij elke dag opnieuw de moed te vinden om de strijd tegen honger en uitputting, tegen sneeuw en ijs te voeren, totdat op 1 October niet ver van Spitsbergen het onvermijdelijke einde voor de drie ontdekkingsreizigers kwam. Na 1 October 1897 is het dagboek blanco gebleven, was de strijd gestreden! Het fototoestel.^ Bi! de stoffelijke resten vond men in 1930 ook het fototoestel, dat eens tot de uitrusting van de Noordpool- vaarders behoorde. Mèt de stoffelij ke resten keerde dit ook terug naar Noorwegen. Men ontwikkelde toen ook de platen, die Andrée had ge bruikt, waarbij men de hierbij ge publiceerde afbeelding tot stand bracht, genomen, nadat de „Adelaar*" was geland. Het dagboek en de foto's: zij zijn de stomme getuigen, van eeti waag stuk. dat eens de wereld in verbazing bracht, verbleekte berinneringen aan i een barre tocht door sneeuw en ijs, onafzienbaar, eindeloos lijkend. Een halve eeuw later vraagt de wereld anno 1947, gewend aan raket vliegtuigen en atoomenergie, zich vol verbazing af hoe deze drie mannen in die tijd de moed konden opbren gen zich toe te vertrouwen aan een luchtballon en. daarin de vergeefse sprong naar het onbekende te wa gen.... F. COPPERSMITH. Andrée van huis uit een techni cus was in Noord-Amenka in aan raking gekomen met de luchtballon- enthousiast Wise. Later had hij ook kennis gemaakt met Nordenskjöld, een deskundige op het gebied van pooltochten. De vriendschap met de ze mannen is Andrée tenslotte fa taal geworden. Toen hij zich een maal in het hoofd gezet had per luchtballon Noordpoolwaarts te vlie gen, lachten zijn vrienden cn kennis sen. hem uit. Maar in het voorjaar van 1897 bewees hij. dat het hem ernst was. Hij wist beslag te leggen op de „Adelaar", een ballon met een inhoud van 4500 kubieke meter en twee zijner Noorse vrienden beslo ten de sprong met hem te wagen. Andrée zelf verhoogde de bestuur baarheid van de ballon door hem uit te rusten met een zeil: een sleep touw, achter aan de ballon hangend, SALOMON AUGUST ANDREE *Nj zou daartoe eveneens bijdragen. We ken van te voren waren de Noord- poolreizigers in Spitsbergen, wach tend op een gunstige wind. Eerst op IJ Juli, des middags kwart voor twee, gaf de leider der expeditie het sein voor vertrek en dat was het laatste wat men van de „Adelaar" en zijn drie opvarenden zag, want ondanks de vehoogde be stuurbaarheid van de ballon keerden Andrée en. de zijnen niet terug. Flessenpost.... Het enige levensteken van deze expeditie bracht enkele weken, later een. vissersboot, welke een fles had opgevist, die met een. briefje van Andrée, „dat alles naar wens verliep", enkele uren na het vertrek uit de ballon was geworpen. Toen verdere berich ten uitbleven, was men alge meen van mening, dat de wereld nimmer meer iets. van de drie Noren zou yememen. Hierin vergiste men zich echter... Drie en dertig jaar later, op 8 Augustus 1930, stuitte een expeditie op het kleine eiland Vitö Weste lijk van Spitsbergen op de stoffe lijke resten van het drietal lucht- vaarders, dat aan het einde van de vorige eeuw het „spel met de dood" ondernam. In de nabijheid vond men even eens het tot aan 1 October 1897 bij gehouden dagboek van Andrée: som mige bladzijden waren goed, andere bijna niet meer te ontcijferen. Daar- Rantsoentje suiket Bemiddelde mensen hebben mak kelijk praten. Van weelde gaat men niet stelen of vervalsen. Wie in z'n chapaud bij de radio zit, met een sterke kop koffie voor de spijsver* tering: van een vet maal, een por tefeuille op zak, bulkend van de bankbiljetten en bjj het tweede kop je merkt hij dat de suikerpot leeg is, die weet wel aan nieuwe suiker te komen, misschien óók op onge oorloofde wijze, maar hij kijkt wel uit dat hij geen last krggt met de politierechter. Hij zal het b.v. niet in z'n hoofd halen een suikerbon* te vervalsen. Deze aardige jonge vrouw, Hele na, kijk eens wat een lekker* baby heeft ze daar op haar arm deed het wel. Natuurlijk liep zij te* gen de lamp en nu staat ze daar met kind en al in de narigheid. Helena had bon 600 veranderd in 605, om er suiker op te halen. De kleine meid lustte de fles niet of er moest veel suiker door de melk zitten. Dus dan maar een schepje extra, zo zijn moeders, ja, ook een moeder als Helena.. Kon zij het hel pen dat haar man er de kantjes af liep, niet werken wilde, zodat anno troef was in het gezinnetje. Maar suiker moest er komen, want die kleine majesteit de baby moest gulzig aan het flesje lurken, en niet eigenwijs haar loepje afwen den en het op een schreeuwen zet* ten als de mellekie niet zoet ge* noeg was. Toen beging Helena haar kleine misdaad. Zij veranderde het num mer van de bon, niet geraffineerd als een valse munter, maar stunte lig, zodat de winkelier bij wie ze hem aanbood het onmiddellijk in de gaten had. Het kwam niet te pas, Helena weet het, zjf schaamt zich nu voor haar knoeierij en wou wel om ik weet niet wat dat ze verstan diger geweest was. Ze vertelt de rechter dat haar man nu gelukkig werkt: 37.50 verdient-ie. Eguu, kraait de baby op haar arm, als of het schaap zich ver* heugt over zo'n beste pa. Sssst, zegt moeder Helena ea zij luistert met spanning naar d« rechter die zijn vonnis motiveert. Vijftien gulden boete moet het zijn, zegt hij en 3 maanden voor waardelijk. Bèèè, krijst Ce baby, alsof zij vreest dat de spoeling dun zal wor den met zo'n schadepost. Het kind sussend en zeer timide vertrekt Helena. Laten alle mevrouwen, die nooit een suikerbonnetje of zwarte zoe tigheid gekocht hebben, gerust d* eerste steen op haar werpen. Een foto door Andrée zélf genomen, na de landing van de Adelaar op een ijsveld, drie dagen na de start NS GELUK" heet Gerard Walschaps laatste hoek. Dat „ons" slaat niet op u en mij* doch op Walschaps laatste hoofd figuur van een huwelijksperikel, Rene Hon. Deze René beschrijft in een uitvoerige autobiografie (mis schien is het beter van een apolo gie, een verweerschrift te spre ken) voor zijn dochter Elsje, nu zij op het punt staat haar leven te wijden aan een huweU'k met de jonge kunstschilder Bert, hoe hij vindt, dat zijn gewone leven ge woonweg geluk heeft opgeleverd. René Iiox beschrijft het doodge wone: hoe moeder Leontine \'er- straetcn en hij een paar zijn ge worden en een paar zijn gebleven, hoe hun huwelijk gezegend werd met een handvol kinderen, hoé er nog een enkele andere vrouw was in zijn leven, hoe vervelend en ouderwets-lastig de schoonouders zich gedroegen, hoe een der kinderen stierf, hoe moeder Léontine van* vader René een man maakte die een kunste naar werd die de suiker in de pap verdient voor zijn gezin, hoe zij malle kennissen, aanhoudt om der wille van. haar mans business, hoe zij haai' eigen ouders aan vliegt en afvalt, hoe zij zich zelve weet te offeren voor het hoge doel, dat zii zich gesteld heeft en ja, uit al dat doodge woons, heeft zich een toestand ontwikkeld die hij, nu hii zo ora- en-dc-bij vijf dg is, wel „geluk" wil noemen .tegenover zijn liefste kind. t k Geluk is, wat' ieder voor zich, geluk durft noemen, René Hox' eigen ouders bijvoorbeeld, een stel doorgewinterde ".zwervers en aan door Craig Rice Vertaald door Ada Campers. \DANCINGl 'sar RESTAURANT in '(park w ROTTERDAM 31) A „Nou, la's kijken," zei Dinah nadenkend, „Onderin de was mand op de badkamer en in haar hoedendoos en onder haar matras en achter de spiegel van haar kaptafel en onder het kleed in de eetkamer en achter Opa's portret en in de doos, waar haar oude avondjapon in zit en achter de oude ency clopedie boven op de boekenplank en soms onder de trap loper". „Begrijp je, wat ik bedoel?' zei April bemoedigend. „Ik zie de politie al op zulk soort ^plekjes zoeken". Ze slopen de trap op en begonnen, langzaam en. geluidloos een tocht door het huis.-Er waren sporen van het onderzoek van de politie. Alles was uit de kast, de kaptafel en de bu reaulaatjes van wijlen Flora Sanford gehaald. .Een kleine safe in de muur was geopend. „Als er hier iets was, dan is het al gevonden", zei Dinah. „Maar we kunnen het toch proberen, vind je niet?" zei April, terwijl ze onder het kleed keek. „Mrs Sanford moet zich erg opgemaakt hebben," zei Dinah met een critisehe blik op de toilettafel. „Moet je s kijken jwat een potjes en zo". „We zijn niet op zoek naar haar schoonheidsgeheimen," zei April en keek achter een schilderij, Er ging weer een brandweerwagen voorbij*. De rode gloed van het huis aan de overkant van de straat verlichtte de wanden van Flora Sanford's kleedkamer. Dinah keek somber naar het raam. „Je zou zeggen dat het een échte, grote brand is". „Je kan ieder ogenblik naar een brand gaan kijken", zei April koud. Ze was bezig de matras te onderzoeken. Ineens stond ze op. „Dinah.,.. de brand! Als moeder...." Ze renden naar het raam en keken naar buiten. Over de tuinen heen konden ze een verlicht raam zien en Moeder, gebogen over haar schrijfmachine. Ze slaakten beiden een zucht van verlichting. „Nou ja, tenslotte heeft ze wel eens door een aardbeving heen gewerkt", zei Dinah. „Weet je nog? Toen er een stel ruiten braken en de deuren beneden niet open konden en er aan de overkant een huis instortte. Het was een ontzettend lawaai!" „En wat waren "we bang", zei April, zich herinnerend. Ze gichelde. „En we vlogen naar boven om te kijken, of Moeder niets mankeerde en toen stond ze op de gang en ze zei: „Kin deren! Gooi toch niet zo met de deuren". Dinah gichelde. Toen kalmeerde ze. „April, als Archie hier last mee krijgt...." „Dat krijgt hij niet'', zei April. „En schiet op. Zoek!" In de kleedkamer was niets te vinden en evenmin in Flora Sanford's kamer of in de logeerkamer. Na tien minuten zei April: „We zijn sufferds. Luister. Als ze hier ergens chantage-materiaal verstopt heeft, dan zit het zeker niet in haar eigen kamer. Dan heeft ze het natuurlijk in z ij n kamer verstopt, zodat hij erop aangekeken zou worden als er ooit iets gebeurde. Daar was het net een mens voor!" Ze gingen Wallie Sanford's kamer binnen. Dat was heel wat anders dan de logeerkamer met het weelderig behang met de rozen, of Flora Sanford's kamer met de grijs-blauwe taftzijden gordijnen en de grote, staande spiegels. Het was een heel gewoon, klein kamertje met een goedkoop esdoorn houten slaapkamer-ameublement en kameelharen gordijnen. „Ik dacht dat hij wel wat anders uitgekozen zou hebben", zei Dinah eritisch. „Ach ezel", zei April. „Z ij heeft het immers uitgezocht. Je weet toch, dat'het haar geld was?" Ze gingen verder met zoeken. Ineens zei Dinah: „Nu we toch hier zijn, Mr. Sanford moet een. schoon overhemd en een paar schone sokken hebben. Ik kan ze wel onder mijn truitje mee naar buiten nemen en ze later ongemerkt aan hem geven". „Als je dat toch van plan bent, neem dan gelijk zijn scheermes mee", zei April. „We zullen hem morgen, wel wat zeep brengen". Vijf minuten later ontdekte April de grote gele evelop achter de spiegel van. de wastafel. Ze floot zachtjes en keek erin. Dinah knipte de zaklantaarn aan en hield er haar hand voor, zGdat het licht niet naar buiten kon schijnen. De in houd bestond uit een notitieboekje, krantenknipsels en al lerlei brieven. April keek ze haastig door en zag hier en daar bekende namen. Cherington, Walker. Holbrook. Sanford. „Dinah. ik geloof, dat dit het is". Dinah keek en slaakte plotseling een zachte kreet „Hemel April. Dit knipsel. Iets over Carstairs!" Ze keek nog eens beter. „Ja, het is zo. Marian Carstairs". „Oh nee!" kreunde April. Ze keek. Toen. keek ze naar Di nah met bleek gezicht. „We zuilen dit mee naar huis nemen en het later lezen". Ze deed de papieren en de knipsels weer in de envelop. Dinah zei tussen haar opeengeklemde tanden: „Nou.... in ieder geval kan moeder het niet gedaan hebben. Want ze zat te typen toen wij de schoten hoorden.Ze brak af en keek April aan. Ze dachten beiden aan hetzelfde. Een van Moeders hoeken een van de Clark Cameron boeken. De moordenaar had een volmaakt alibi. Zijn hospita cn een half dozijn andere mensen hadden hem horen typen op het moment, dat de mis daad gepleegd werd. En toen bleek het, dat hij zelf gramo- foonplaten had gemaakt, waarop hij typte cn dat hij ze oo een platenwisselaar had gezet. „Doe niet zo gek", zei April. „Wij hebben geen platenwis selaar en onze gramofoon moet je bij iedere plaat opwinden en dan middenin nog een keer". „En toen wij direct na de schoten naar boven gingen, zat ze te typen", zei Dinah. „En bovendien...." zei April beslist, „zou Moeder nooit iets doen, waarvoor.-ze chantage konden plegen". Ze keek naar de enveloppe en zei: „Hoe krijgen we dat ding hier vandaan als we iemand tegen het lijf lopen?" „Stop jy het ergens onder", zei Dinah. „Onder deze jurk zekfer", zei April. „Denk je soms, dat ik toveren kan?" „Nou, goed dan", zei Dinah. Ze greep de envelop cn prop te hem onder haar trui. „Wat dit betreft, en Willie Sanford's overhemd en z'n sokken cn z'n scheermes. April keek haar spottend aan en zei ironisch: „Misschien I kun je ook nog ongemerkt een paarmatrassen meenemen,! als je dat nou met alle geweld wilt". .(Wordt vervolgd). drank verslaafden die van de hand in de tand leefden, waren in hun eigen ogen gelukkig, hoewel niemand met hen had willen rui len. En de familie Yerstracten: zii is verstrikt in allerlei conventia- lisme der gereten 'burgerij, maar, geloof maar. dat die mensen zich. gelukkig achten! Tussen feitelijk kléin-geluk err algemeen-geldend groot-geluk ia" verschil. Het eerste wordt va aki uitgekreten voor egoïsme (de; schilder en zijn kunst, de vader en* zijn liefste dochter, de moeder ent- haar eerzuchtig doel met de twiM felzieke echtgenoot-kunstenaar)" maar het is toch zo vaak een flard van de echo van het grote Geluk.' terwijl het tweede misschien wel-, eens weggelegd is voor de uitzon-, deringsmens en hoevelen zijn* er dat? Ons t Geluk Is* een echte Wal;, schap geworden; laat'dat aanbe«' veling genoeg mogen zijn. Toch schijnt het ons toe, dat hij een iets railder toon heeft gevon den en dat hij eens zo getroffen is door de dood van een kind. dat. hij. zells hij. alle uiterlijke zelfbé-, dwang aflegt, om recht uit z'rt" hart te schrijven en hoven zicKzclf uit te stijgen. Een waardige afsluiting van do serie, die met Coelibaat begon en. met Trouwen en Denise werd ver volgd! .7. W. DE BOER Gerard Walschap: Ons Geluk, P. N. van Kampen, 'Amsterdam, '47, In opdracht van de Generale Sy node der N.H. Kerk heeft een depu tatie. bestaande uit de heren Ds. K. O. Finkensieper, directeur van de Zettense inrichtingen, M. Kohnstam, Ds. H. v. d. Linde, Beek-Ubbergen. Ds. L. H. Ruitenberg, perspredikant te 's-Gravenhage, Ds. H. C. Touw, studentenpredikant te Utrecht ea Ds. M. J. C. Visser te Rotterdam, een reis door de Britse en Ameri kaanse zone van Duitsland gemaakt. Doel van deze reis was het eerste persoonlijk contact te leggen tussen de N.H. Kerk en de Evangelische kerk in Duitsland, zich op de hoog te te stellen, van. de geestelijke pro blemen en de mogelijkheden voor geestelijke en andere hulp van de Nederlandse kerken uit te onder zoeken. Bezoeken werden gebracht aan Elberfeld-Barmcn, Essen, Bonn, Frankfurt. Stuttgart, Goettingen, Bielefeld en Muenster. De deputatie nam kenms van het Evangelische Hilfswerk, kreeg enig inzicht in de verhoudingen binnen de Evangeli sche Kirche. Zij bezocht o.a. het mo- deramen van de provinciale synode der Reformierte Kirchean het Rijn land, de sociaal-hygiénïsche appara tuur der Krupp-fabrieken, het ge meentebestuur van Essen. Frof. Karl Barlh, Landesbisschof Wurm, Ds. Martin Niemöller en de Beth else inrichtingen in Bielefeld. Zij zal zo spoedig mogelijk aan de Generale Synode rapport over haar bevindin- gen uitbrengen. Voor de buitengewone predï- kantsplaats voor de stadszending te Rotterdam-Charlois is een be roep uitgebracht op ds. B. van Gel der te .Winterswijk.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1947 | | pagina 3