dappere koningin werd m HET ROTTERDAMSCH PAROOL Gouden koets trok door juichend Amsterdam Ontroerende ogenblikken in de Nieuwe Kerk M5 mmmê Aangrijpend moment Vele duizenden op deDam genoten van een imposant schouwspel Eed van de Koningin Eed van de leden der Staten-Generaal Onderscheidingen uitgereikt v<r P gpft-n mtÊm Het sprookje herleefde Een onvergetelijke aanblik Dinsdag 7 September 1943 Red. 'en Adm Lange Haven 141. Schiedam Tol. 69300 Ahonn.prljst per week 0.31 per kwartaal 4.— losse nummers 0.09 Opgericht door de Stichting „Het Parool" DE SCHIEDAMMER Achtste jaargang, No. 208 Uitgave N.V. De Nieuwe Pers Postgiro 398644 Bankier: Amsterdamsche Bank te Rotterdam Directeurs B. de Vries Hoofdredacteur; Th. Ramaker aidag-was Bet een histariscKe-,*dag; voor Nederland; XKonliigin. Juliana, .die Zaterdag, na de kroOnsafstarid van haar móéder,1-.koningin: Wilhelmina, de taak van souyerèijie op. haar jonge schouders.-Bad genomen, werd in de' Nieuwe Kérlc te, Amsterdani, in' eén- Verenigde'^Vergadering' van de- beide Kamers der Stateh-Gén'eraaJ, plecB.fig;'ingehulcligd. Het is een ontroerende plechtig heid gewórden.; flie aan innigheid niets inboette doof. de luisterrijke aankleding van het kerkgebouw en de schittering: Van; gewaden en uni formen der vele hooggeplaatste per sonen uit binnen-: èrï buitenland, -die dé inhuldiging -bjjwoonden. De ko ninklijke istoet. diB,onder de pergola: door van bet-paleisnaar de.Nieu- we Kerk schreed.".bood een. sprook jesachtige aanbhk. entoen' daarna allen in de kerk Kun .zetel'hadden; ingenomen, leverde 'het interieur met-de vele .plaggen en bloemen, met de aanwezigen in vaak kleuri ge kleedq en mét schitterende sie raden, een fantastisch schouwspel op. Maartemidden van deze onge kende pracht, tegen de- achtergrond van een oude-traditie, en van offi ciële formules, wist de jon gé Ko ningin-Juliana in deze vergadering van de hoogst en van het land een. menselijk* accént te brengen. Ontroering klonk door in haar. stem, toen zit zich richtte .tot haar hoog vereerde Moeder en tot de Staten-Généraal, de vertegenwoor digers van haar volk. Hier snrak niét .eén" hóóg verheven boven haar vólk tronende Koningin, hier sprak vóór alles een -dele, fjjn besnaarde vróuw,- een-moeder van haar vier kinderen, die' .aan de gevoeligheid %-an haar jongehartechter de kloekheid der beste Oranjes paart en. die - alle eigenschappëm.bezit om ;«vana3g;'h«ar: grote - voorgangster éèh inoedér dés vaderlands te wor den. Dé vele hónderden in de kerk wa ren diep onder de indruk van de réde. dié Koningin Juliana uitsprak en van de dappere toon. waarop zij de eedsformule uitsprak; de eed op dé grondwet, die werd gevolgd door door de eed van trouw aan de Ko ningin, afgelegd door alle aanwezi ge leden der Staten Generaal, nadat hun. voorzitter. Prof. mr. Kranen burg, de Koriingin had toegespro ken. Vele duizenden hebben-op de Dam genoten van hét imposante en unie ke schouwspel, dat de Koninklijke stoet opleverde,-Hét' gesprokene In de kerk wérd door luidsprekers op de Dam weer igegeven en daaruit klonk tevens het ooggetuigeverslag van de radjo-reportagedienst. Ook in vele tienduizenden huiskamers, niét alleen in ons land, maar ook op talloze plaatsen elders in, de wereld, niet name In <Te Overzeese Gebieds delen, heette men. via de radio de" plechtigheid -ijt de kerk. het gebeu ren op de Dam en later de glorieuze tocht van de gouden "koets meege maakt. Het Nederlandse volk. fn: al ztin geledingen, heeft meegeleefd met deze inhuldigingsplechtigheid, zoals het wellicht nimmer tevoren met een gebeurtenis mee leefde. Nooit is Vorstenhuis en Vólk. zo zeer één'geweest als thans, nu'de- alom- beminde Juliana dé regering van haar 'eVehzèer beminde móéder heeft overgenomen. Mogen vorsten huis en volk een- schóne 'toekomst tegemoet gain. „ïkiZioeer aan hef Nederland-; sche - volk,dart 'Ik de Grondwet? steeds zal onderhouden en Hand haven. r Ik zweer, dafIfe'. deonafhan kelijkheid 'en het grondgebied van den Staat met al'Mijn ver mogen zal verdedigen en bewa ren; dat Ik de alge7neene en bij zondere vrijheid en de rechten van alle Mijne onderdanen zal beschermen, en tot instandhou ding en bevordering van de al- gemeene en bijzondere welvaart aOe middelen, zal- aanwenden,- welke de wetten te Mijner5 e- schikking stellen, zooals een goéd Koning schuldig ia te doen. Zoo waarlijk helpe Mij God almachtig!" «Wij - ontvangen en huldigen, in naam van hét Nederlandsche volk en krachtens:, de.. Grondwet, U als Koningin; wij zweren (be loven)-, dat'-wij Uwe onschend- baarheid en 'de rechten Uwer Kroon zullen handhaven; wij zweren (beloven) alles te sullen doen wat. goéde en getrouwe Staten-Generaal schuldig zyn te- doen ,jZoo waartijk helpe ons Gód almachtig!" „(Dat beloven wij!)3* I Koningin Juliana heeft. Haar moeder Prinses Wilhelmina, be giftigd met het ridderkruis der- Militaire Willemsorde, eerste klasse, de hoogste onderscheiding die ons land kent. Dit was de eerste rege ringsdaad van onze nieuwe vorstin. Na de lunch, die Maandagmiddag na de inhuldigingsplechtigheid is ge geven, en waar koningin Juliana en al haar hoge gasten aanzaten, heeft de vorstin de achttienjarige prinses Margaret Rose het grootkruis der orde van de Nederlandse Leeuw overhandigd. Prof, Kranenburg, voorzitter van de Eerste Kamer en president van de gecombineerde kamers der Sta ten-Generaal, heeft van Koningin. Juliana dezelfde onderscheiding ont vangen. Koningin, Julians Jegt de eed af. op de grondwet. HET hele koninklijk: gezin had Maandagmiddag in.de gouden koets plaats genomen om een rij toer door Amsterdams dicht- be volkte straten te maken.- Kóningin Juliana en Prins Bernhard droegen dezelfde toiletten als.'s morgens, de prinsessen Beatrixen Irene waren in hét blauw en. de beide -jóngste prinsesjes in rose jurkjes: gekleed- Dé kleine Marijke was tussen haar béide zusjes gezeten 'en prinses Margriet zat op de bank bij haar ouders. Het was het hoogtepunt in eén fantastische stoet, zoals wij in ons land niet .gewénd: -warén 'en zoals men m lang niét'heeft gezien Deze stoet was van 'n onvergelijke lijke schoonheid, kleurig en luister rijk. Na de politieruiters, de hoofd commissaris en de burgemeester van Amsterdam volgden twee he rauten in hun prachtige middel eeuwse costuums, eer. Koning van Wapenen jn zijn rode rok en daar na verschfllende compagnieën v*n legeronderdelen. Een bijzondere in druk maakten de grenadiers in ce- Na de inhuldigingjmaakte Koningin Juliana in de Gouden Koets een rijtoer dóór Amsterdam. remonieel tenue. Met de nieuwe uniform is die van 1B26 weer in ere hersteld én ook de Kon. Mili taire kapel was in deze dracht ge kleed. Allen-'öroegen de enorme berenmuts met gouden zon en gra-( haat, de blauwe uniformbroek met rode bies, en de donkerblauwe tu niek met rode opslagen en oyer de borst de gouden I-essen. En.ook de officieren vat» het corps rijdende artillerie in 'het zwarte laken maakten.'een imposante indruk. Achter de-gouden koets volgden o£-: ficieren van dé rode én blauwe-ca- yalerie. te'paard, daarop enkele rij tuigen met leden van de hofhou ding, 21. Amsterdamse 'mrgers te paardfin hofrok met steek en ten slotte weer enkele legeronderdelen De jagers droegen eveneens hun nieuwe tenue; het "hoofd gedekt door een groene baret.'De mannen van de comijagnie regiment Prinses Irene stapten .trots in hun fel rode tunieken met blauwe kraag en donkerblauwe pantalons het hoofd gedekt niet 2warte helmen. Bij alle compagnieën ging een vaandel- wacht voorop. Enorme menigte. Het Amsterdamse publiek, neen, wij moeten zeggen het Nederland se publiek, want'uit alle oorden van het land was men, naar de hoofdstad gekomen; is niet- moede geworden zijn nieuwe vorstin toe te juichen en ook de verschillende legeronderdelen kregen hun aan- Het meest aangrijpende ogen blik van de inhuldigings plechtigheid in de Nieuwe Kerk te Amsterdam en het belangrijkste van heel die aan gebeurtenissen en geestdrift zo rijke dag, was voor ons het moment-toen konin gin Juliana, na haar toespraak zich van haar zetel verhief om de eed te gaan afleggen. Op welk een. ontroerende -wijze had de jonge koningin gesproken. Met grote innigheid sprak zij tot haar moeder, herinnerde zij aan het grote voorbeeld dat deze ge geven heeft; de woorden „zij was □ls een rots" waren haar en het Nederlandse volk uit het hart ge grepen. Hoe teder, hoe vol warme menselijkheid was haar woord, toen zij ons een blik gunde in haar hart, dat strijd heeft gekend toen de roeping tot haar kwam om haar moeder op te volgen. Van welk een deemoed getuigde haar uitspraak: „Wie ben ik, dat ik dit mag dóen" en welk een be slistheid sprak er uit haar voor nemen, om het voorbeeld van. haar moeder na te volgen. In heel deze toespraak, gezegd op de eenvoudige, wat schuchtere toon, die typerend Is voor het ka rakter van onze koningin, leefde het diepbewogen hart, de zuivere wil om, als koningin en als moe der, de taak te gaan vervullen, die haar op de schouders is ge legd. Toen- kwam het ogenblik, dat als wij op de Inhuldigingsplech tigheid terugzien, het grootse mo ment was. De koningin ging staan, verhiel haar rechterband en legde de eed op de grondwet at En het was, alsof er eensklaps een an- 'dere vrouw voor ons stond. Niet meer alleen de bewogen moeder, zich bewust van haar zware taak, maar de koningin, de souvereine, de afstammelinge uit het huis van Oranje..: Er g tnef-yen, tri!Iing._dogr, dè kerk, men hield' de adem in» men luisterde niet louter met gé negen aandacht, doch.ook mei.be wondering. Helderder en vaster werd haar stem. Het was of er nieuwe kracht !n haar voer, alsof zij zich eens klaps bewust werd van hét feit, dat een nieuw leven was begon-, nen? In haar voorafgaande toe spraak had zij nog eenmaal alles uitgezegd, wat in haar omging. Nu werd het oude leven besloten, -nu begon het nieuwe leven, het leven van een koningin. En met ongewone kracht klonk haar stem. De Innerlijke strijd was uitgestreden. De nieuwe taak werd aanvaard, met vaste wil, met herwonnen kracht. De wee- moed was overwonnen, het. ver driet voorbij. De dochter werd vorstin, SQuvereine. Ware het niet, dat de eedsfor mule In de oude bewoordingen moest worden gezegd, dan had zij, na het^Wie ben ik, dat ik dit; doen mag", kunnen luiden: „Hier. sta ik, Uw vastbesloten koningin. God helpe mij." i Deze transformatie, dié in een ondeelbaar ogenblik leek te ge- schieden en geen enkel ander uiterlijk verschijnsel meebracht dan het verrijzen van een stoel en het omslaan van een blad, dez«'' transformatie was het meest ver heven en het meest be.wonderens-1 Waardige ogenblik van de plech tige inhuldiging. Daardoor konden de aanwezigen zien en horen, dat Nederland geregeerd wordt daor; een telg uit het huis van Oranje,* door een vrouw, die haar groté: voorgangers en voorgangster ten. volle waardig zal zijn. deel in het applaus. Zelden heeft mén zo'n enthousiaste en grote me nigte in Amsterdams straten sa men gezien. Het publiek, waarvan; velen reeds de dag tevoren, een plaatsje hadden gezocht op de Dam zag men dan ook menigeen, met een wollen aelr eristond vele rijen dik en had overal op da daken naar een gelegenheid ge zocht de stoet vrij on ongehinderd gade te slaan. Op sommige plaatsen werden serpentines en confetti ge strooid en op het Leidseplein luid-, den klokken. Hier en daar zong de menigte het Wilhelmus. De politie- stond voor een zware taak om de órde te handhaven. Zij is daar. voorbeeldig in geslaagd, al dreigde menigmaal de afzetting verbroken te worden en moest meer dan eens versterking worden geroepen om' de toestand meester te blijven. De vorsteLijke gasten hebben de stoet op een speciale tribune op de brug van de Doelenstraat gadegeslagen. Prinses Margriet lag heel genoe- gelïjk op haar knieën tussen haar ouders en prinses Beatrix werd piet moede haar jongste zusje aan het publiek te tonen. Zij was het ook die de kleine Marijke eniga malen hoog optilde toen het ko ninklijk gezin na de terugkeer op het paleisbalcon verscheen. En het talrijke publiek juichte- maar en zong hef _WitheImus en Oranje Boven en in een spreekkoor riep men "om koningin Juliana

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1948 | | pagina 1