DE OS EN DE EZEL BIJ DE IN BETHLEHEMS STAL Kerstgebruiken onze grenzen I sswssmsaa# am» Kerstmis is geen idylle m Vrijdag 24 December 1948- TT' Als im onze kerstbomen de kaarsjes branden, worden in vele landen nog kerstvuren ontstoken tMWtm In Joegoslavië 3 DE kerstboom staat te stralen met het zachte licht van kaarsen in de naar dennenbossen geurende kamer, midden in: de winter herinneringen "wekkend door geur en licht aan zon en zomeréven maaren toch ge noeg om de lichtsymboliek een warme ondertoon te geven Onder de boom.vaak in tast bare vorm.de bewijzen van goede tuil, die verwante mensen elkaar toedragen: de met zorg gekozensoms aandoenlijk-vcr- pakte kerstgeschenken. En om de boom heen, kent ons kinderrijke volk de glans van kaarsen- schijn in opgetogen kinderogen: mis schien wel het ont roerendst van al wat er bij een huiselijke Kerst feestviering te ge nieten valt De kinderen zingen van de herders in Ejrata's velden, van engelen boodschap aan die ver bijsterde liedenvan een kemels koor dat voorgoed aan de mens heid het loflied aan God leert: „Ere zijGod in den hoge en vrede op aarde ln de mensen een. welbehagen" Hoe deze stillen in den lande de geminachten als zij niet zo onopvallend warennog eerder dan de wijzen en voornamen het Kind van Bethlehem gaan be groeten en aanbidden. Hoe al dadelijk angst en afgunst van lyran Herodes het Kind tiaar het leven staan; en hoe er achter dit pasbegonnen leven het groot geheim van Gods omgang met ons mensen blinkt. Ja, de kin deren zingen van dat Kindeke: ,,'t kwam op de aarde en 't had er geen huis 't kwam op de aarde en "t droeg al zijn kruis". TOCH ligt er in al dit oud- vertrouwde niets van een idylle. Ook al proberen duizen den elk jaar opnieuw van het Kerstevangelie een idyllisch tafereel te maken, dat een. of twee dagen vertoond wordt als een verpozing in de hardheid van de strijd om het bestaan. Even een godsvrede, zoals ons verteld wordt uit wereldoorlog no. I, hoe in de. Kerstnacht de frontsoldaten uit Duitse en ge allieerde linies op elkaar toe liepen alleen gewapend met siga retten en lekkernijen om elkaar te bewijzen dat ze ook nog van iets anders wisten dan spervuur en tankaanvaL Neen, geen idylle. De woning nood begon al bij Christus* ge- Ds. F. OBERMAN boorte. Zal er ooit eens een tijd komen, waarin wij kunnen zingen van vrede op aarde, zonder dat het als' ironie klinkt?, Want ter wijl de kinderen zingen, is-,er irt Indonesië wel wat anders te doen. De verminkte in hei hospi taal zingt niet, de gewonde in de rimboe evenmin. Om Bethlehem, de plaats van Zijn geboorte, staan de soldaten, nu wat moderner gewapend, maar is verder hét verschil met Herodes* krijgsknechten zo groot? In Rotterdam zijn straten ióor ondernemende win keliers in Kerstsfeer gebracht en zelfs de stations zullen niet achterblijven, maar de Koningin zond een Kerst- boom, die buiten de Sint Laurens moet staan, omdat die kerknog altijd een ruïne is en de gewelven zijn verpulverddie vijf eeuwen lang de Kerstzang van de Rotterdamse geslachten hebben weerkaatst. T~\E hardheid van Kerstmis f 3 kunnen wij zo ooit, dan nu ontdekken. Want het evangelie is nuchter en waar. Hei. schuift onze franje en versiering opzij. Het toont ons de lijdensgeschie denis van Goddie ons zozeer liefheeft. Daarom is dal harde, niets verbloemende evangelie ook de bron van blijdschap en daarom heet het terecht: blijde boodschap. idylle warden, zelfs al brengen wij onze twee goodwill- dagen op>f driehonderd vijf en zestig per jaar. Maar altijd zullen er mensen zijn, die gegrepen worden door het Licht, verschij nende in de nigt-begrijpende duisternis. En dan krijgt hel lied van kinderen om de'Kerstboom, zijn aangrijpende en het leven om-kerende inhoud, omdat het als een openbaring en een be- 'Vrijding inslaat en het antwoord gevonden wordt op deze vraag: „Wie hééft op aard de prediking gehoord, de prediking van 't vlees geworden woord; de Christus Gods op Golgotha vermoord? Wie durft geloven? Wie ziet in Hem Gods reddende arm van boven tot zich gestrekt? Wie durft zijn kruis belijden? Wiens hart zich in de lydende verblijden met smaad bedekt? Het antwoord moet luiden: ik Heer! Dan is Kerstfeest nog geen idylle. Dan is het: in oot- moèd aanvaard keil. FRAGMENT VAN „DEGE BOORTE VAN CHRISTUS", doorHans Baldung, die .een der belangrijkste leerlingen van Dürer was en misschien de grootste vertolker van de psychische gesteldheid der die ren, die ons in de ïctmst van het Avondland bekend is. Op het afgebeelde detail van „De Geboorte van Christus" blyjt het wijd-open oog van de hië- ratisch neerliggende dieren'ons achtervolgen. In deze os' en ezel is de existentiële zwaar moedigheid van het schepsel als 't ware magisch getroffen. I EDER, die zich gaarne in de kunst geschiedenis verdiept, heeft -wel eens opgemerkt, dat er op de voorstellin gen van de geboorte-verhalen bij de kribbe heel dikwijls een os en een ezel worden gevonden. Men behoeft alleen maar aan de oude Holbein of aan Dürer te denken, en men herinnert zich terstond, dat, naast Maria en het kind, ook een rund en een ezel op het schilderij Worden aan getroffen. Hoe is deze voorstelling ontstaan cn hoe kunnen wij haar verklaren? Op de oudste afbeeldingen, die. vooral na het 'midden der vierde eeuw in het Westen te vinden zijn, komen het rund en de ezel bij de kribbe reeds voor. Zo is er bij voor beeld een fresco in de graven van de kerk S. Sebastiaan aan de Via Appia te Rome, waarop het kind, in doeken gewonden, op een houten kribbe van zodanige hoogte ligt, dat een ezel en een rund hun muilen op het voeteneinde van het kind kunnen leggen. Het gezicht van het kind Jezus is met een heili- •^en-aureool omringd. Bij de vraag naar het ontstaan en de ver klaring van deze' voorstelling moeten wij vooral met twee motieven rekenen. In de eerste plaats wilde men.in de oude kerk de geboorteverhalen, zoals deze ons uit de Evan, geliën bekend rijn, graag opsieren. En in de tweede plaats bracht men uit het Oude Tes tament allerlei plaatsen met de geboorte van Christus in verband, die volgens een diepere uitlegging (de zogenaamde allegorische ver klaring) op de komende Messias moesten wijzen. Er was in de eerste plaats de begeerte om de geboorte-verhalen op te sieren. Het zal onze lezers bekend zijn, dat er ook Evangeliën buiten de vier Evangeliën, die wij in het Nieuwe Testament bezitten, rijn over geleverd. Deze niet-kanonleke Evangeliën hebben alle, dit met. elkaar gemeen,, dat zij allerlei dikwijls zeer zonderlinge bijzonder heden o.a^over de jeugd van Jezus weten te vertellen, bijzonderheden, die voor de ge schiedenis der christelijke kunst heel dikwijls van de grootste betekenis rijn geweest; Vooral het zogenaamde. Protevangelie van Jacobus is voor ons van belang. In het zesde hoofdstuk van dit, uit de tweede eeuw date rende boek, wordt ons verhaald, dat Jozef met Maria naar Bethlehem, trok. Jozef za delde een ezel en liet Maria er op zitten. Omdat er tegen de tijd der geboorte geen gewoon huis was te vinden, nam Jozef met Maria zijn intrek in een spelonk en werd Jezus bij Bethlehem in een grot geboren. In het verdere gedeelte wordt dan de komst der wijzen uit het Oosten beschreven. Toen Maria vernomen had, dat alle kinderen in Bethlehem moesten worden vermoord, wik kelde zij het kind in doeken, en legde zij het „in een voor het rundvee bestemde kribbe". Uit het verhaal in het Protevangelie van Jacobus blijkt, dat de ezel Maria naar de grot bij Bethlehem droeg. De tekst veronder stelt ook dat de ezel, zolang Jozef en Maria daar vertoefden, in de grot is gebleven. Be langrijk is ook, dat er van „een voor het rundvee bestemde kribbe" gesproken tvordt." Van een rund of een os is hier nog geen door prof, dr. M. van Rhijn sprake. Maar van hieruit is het toch begrij pelijk, dat het in de vierde eeuw cn later tot de bekende voorstelling van de twee dieren gekomen is. NAAST de begeerte om de Evangelische verhalen op te sieren, bestond in de oude kerk het verlangen om ailerlei plaatsen in het Oude Testa ment in verband met de komst van Christus een diepere betekenis tc geven. Vooral Jesaja i vers 3 heeft met betrekking tot onze vraag een belangrijke rol gespeeld. De profeet Jesaja klaagt daar over de ontrouw tegenover God bij zijn volk en schijft: „Een rund kent rijn bezitter, een ezel de kribbe van zijn. meestcr-Israel kent niets, mijn volk heeft geen inzicht". Verschillende kerkelijke schrijvers der vierde en vijfde eeuw hebben deze woorden, op een voor ons besef heel eigenaardige ma nier, met Christus in verband gebracht. In rijn uitlegging van het Evangelie van Lukas legt de bekende bisschop van Milaan Ambrosius (f 397) vooral de nadruk op de vrijwillige armoede,, waarin de verlosser der wereld geboren werd, en ziet hij in Jesaja 1 vers 3a een profetische voorzegging van deze armoedige verhoudingen. De Spaanse dichter Prudentius,- een jon gere tijdgenoot van Ambrosius, gaat er in een van rijn verzen als vanzelfsprekend van uit, dat viervoetige dieren het kind in de kribbe hebben aangebeden. De os en de ezel rijn hier zinnebeelden vari het ruwe volk, dat door de dichter tot een waardiger viering van het Kerstfeest wordt opgewekt. De grote kerkvader Augustinus noèmt Je saja 1 vers 3 ook een voorzegging van de aanbidding van het kind in dc kribbe. De os is bij hem het symbool van ide Joodse her ders, terwijl de wijzen uit het Oosten worden aangeduid door de ezel.. Het was echter vooral Hicronymus hij woonde te Bethlehem en is vlak bij de plaats der geboorte begraven (i 420) -- die op de voorstelling van rund en ezel bij de kribbe de meeste invloed heeft gehad. Oök hij brengt Jesaja 1 vers 3 telkens met de geboor teverhalen in verband. Daarbij gaat hij ook meermalen van de veronderstelling uj|, dat Jezus in een grot bij Bethlehem is geboren, maar voor.de duidelijkheid laten wij deze kwestie hier verder rusten. Hicronymus vertelt in zijn geschrift over zijn gestorven vriendin Paula onder me,er van de indrukken, die Paula bij haar eerste kornet •te Bethlehem heeft gekregen. Nadat zij het graf van Rachel bezocht had dit graf ligt vlak bij Bethlehem ging zij naar-de grot der geboorte cn zag zij het heilige verblijf van de maagd Maria en de staU,waarin een rund zijn bezitter kent en een ezel de kribbe van zijn meester" (Jesaja 1 vers 3!), opdat ver vuld zou worden wat in Jesaja 32 vers 20 ge schreven staat: „Heil u, die aan alle wateren zaait, die de voet van rund en ezel vrij laat dolen". Deze uitlegging van Jesaja doet ons al heel vreemd aan. Blijkbaar heeft het feit, dat in beide gevallen van „rund en ezel" ge sproken wordt, Hicronymus cr toe gebracht deze teksten met de geboortegeschiedenis van Christus in verbinding tc brengen. Wij weten niet, wie Jesaja 1 vers 3 het eerst de diepere betekenis in verband met de geboortegeschiedenis heeft gegeven, maar ""het staat wel vast, dat de besproken eigen aardige oud-kerkelijke uitlegging van Jesaja „rund, of os, en ezel" in de kunstgeschiedenis heeft gebracht. De-woorden en begrippen „os en ezel" hebben een eigenaardige geschiedenis gehad. Wij ker.ncn allen het „noch zijn os, noch zijn ezel" uit dc Tien Geboden. Ons woord „schorriemorrie" is uit de Hebreeuwse woor den voor „os en ezel" ontstaan. En in de oude kerk zijn de os en de ezel de getuigen van de geboorte van Jezus en, bijvoorbeeld bij Hieronymus, ook de zinnebeelden van mensen en volken, die het Kerstkind aanbid den. Zo krijgen de gewone dingen' van het dagelijkse leven, een os cn een ezel, onver wacht een diepere achtergrond. In de Tien. Geboden moeten de os en de ezel op de Sab bat rusten. In onze taal worden os en ezel het „schorriemorrie", dat is het .uitvaagsel der maatschappij. En bij de kerkvaders tre den zij, al s" het dan op een hoogst eigen aardige wijze, als vertegenwoordigers van de adveiitsverwachting op. Dl? ÓMehimlml* vst de Kerst- deuren wijd open voor iedere gast jongeling leidt dit bijzondere dier hfom ifSnOn .vïi b - de meeste herbergen kunnen van boerderij t|Jt boerderij,.waarbij Ir»r,d iï h* tebrfiik us? nSuttoe de rondreizenden gratis eten. Het een bonte stoet van als zigeuners m Advmte' In KersTsneS MiS voornaamste gerecht'op Joelavond verklede burgers, ook wel ais land- en Advents- en KersUpelen. maar j,. het ]ilutJSsJt„ Mn spl?cj,ie vis_ 1?per gedrocht vermomd de nj soort; daarnaast. aok gebraad en sluit, Op iedere boerderij wordt de het Joelbrood er zijn nog zoveel gebruiken onbe kend gebleven, dat we hier ter af wisseling'eens enkele nader zullen beschouwen. Oorspronkelijk is het Joelfeest Wie denkt er bijvoorbeeld, nog een heidense plechtigheid geweest, aan, als op Kerstavond de kaarsjes afkomstig van de Germanen, zoals fn de Kerstboom branden, dat het vele Germaanse zeden nog onbe- flakkerlicht een overblijfsel is van wust voortleven in onze Christelij- het laaiende Kerstvuur, zoals het ke feestdagen. Daarenboven is het in véle landen nog heden ten Joelfeest in Scandinavië het feest wordt in stille overpeinzing door- dage wordt ontstoken. Zo wot- voor het dier. De beesten krijgen, gebracht. Middernacht na de mis ezel, die ziek heet te zijn en daar om een erbarmelijk geschreeuw voortbrengt, door de bewoners „ge voerd", maar het beestje is zo ziek dat het niets' lust zodat zijn bege leiders het lekkers maar opeten. De avond voor Kerstmis zelf •-V-" den in verschillende streken van een dubbele por' Frankrijk ii. de Kerstnacht, ker- extra verzorgd, se- en pruimebomen en eiken stammen verbrand. In Albanië nam en neemt men misschien nog de takken van kersebomen daarvoor. .Iedere Christen moet met Kerst- voer en worden Ook in Albanië krijgen de dieren hun deel en het eerste Kerstbaksel wordt naar de ossen in de stal ge bracht. In Scandinavië strekt de norsoronketiike betekenis van het alle balconnctjes in de steden oorspronKelijKe_BeteKems_van nci worden v0ge]neElje5 ingericht, vreugde-feest. Er zijn. in Denemar ken en in andere verafgelegen delen van Europa zoals in Bosnië en Letland nog oude overleverin gen, volgens welke het een onge schreven wet was, dat de burge meester en de dominee op Kerst- wordt een grote maaltijd aange richt, terwijl de broodkruimels daarna in de kachel worden ver brand, opdat ook de elementen bevredigd zullen, zijn." De volgen de morgen rookt de boer zijn huis uit (weer een heidens gebruik) en zegent de bomen, opdat ze het vol gend jaar rijk vruchten zul3en ««.'dik houtblok tbuisge- jNI-t tajWfr ^ohtuike® wulukil vugejiitïüLjcs iijgeavuii waar gedurende de Joeltijd gierst aragen. Ook de meisjes, die'snachts en haverstrengen worden gehan- de Kerstkoek gebakken hebben, gen. moeten met hun nog onder het w deeg zittende armen dc bomen om- Ifl L irol heizen, opdat de oogst groot zal zijn. stuurd kregen. In enige Oostenrijk se gemeenten werd houtdiefstal omstreeks Kerstmis niet vervolgd. IN Joego-Slavie heten de Kerst avond en Kerstdag veelal Blok avond en Blokdag. In de houtveste rijen wordt al enige dagen voor Kerstmis een blok hout gehakt, dat bij vallende duisternis in huis wordt gesleept. „Welkom, houtblok, moge God je beschermen," roepen alle aanwezigen met de pet in de hand. Hpt blok wordt dan met tarwe, maïs en gedroogde druiven bestrooid, waarmee de plechtigheid is afgelopen, zodat het feestmaal kan beginnen. Gelijkluidend is het feest in het vroegere Montenegro, waaf het biok met een brood en 'een kroes wijn wordt begroet en vaak legt men ook een bosje vlas op het blok neer. De betekenis van- deze handeling zal wel gelegen zijn. in de gedachte van het offerblok. Het gebruikelijke maal op het blokfeest bestaat uit een soep met wijn, honing en peper, lever en een reusachtige schapenbout. In Scandinavië Tn de Scandinavische landen is -1- Kerstmis het Joelfeest. In vele dorpen staan op deze dagen de dat jonge knapen zich als ezel „ver kleden", door zich onder een grijze U-Wbmd. kerstvieringen spra. voor ia doen, zodat alleen de vièr ke is, mag zeer zeker het Engelse benen zichtbaar zijn. Een derde Kerstfeest van 300 jaar geleden Vroeger\n Engeland TA AAR hier van bijzondere niet ontbreken. Toen was namelijk het Kerstfeest... verboden! In het zogenaamde „lange par lement" dat in 1640 door koning Karei van Engeland bijeengeroe pen werd, hadden de Puriteinen de meerderheid en deze bekrompen partij zette door, dat iedere eerste Woensdag in de maand als strenge vastendag werd vastgesteld. Toen toevallig in 1646 het Kerstfeest op zo'n Woensdag viel, vaardigde het parlement het bevel uit, dat ook deze dag niet gevierd mócht worden. Er waren veel burgers in Enge land, wie het onverschillig liet of ze van de koning dan wel van het parlement de, wetsbepalingen ont vingen, maar het was hun niet om het even dat-het Kerstfeest werd verboden. De overheid had bevo len de winkels open te houden, maar slechts weinig winkeliers hielden zich aan dit voorschrift. De enkelen, die de moed hadden het regeringsbevel op te volgen, werden door het volk geplunderd. De kerken moesten ook gesloten zijn, maar in de kerk van St. Mar garet te Westminster werd toch gepreekt en altaar en kansel waren met dennegroen versierd. Natuur lijk werden de voorganger, de kos ter en de voorzanger gearresteerd, maar de politie werd door het volk zo belaagd, dat zij de arrestanten met een „ernstige vermaning" lie ten gaan. Het jaar daarop herhaalde zich het oproer van het volk, dat zich het Kerstfeest niet ontnemen liet. Het parlement besloot toen, Kerst mis geheel af te schaffen. Duizen den protestanten namén stelling tegen deze maatregel en relletjes tegen de parlementsleden waren aan de orde van de dag. Tóch kon het niet voorkomen, dat het verbod bleef gehandhaafd. Ook toen enige jaren later Cromwell aan de macht kwam, bleef Kerstmis op „de in dex", alleen vcor schooljongens schreef hij voor, dat elke tweede Dinsdag in de maand een feestdag zou zijn, ter compensatie van het weggevallen Kerstfeest. Zo bleef het, tot Karei II in 1660 de troon besteeg en aan deze toe stand een einde maakte, In dat jaar werd voor het eerst na twin tig jaren weer het Kerstfeest ge vierd en natuurlijk uitbundiger dan ooit tevoren, In Amerika "Tp R is nog een geval bekend dat het' Kerstfeest genegeerd werd, zij het dan niet om religieuze of politieke redenen. Dat was in 1876 irt Amerika. In dat jaar verklaar de de directie van de New Yorkse Beurs, dal in tegenstelling tot vroe ge»- de Beurs op 24 December ..Christmas eve" geopend zou zijn cn dat de handel normaal zou plaats hebben. Waarschijnlijk was Waïlstreet nog niet zo op het verdienen inge steld als vandaag aan de dag want alle makelaars, beursbezoekers en de klerken gingen tot een spontaan, protest over. Tezamen met de ban kiers en procuratiehouders ver schenen zij in de vreemdste car navalskleding en toen de deuren geopend wérden vluchtten ze niet naar hun boxes, maar richtten een carnaval aan, zoals er in geen ja ren gevierd was. Met dit protest word de grond slag gelegd voor de jaarlijks weer kerende traditie van het Kerstbal, die tot in deze eeuw. nog heeft voortgeduurd.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1948 | | pagina 3