Kaas kopen is een kunst en een kwestie van smaak JUICH! Een sprookje wordt werkelijkheid op expositie in Amsterdam ZeghéeToon Hermans! Het winkelcentrum achter de Coolsingel DIAMANTEN FLONKEREN. Nuchter doel: propaganda voor het zwaar getroffen vak Belangrijke bron van deviezen VOORKOMT Edammer is droger en minder vet dan de boeren-Goudse Smeerkaas is geen afval JONGENS EN MEISJES Wl De kleine men droomt van inkie's avonturen.. Prof. van den Broek geeft toelichting 4 Zaterdag 19 Februari 1949 Diamantslijver aan zyn „mo len". De poreus-vieren slijp- schijf draait met een snelheid van ongeveer 2400 omuienteiin- gen per minuut (40 per secon de,'). De slijper smeert er een menpsel van ftfnsestömpfe dia mant (boort) en olie op, waar door bü het sly'pen een laao xoordt gevormd, die harder is dan diamant en deze dus afslijpt (Van een eigen redacteur) T N Juni zal voor velen een sprookje "werkelijkheid worden: in Amster dam zal dan een diamant-tentoonstelling worden geopend zo groots. zx> ryk. zo sch«terend als er waarschijnlijk nergens ooit in de wereld een is geweest. Voor vele millioenen guldens aan ruwe en geslepen diamanten en juwelen zullen te zien zijn m de grote zaal van de Beurs voor de Diamanthandel aan het Weesper plein De grote, ietwat ouderwetse ruimte wordt volgens plannen van de binnenhuis-architect S Asscher, zo verbouwd, dat de sfeer van het sprookje wordt benaderd. lang noodzakelijk is voor verdere bewerking, daarna „gesneden" een enigszins misleidende uitdruk king. beter kan mer. zeggen rond- fiewreven en daarna geslepen. Dat slijpen kan geschieden vol gens verschillende modellen: er is de roos( rond, van onderen vlak, van boven bol), de briljant (rond, van onderen puntig, van boven vlak met schuive zyvlakken), de pendeloque (peervormig), de mar quis (ovaal), da senaal (rechthoe kig) enz. Iedere vorm eist zijn Cigen snij- en slyptechnaek. Wie er meer van wil weten kunnen wij een excursie naar een der Am sterdamse slijperijen {bij voorbeeld Asscher in de Tolstraat) sterk aanbevelen. Concurrentie De Amsterdamse diamant-in dustrie heeft met alleen te lijden onder een nijpend gebrek aan vaardige beoefenaars van dit vak. maar ook van een zware concur rentie uit het bmteiriand. Vooral de Duitse diamant-mjverbeid en dc Belgische buisindustrie (de laatste is wel ietwat aan het ta nen) bezorgen de Amsterdamse patroons en werklieden zware zor gen. Propaganda te maken voor het prima Amsterdamse product en daardoor het hoofd te kunnen bieden aan de concurrentie is het hoofddoel van de Amsterdamse expositie, die van 16 Juni tot 3 Juli wordt gehouden. Niet alleen Amsterdam, maar heel Nederland heeft er een groot belang bij dat de diamantindustrie nieuwe bloei tegemoet gaat. Dit vak toch is één van onze belang rijkste deviezen-.. bronnen! In 1917 bedroeg de uitvoer van diamant onge veer 25 miliioen, in 1948 zelfs f 40 miliioen. Dat ook de hoog ste, autoriteiten m ons' land dit belang oeseifen blijkt wel hieruit, dat prins Bernhard het beschermheerschap van de tentoonstel ling heeft aanvaard minister-president dr. W. Drees is voorzitter van het ere-comité, waarin verder zitting heb ben prof. L i e i- t i n c k, minister van Financien en nr. d'A illy, bur gemeester van Am sterdam. De buitenstaan ders, vooral de vrouwen die moeilijk een éta lage vol van. deze flonkerende kristallen kunnen passeren zul len de expositie wel in de eerste plaats bezoeken omdat daar zeer veel te genieten zal zijn. Een sprookje wordt daar voor hen werkelijkheid. VOOR velen heeft diamant, en alles wat daarmee samen hangt. een haast mystieke aan trekkingskracht. Hij, die zijn brood moet verdienen by de bewerking van of de handel in diamant, be ziet de zaken wat nuchterder. En deze nuchterheid komt ook tot uiting in het doel van de tentoon stelling: propaganda maken voor de bij uitstek Amsterdamse indus trie. die de laatste tientallen jaren een moeilijk bestaan lydt en door de bezetting bijna de genadeslag heeft gekregen. Omstreeks 1585 hebben de eer ste diamantbewerkers zich in Am sterdam gevestigd; de industrie daar bestaat dus ai ruim drie en een halve eeuw Het waren voor namelijk Spaanse en Portugese Joden door de inquisitie ver dreven uit hun land die zich in Amsterdam op het diamantvak toelegden. In de'loop der eeuwen brachten zij het tot zo grote bloei, dat in de tweede helft van de vorige eeuw Amsterdam voor een groot deel economisch „dreef" op dit vak. Welke plaats ook Am sterdam als „diamantstad" in de wereld had en ook de nee-gang, blijkt wel uit de volgende cijfers: in 1896 waren er in de hele we reld 11.750 diamant-bewerkers, waarvan er 8000 woonden en werkten in onze hoofdstad. In 1908 waren deze cijfers respectie velijk 15.000 en 900O (uit deze jaren dateert de opkomst van de Belgische diamant-nijverheid), in Een diamant-snijdster aan haar machine. De steen is met z.g„ce ment" een mengsel o.a. van en- ïce Ze harssoortcn gekit op de verstelbare spil. De snijdster houdt er een stuk onslijpbare diamant boort tegenaan en zo de diamant rond. 1920 waren de verhoudingen 30-000 en 11.000, in 1924 rond 23.000 en 6250, in 1929 ruim 34.000 en 6000 en in 1935 ongeveer 36 000 en 5000. In 1940 werkten in Amsterdam no& maar 4000 dia mantbewerkers. Nog 800 over De oorlog kwam, de Duitsers deporteerden het overgrote deel van de Joodse Nederlanders, waar onder zeer vele diamantbewerkers. Na de bevrijding waren in Am sterdam nog maar 800 over, de in eesten niet-Joden. Dank zij de propaganda, en de goede lonen, die nü in „het vak" worden ver diend vaak is het héél an ders! zijn er nu weer 1800 dia mant-slijpers, -snijders en -zagers, waaronder 330 leerlingen. Waarom heeft diamant zo'n vreemde aantrekkingskracht? Is het de grote waarde van deze sie raden of de stralende flonkering? Wij geloven haast beiden. Van ruwe diamant gaat voor de leek niet veel bekoring uit. Min of meer doorzichtige steentjes zijn het, voor de buitenstaander vaak kleurloze kristallen. De straling krijgt diamant let wel: er is geen verschil tussen diamant en briljant, deze laatste is slechts een bepaalde slijpvorm! door de langdurige bewerking, die hij on dergaat. De ruwe steen wordt eerst gekloofd of doorgezaagd, naar ge- Flakkee weet geen raad met de uien De handel m landbouwproducten, voornamelijk uien en wortelen, op Overflakkee ligt op het ogenblik bjj- na stil. De prijs van de uien, die enkele weken geleden nog twee ets per kilo was, is thans terug gelopen en men hoort spreken van 1 cent per kilogram. Veel landbouwers zitten nog met zeer veel uien. De laatste cijfers melden een hoeveelheid va» ongeveer 25 miliioen kilo. De boeren gaan zich afvragen wie deze hoe veelheid zal afnemen. Niet alleen de afzet van uien maar ook van de rode wortelen is een pro bleem. De oorzaak van bet overschot aan uien is, dat de oogst in Europa dit seizoen zeer groot was, terwijl ten gevolge van het zachte winterweer de consumtie laag is gebleven. Voor de wortelen geldt hetzelfde, dsgi in geringere mate, vernamen wy van bevoegde zijde. In het gehele land is een overschot van wortelen en uien» maar op Over flakkee, waar men zich vooral op de teelt hiervan heeft toegelegd, zijn de moeilijkheden voor de boeren, het grootst. Het Theater Plezier van Floris Meslier is in zoverre iets aparts, dat dit genre kleinkunst aan vrij wel alle definities ontsnapt. Het is geen zuiver cabaret, ook geen re vue, meer een cavalcade op de lichte toets zou men kunnen zeggen. Hoe 't ook zij, zelf betitelt het" zich als „grotesk-cabaret" en onder die vlag betracht Toon Her mans cum (en meestal: sine) suis een soort humor, die het bij een groot, gemêleerd publiek wel doet ook weer iets eigenaardigs voor een cabaret! De eerste stappen, die Hermans op dit terrein zette, zijn met ver rassing, ja gejuich ontvangen en zelfs is hij wel in één adem ge noemd met de grote Davids. Een veelbelovende figuur is hij stellig, maar zijn laatste creatie „Zeg., hèe! herinner aan het oude ver maan, daat men nooit hée moet zeggen, voor men over de brug is. Cabaret is voor een goed deel: contact met het publiek; Hermans legt dat gemakkelijk, hij weet de mensen als gaat 't spelenderwijs naar zich toe te trekken, maar hij verzwakt dat effect door teveel op de zaal te werken, door telkens te pauzeren om de lach oogst binnen te halen, zo in de trant van: heb ik dat niet aardig gezegd? Dit gebrek heeft hij met meer Nederlandse kleinkunstenaars ge meen en het zou in dit verband geen kwaad kunnen als hjj zijnoor eens te luisteren legde bij de En gelse en Amerikaanse collega's. Tempo mist men ook in de afwik keling van het programma en het merendeel der nummers zou min stens zo aardig geweest zijn, als ze tot de helft bekort waren. En waarom ook altijd weer de ernstige noot in zo'n luchtig programma? We hebben geen be zwaar tegen een navrant, scherp nummertje, waarin ook belangrij ker dingen bekeken worden, maar de loodzware oorlogsherinnering. „Toen en Nu" is toch wel teveel van het goede. Temeer omdat de grotesk-groep even later een stuk je zeer reële wereldpolitiek laat zien in een voortreffelijke dans- pantomime. Toon Hermans wordt bij zijn toeren krachtig by gestaan door Jan van Ees (dit was zijn 500ste optre den bij het Theater Plezier) en Wies je Bopwmeester, die ook het flier ligt voor een onschatbare waarde aan ruwe diamanten bijeen. Ze zijn afgebeeld op ongeveer een vierde van hun ware grootte. Straks zullen zij misschien, na de lange bewerking, de handen, oren of hate van een, ongetwijfeld rijke, dame sierenMaar meestal verdwijnen zy in de brandkasten als geldbelegging. leeuwenaandeel hebben van de sketches. Jack Bow valt op bij de dansen en het gezelschap wordt muzikaal aangevuld door de Melody Queens met Fredy Salten en Govert van Oest aan da vleugels. De eerste voorstelling in Luxor werd zeer hartelijk ontvangen. H. F. REEDIJK De besprekingen over het verdrag met Oostenrijk De plaatsvervangende minister van buitenlandse zaken der Grote Vier, die in Londen bijeen zijn om te trachten Oostenrijk aan een vre desverdrag te helpen, hebben beslo ten de Joegoslavische plaatsvervan gend minister van buitenlandse za ken, Ales Babler, de gelegenheid te geven een verklaring af te leggen. Men verwacht, dat Joegoslavië zijn aanspraken op herstelbetalingen en Oostenrijks gebied zal verminderen. oPeze Joegoslavische eisen vormden tot dusver de grootste hinderpaal om tot overeenstemming te komen. Een Oostenrijks afgevaardigde mag aanwezig zijn, wanneer Bebler het Joegoslavische standpunt uiteenzet. Oostenrijk zal daarna ra de gele genheid worden gesteld er op te antwoorden. Howard (Sonny) Ryan jr. uit Arlington, elf jaar, is een prima cricketer. Hij bowlde achtereen volgens games van 128,130 en 155, Teddy Edwards, vijf jaar, uit Atlanta rijdt heel uitstekend op een motorfiets. Advertentie l.M. keelontsteking I Gorgel regelmatig mei Superot. Eén tabtfltie opgelost In een gles <vnter doet wonderen. EEN pracht kaasje, mevrouw! U riet zo wit als boter. Wenst u het gesneden of aan «en stukje?" Mevrouw ziet en koopt, maar als meneer 's avonds dat ene losse plakje proeft, roept hy' naar de keuken: „Wat is dat voor kaas? Er is geen kraak of smaak aan!" Dat klopt ook, want witte kaas moet wel „te jong" zijn; ril Is nog niet voldoende gerijpt. Mevrouw heeft zich wat laten aanpraten, omdat zij seen verstand had van kaas. Toch is het zo eenvoudig wat meer over kaas te leren, voldoende in ieder geval om voortaan te weten, dat u een. goed stuk kaas koopt, precies naar uw smaak. betekent Utrecht, F Friesland, NH Noord-Holland, HB Zuid-Holland- Brabant. Ook het vetgehalte, vol vet, 40 of 20 is op dit kaasmerk vermeld. Natuurlijk vindt men deze mer ken niet op de gesmolten kaas, die als blokkaas, korstloze- of smeer kaas en zelfs als rookkaas in de handel wordt gebracht. Heeft een kaas zodanige gebreken, dat zij be zwaarlijk nog in de winkel ver kocht kan worden, dan stuurt men haar naar een kaassmelterij, waar de bovengenoemde producten ge maakt worden. Gesmolten kaas is een hoogwaardig voedingsmiddel, er zit geen „rommel" in, zij mist alleen „het karakter" van een natuurkaas. Gebreken Maar ook onze kaas kan wel eens slecht zijn. Evenals de mens, heeft de kaas ook ziekten en ge breken. Kaas werdt immers van melk gemaakt en de kwaliteit van het gras kan al invloed hebben op de smaak van de melk, die men dan weer in de kaas terugvindt. In melk zijn bacteriën; goedaardige en soms wel eens boze bacteriën, die het rijpingsproces van de kaas beïnvloeden. De kaas wordt gemaakt door bakken met melk door lebferment (uit de kalverenmaag) te doen stremmen. Als het vocht er dan uitgelopen is, houdt men een dikke brij, de wrongel over en die wordt in de vormen (Goudse of Edam mer) gekneed, daarna gepekeld en tenslotte op houten stellingen te drogen gezet. Dan begint het rij pingsproces en hoe zich dat precies voltrekt, weet men nog niet. Het resultaat treft men evenwel in de winkel aan: een voortreffelijke kaas, een goede en ook wel eens een slechte. Als er scheuren in het zuivel (dat is de vakterm voor de kaas binnen de korst) zijn, noemt men de arme kaas een „knijper" en dan moet men haar niet kopen, evenmin als een Goudse met tal van onregelmatige gaatjes in het zuivel. Een enkel, mooi, rond „vet- gaatje" mag er gerust in zijn, doch zo'n sponzige kaas moet beslist niet nemen. Als de kaas nog witte ALS kaas drie weken oud is, komt ze op de markt. Van 3 tot zes weken is ze jont., tot drie maanden belegen en daarna mag ze het ere-praedicaat oud dragen. Hoe ouder de kaas, hoe duurder zij verkocht mag worden, omdat zij zorgvuldig „gefokt" wordt, wat arbeidsloon en pak huisruimte kost en bovendien wordt zij lichter door vochtverlies. Jonge kaas is door haar hoger vochtgehalte nog zo zacht, dat men met de vinger de ^orst kan in drukken. Daarbij geldt wel, dat hoe vetter de kaas is, des te lan ger zjj zacht blijft. Er zijn ook kaassoorten, zoals de Parmezaanse, die men wel 20 jaar oud laat worden, zodat men haar alleen nog maar ge-, aspt of gema len kan gebruike: Zeer oude, har de kaas hebben de Italianen ons in macaronischotels en in sauzen leren waarderen. Vorm en soort Wij kennen het best de platte Goudse en de? ronde Edam mer. De - olvette Goudse is het typische product van de Holland se en Utrechtse boeren. Zij voeren het kaasbedrijf uit van vader op zoon en hun wekelijkse rit met hun product in de hoge houten karren opgestapeld, naar de oude markten van Gouda. Woerden en Bodegraven is een levendige tra ditie. Er is een enorm verschil in smaak bij die v< lvette kaas, rnaar de handelaren weten precies wel ke kaas J|hun'' boeren maken. De Edammer is een „evenwich tiger" product, omdat zij thans bijna alleen op de fabrieken l maakt wordt. Edammer is iets droger dan de boeren-Goudse en ook minder vet, al is dit verschil tussen 40 en volvet zeer gering. 40+ betekent 40% vet in de dro ge stof» volvet geeft 45% aan. Eerst groot verschil proeft men bij 20-j- kaas, die vaak taai en sma keloos is en eigenlijk alleen als zij jong is gegeten moet worden. Deze 20+ kaas. die fabrieken zowel in Goudse als in Edammer vorm ma ken was voor de oorlog voorname lijk een exportartikel, nu hebben wij deze kaas ook leren eten. De keuze van Edammer of Goud se is een kwestie van smaak en van wat men gewend is. Men moet beide soorten proberen en waarde ren. Daarnaast zijn in onze t aas- handel nog enkele minder beken de, doch bijzonder smakelijke soorten, zoals de Friese nagelkaas, die men beslist eens vragen moet. Deze nagelkaas met haar kruidna gelen is meestal zachter dan de zeer bekende Leidse of sieutelkaas met de komijntjes. Deze kaas is genoemd naar de streek, waar zij het eerst gemaakt werd en dat is al heel lang geleden. Nu maken de grote Friese fabrieken ook komij nekaas en die is zelfs in 20+ heel goed te eten. Waar vandaan? Of de kaas uit Friesland of uit Holland komt is gemakkelijk te onderscheiden. In de korst van de kaas is namelijk een plaatje aan gebracht, waarop cijfers en letters staan. Die worden door de kaas- controle-stations uitgereikt en zo'n plaatje, het kaasmerk moet Uw garantie 2ijn, Er zyn sinds kort nieuwe kaasmerken in om loop gebracht, met het oog op de internationale herkenning van het product, voorzien met het woord HOLLAND. Onder het woord HOLLAND staat het seriecijfer met de initia len van het xontrolestation. Een U Het nieuwe nummer van de KETELBINKIEKRANT is heden verschenen. Gezttode en spannende lectuur voor jongens en meisjes en.... voor vader en moeder: Een greep uit de Inhoud: Het avontuurlijke verhaal van de Rode Stier, het opperhoofd der Sioux. De vermake lijke geschiedenis van „Kareltje Kuif' en de lotgevallen van de „Drie Musketiers". „De avonturen van detective Robichon" en de belevenissen van „Belinda", het meisje dat voor de film wilde spelen. En niet te vergeten de avonturen van onze vrienden „Sneeuwvlok", .Ketelbinkie", „De onzichtbare Piccolo" en „Daantje". In dit nummer voorts een interessant interview met Abe Lenstra; een wetenschappelijk stukje van Oom Jan: .Mensen van 10.000 jaar geleden"; Bobbelmans brievenbus en uitknipprenten. Bovendien twee complete, spannende verhalen: „Oom Bob en de 3 spoken" „Reinier vliegt door de nacht" 2'j wsre#/v/£r MT ZUDFOF4 QNTftosffD ff MPT DF Cl/DF JfFTffO' Vrt BU ELKAQfi W zy t!/r M Jjf tal VEIBD/Xftm '0P OMHlEftMCBKm >vi BïlM. 5» »lao( lutter Halle P-ïW'e n»e is k sA Dit prachtige nummer van de KETELBINKIEKK ANT kost slechte f 0.20 cn kun je over enkele dagen kopen hij de bezorgers van „Het Rotterdamsch Parool", in boekwinkels en kiosken. ronden bij de korst heeft ïs zij „onrffp" en dus zonder enige smaak en zo zijn er tal van ge breken, met vreemde namen als „boekelscbeurtjes", „grofgaterig", die U zeker niet hoeft te weten. Als U tegenover de winkelier toont, dat U er „iets" van weet en vooral als U belangstelling toont, zal hy zjjn product ook met veel meer toewijding en liefde verko pen. En ook daarom gaat het. Verblijd hem als hij wakker wordt met het Ketelbinkieboek vol spannende avonturen (Baron Adriaan en Bobbelman naar Noord Amerika De strijd te gen Knots en Knars en de span nende avonturen van Kapitein Rob.) In Uw ken nissen- of fami liekring is nog wel iemand, die ook abonné wil worden van „Het .Rotterdamsch Parool". Maak hem abon né en U ontvangt als drie weken abonnementsgeld zijn voldaan, ge heel gratis een boek naar keuze. Naam van de nieuwe abonné Adres Plaats Betaling per week/kwartaal Aangebracht door abonné Adres Plaats Gewenst boek Deze bon ingevuld opzenden aan de abonnementenafdeling van „Het Rotterdamsch Parool", Schiedamsesmgel 42, Rotterdam VELE Rotterdamse winke liers, wier bedrijven in Mei 1940 in de binnenstad werden verwoest, dromen nog altijd van de „goede oude tijd". Zij zouden niets liever willen dan hun win kels in de oude vertrouwde trant en in een individuele stijl her bouwen. De mogelijkheden daartoe zijn thans geringer dan ooit. Wanneer zelfs groot-winkelbedrijven de in dividuele bouw niet aandurven, vanwege de enorme hoge bouwkos ten, spreekt dit voor de midden standswinkelbedrijven welhaast vanzelf. De financiële moeiliikheden bij de wederopbouw van hun verloren gegane bedrijfspanden, hebben het gros van de betrokken winkeliers te Rotterdam voor de noodzakelijk heid geplaatst van samenwerking en van combinatie bij de weder opbouw. Dit streven heeft zich ten slotte geconcretiseerd in een plan van de Centrale „Opbouwbelangen Rotter dam", tot het stichten van een. win kelcentrum in de binnenstad. De bcduvlhig hiervan zou zijn het bijeenbrengen van voldoende winkeliers met herbouwplannen en deze te doen deelnemen aan een gezamenlijk bouwplan. In overleg met het Asro werd dit winkelcentrum geprojecteerd ach ter de Coolsingel, van Binnenweg tot Kruiskade. Centrale „Opbouwbelangen Rot terdam" wist voor dit winkelcen trum 40 a 50 winkeliers te interes seren. Prof. ir. J. H. van den Broek werd uitgenodigd en bereid gevon den een voorlopig schetsontwerp te maken. In de lezingzaal van het Bouw centrum heeft prof. v. d. Broek Woensdagavond voor de deelne mers van het te stichten winkel centrum een toelichting gegeven op de bestaande plannen en op zijn ideeën. De spreker werd ingeleid door de secretaris van de Centrale, de heer J. C. Koegenboeg. Vooroordelen? Alvorens op zijn onderwerp na der in te gaan, achtte de heer v. d. Broek het blijkbaar nodig, mo gelijke vooroordelen tegen gecom bineerde winkelbouw, bij zijn toe hoorders weg te nemen. In dit verband maakte hij een vergelijking met de winkel van vroeger, waarin dikwijls ten koste van schoonheid en goede smaak, gestreefd werd naar de grootst mogelijke individualiteit, de win kel als „catalogus in natura" ook wat betreft de inrichting van de etalage en de winkels van nu, die een verzameling van op el kaar afgestemde eenheden dienen te zijn, die 'n aangenaam en geen „schreeuwend" straatbeeld vor men. Zo zag spreker het te vormen winkelcentrum achter de Coolsin gel, waarbü ondanks de eenheid van constructie, niettemin binnen het raam van de toebedeelde pand- breedte, een zekere graad van In dividualiteit mogelijk en zelfs zeer gewenst is. Aan de hand van lantaarnplaat jes gaf prof. van de Broek enig idee van het centrum, dat volgens de voorlopige plannen zal bestaan uit een achttien m^ter brede straat zonder rijverkeer en met een boomrij in het midden. Aan weers zijden komt een winkelfront van 7meter hoogte (een verdieping), 15 meter diepte en circa 8,5 meter pandbreedte. De inhoud van de winkels zou ongeveer 1000 m3 zijn, met inbe grip van de kelderruimte. Voor afwijkingen naar breedte en in houd van de winkels worden mo gelijkheden open gehouden. De hoogte zal evenwel gelijk zijn. Het winkelcentrum zal, zolang de resten van het Coolsingelzieken- huis gehandhaafd moeten worden (nog 5 tot 10 jaar), niet op de toe komstige, pleinvormige verbreding van de Binnenweg (ter hoogte van het gebouw van Van ïteeuwijk) uitmonden, maar beginnen bij de Oldenbarneveldtstraat. Deze straat en de Aert van Nesstraat krijgen 'n bebouwing van drie lagen. Achter het winkelcentrum, op minstens 50 meter afstanu daar van', zijn enige zeer hoge, vrij staande woningblokken ontwor pen. Prof. van de Broek verklaarde, dat zijn mededelingen slechts be trekking hadden op een werkplan, waarover nog uitvoerig overlegd zal worden met de dienst van stadsontwikkeling. Tijdens de rondvraag werd door enkele winkeliers-gegadigden de vrees geuit, dat het niet mogelijk zou zijn, de winkels van het cen trum, het gewenste en noodzake lijk geachte eigen cachet te geven. Prof. v. d. Broek achtte die moge lijkheid, zelfs bij ongeveer gelijke afmetingen, van de winkels wel de gelijk aanwezig; met de wensen van de deelnemers zal te dien aanzien rekening worden gehou den. Verscheidene winkeliers achtten 18 meter te breed voor het win kelcentrum. Zij beriepen zich daar bij o.m. op de „gezelligheid" van de vroegere acht meter brede Hoogstraat. Dit standpunt kon prof. v. cL Broek niet delen. Da boomrij in het midden van hot winkelcen trum zal de breedte breken, ter wijl deze bovendien verkleind zou kunnen worden door luifels aan de gevels. Bovendien verwees hij naar bekende winkelstraten in binnen- en buitenland, die ondanks haar breedte, van dikwijls meer dan 18 meter, niettemin als „ge slaagd" beschouwd kunnen wor den. Smalle straten maken de bo venbouw onrendabel, wanneer deze als woning en zelfs als kantoor is ingericht. Deze uiteenzetting en gedachten- wisseling heeft stellig haar nut ge had. Waarschijnlijk zijn we weer 'n stapje nader gekomen tot de verwezenlijking van het winkel centrum, dat, wanneer het slaagt en rendeert, voor vele Rotterdamse middenstanders 'n oplossing bete kent van vele thans bestaande moeilijkheden.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1949 | | pagina 4