iii Nederlanders gaan kamperen maar niet in een tent en Communistisch geruzie karig surrogaat voor veero of (Die didksüi (Mtricum Epos van de Airbornes begon vijf jaar geleden Toekomst is aan de bungalow en het zomerhuisje Twee minnaars in de val Neem tijdig kolen in huis Extra treinen op Prinsjesdag Huidige situatie demonstreert Russisch verlies aan prestige Arnhemmers proefden één ogenblik de smaak van de vrijheid Zaterdag 17 September 1949 5' VACANTIE VOOR HONDERDDUIZENDEN 1 (Van onze "speciale verslaggever) OP DE VELUWE. Boor iet sirnikgewas zie Ik de glimp van een huisje. Ik duw de takken opzfl en wring er tussen door. Dan zeg ik; „Pardon". Want ik sta Ineens voor een man, die het zich ln ztfn hemmetje gemakkelijk heeft gemaakt ln een ligstoel. Aan het tafeltje zit een vrouw ln een fleurige zomerjurk een hoek te lezen. „Geneer u niet", zegt de man. „Kom er hfl zitten als u zin hebt." En hjj wipt op de been en sleept uit het houten huisje een tweede ligstoel aan. Het blijkt een broodbezorger nit Botterdam te zijn, „Een klein loontje", 'vertelt hij. „Maar Ik wil er óók ieder Jaar nit in m(jn vacantle. Het vorige jaar ben ik ln Epe geweest. Maar hier in Voorthollen ls het ook best. Vroeger bleef ik altijd thuis ln- mijn vacantle, als ik tenminste vacantle had! Familie huiten had lk niet en In pension gaan, dat zat er niet an. Dat kunnen wij mensen niet betalen. Maar zo'n zomerhuisje, dat gaat wel, als we Iedere week wat opzij leggen. We zijn hier met ouzo dochter en we betalen voor dit huisje vijftien gulden per week. Voor onthUt, middageten en avondeten geven we 2.80 per persoon per dag. kaart hebben, welke wordt geveri fieerd aan de Burgerlijke Stand. Het ligt voor de hand, dat al deze bedrijven in de toekomst ook in een vakgroep verenigd moeten zijn. De vakgroep ORKAVA, de organisatie van kamphuizen en vacantieverblijven, is in opbouw als onderdeel van de Bedrijfs- horeca. De heer W. J. Bergman, een man die behalve commercieel inzicht ook een goede dosis idea lisme heeft, treedt op als secreta ris van de vakgroep en heeft boven dien zitting in het bestuur van de Nederlands* Khmoeerraad. HILVERSUM. Dezer dagen ontmoetten twee Hilversumse jon gemannen een paar melsje3 uit een internaat, voor wie hun. harten in liefde gingen gloeien. Ze maakten een afspraak voor een tweede keer en toen de meisjes niet kwamen opdagen, trokken ze naar het inter naatsgebouw. Hun poging illegaal binnen te komen verliep aanvanke lijk goed.^Langs een regenpijp be reikten .zij de eerste verdieping, maar daar werden 2ÜJ ontdekt door een der inwonenden. Deze sloeg alarm. De knapen vluchtten in het gebouw en raakten verdwaald op de zolder, waar zij door een drom opgewonden jonge meisjes werden omsingeld en bewaakt tot de poli tie kwam, die hen inrekende en met een flink standje naar huis stuurde. 2k heb er gezellig thee gedron ken bij het ruisen van de bomen en bij het sappige gekeuvel van mijn Rotterdamse vriend. Zijn sigaretten rolde hij zelf, maar ze waren best. Net als de thee van zijn vrouw overigens. En we heb ben op ons gemak het huisje be keken. Van buiten een aardig houten optrekje, passpnd in de omgeving. Van binnen een eenvou dige zit-slaapkamer, meer niet. Er staan een tweepersoons en een eenpersoons bed, een tafel en een paar stoelen en verder wat gerief voor wassen en kleren opbergen Dekens moet je hier zelf meebren gen of anders huren voor twintig cent per nacht Variaties Maar nu moet u niet denken, dat al die, misschien wel twintig duizend zomerhuisjes die er in Nederland zijn, er zo uitzien. Je hebt ze in alle soorten en alle maten. Voor twee personen maar ook voor tien. Je hebt huisjes met verscheidene slaapkamers, je hebt ze met aangebouwde W.C., je hebt ze met stromend water, met elec- trisch licht of met buta-gas, met of zonder kookgelegenheid. Je hebt ze met kachels of een open haard voor de gasten in de winter, die er ook zijn, vooral met de Kerst dagen. Je hebt ze van steen en van hout, met pannen gedekt en met rieten dak. En je kunt ook midden tussen de bomen een woonwagen huren, waar je zo een paard voor zou spannen. O, er zijn nog veel meer varia ties, Je hebt huisjes ergens midden op een weiland staan. "Wié langs de rijksweg van Amersfoort naar Apeldoorn gaat ziet ze bij Voort huizen links van de weg liggen. Maar de meeste staan toch in het bos. Je hebt ze, waar je zelf moet koken, waar je kunt koken en waar je niet mag koken. Je .hebt ze met z'n drieën bij elkaar of met^riientaUen. Je hebt ze rondom een centrale re creatie-zaal, waar men 's middags eet en 's avonds zelf toneelvoor stellingen in elkaar zet, als men daarvoor tenminste niet het kamp vuur verkiest. „Rabbits Hill" in Nieuw Milligen,' dat dertig huisjes heeft op_ een stuk bos, hei en zand- verschuiving van niet minder dan veertig hectare, heeft er een com plete winkel bij met zelfbediening, waar koek en vlees en azijn en zuurstokken en van alles en nog wat te koop is. Vervolmaakte tent Men noemt deze bedrijven kam- peercentra en men kan het zomer huisje dan ook beschouwen als de vervolmaakte tent. Men gaat hier om zo te zeggen kamperen, zonder dat men op handen en voeten over de grond behoeft te kruipen. Men heeft ook tal van kampeer- centra, waar men alleen maar op de ouderwetse wijze kamperen kan, al of niet met mogelijkheid om maaltijden in het centrum te betrekken. Men heeft in tal van bedrijven ook grote kamphuizen, met slaapzalen voor mannen en vrouwen o£ voor jongens en meis jes, net zo iets als jeugdherbergen dus. Er zijn verder nqg kampeer boerderijen, v/aar men in bedden of op stro slaapt op de plaats waar 's winters de koeien staan te loeien. Deze kampeercentra bieden een prachtige mogelijkheid om tal van Nederlanders (en.vreemdelin gen, want die komen ook al) op een goedkope en gezande manier hun .vacantle te laten doorbrengen. Ieder zal begrijpen, dat de toch altijd vrij dure hotels en pensions de grote stroom van „nieuwe vacantïegangers" niet kunnen op vangen en dat het buitenland er voorlopig ook niet al te veel van zal profiteren. Vooral voor deze mensen is de toekomst aan het zomerhuisje, de kamphut, de bun galow, hoe u het noemen wilt. Nu al zijn el deze kampeercen tra de hele zomer volledig bezet. Een groot aantal is al in Januari voor het hele seizoen tot in October vol geboekt. Naar schatting zijn er vijftienhonderd tot tweeduizend bedrijven met huisjes en tehuizen voor zomerverblijf en dan zijn ex nog vele honderden echte kam peerterreinen, Een man, die het weten kan, vertelde ons, dat er in de maand Augustus in ons_ land ^edere nacht wel een half millioen mensen van een van deze vele lo gies- en kampeergelegenheden bui ten de hotels en pensions hebben gebruik gemaakt. En men vindt de ze centra over het gehele land, het meest op de Yeluwe, in Limburg en Brabant, maar ook langs de kust op de Waddeneilanden, en in de Noordelijke provincies Het volgende, dat u dus duidelijk zal zijn is, dat het dringend nood zakelijk is, dat er op deze inrich tingen een uiterst doelmatige con- tröle wordt uitgeoefend. Er komen ook kinderen en het zijn overigens niet alleen de kin deren, die toezicht behoeven. En een voldoende contröle op deze huisjes is er nog beslist niet! „Veilig Tehuis" Dat weet de overheid ook- Zij riep destijds* de stichting „Veilig Tehuis" in het leven om het toe zicht te organiseren Maar toen het duidelijk werd, dat behalve de jeugd meer en meer ook de ouderen zich van deze en iets gerieflijker hokken en hutten gingen bedienen, werd de Neder landse Kampeerraad opgericht, waarvan „Veilig Tehuis" nu een onder-afdeling is. Er is een bestuur van vooraanstaande personen in het land met vertegenwoordiging van drie ministeries. De dagelijkse leiding heeft de heer A, C. Spijker man. Consulenten reizen het land af om-de centra te registreren en te inspecteren. Er zijn momenteel 1400 bedrij ven bezocht en geregistreerd. Er zijn er nog maar een honderd „goed gekeurd". De bedrijven, die in orde bevonden worden en er wordt speciaal gelet oo de kampleiding mogen een schild van „Veilig Tehuis" voeren als zij voor de jeugd geschikt geacht worden en van „Nederlandse Kampeerraad" indien zij voor volwassenen in orde zijn. Een aantal tehuizen heeft de schilden beide en boven dien nog het schild van. de ANWB en de aanduiding van een gemeen telijke goedkeuring. Een._aantal ge meenten verleent eerst goedkeuring na advies van de Nederlandse Kampeerraad te hebben ingewon nen. En het moet natuurlijk zover komen, dat alleen centra» die het schild van de stichting voeren, zijn toegestaan. In deze goedgekeurde centra worden alleen personen toegelaten, die een door de N.K.R. afgegevén kampkaart of gezins- Een ander voorbeeld van een bungalöWj die behoort tot een kampencentrum op de Veluwe. Stakings stemming in Engeland LONDEN. Slechts een week, nadat minister-president Clement Attlee het Britse vakverbond ge waarschuwd heeft, dat loonsverho gingen zonder een overeenkomende stijging in de productie tot inflatie zouden leiden, zijn ruim 7.000 Brit se arbeiders in staking. In Noord-Ierland zijn het er 3000 van de electriciteïtscentrale. Zij eisen, dat hun uurloon met 3% pence verhoogd wordt. In Schotland zijn 4.168 mijnwer kers in 12 mijnen thans reeds drie dagen in staking. Ook deze stakers eisen loonsverhoging. DEM HAAG. Het ministerie van economische zaken heeft begin Augustus reeds gewezen op de noodzaak, vroegtijdig een deel van het brandsfcoffenrantsoenen, zo no dig, bonvrije brandstoffen, in huis te nemen en daarmede niet te wachten tot het invallen van de koude. Aan deze oproep is door ve len gevolg gegeven. Een deel der brandstcrffenverbruikerg heeft zijn terugehoudenheid bij het afnemen van brandstoffen evenwel nog niet laten varen. Men wijst er nogmaals op, dat het niet tijdig afnemen van brandstoffen stagnatie in de distri butie met zich kan brengen, waar door voor betrokkenen in de win ter moeilijkheden zullen ontstaan. De handel wordt zowel met an- thraciet als met eierkolen en ess- kolen bevoorraad. Voer een. billijke verdeling van de beschikbare soor ten is het noodzakelijk, dat afleve ring Hén verbruikers in dezelfde verhouding geschiedt als waarin de handel deze soorten ontvangt. Avontuurlijke ontsnapping van 5 jeugdige Polen STOCKHOLM. Vijf jonge Ho len, twee hunner uitgerust met echte en drie anderen voorzien van kinderpistooltjes hebben de piloot van een Pools vliegtuig van de lijn Gdansk (Dantzig)—Kattowice ge dwongen van koers te veranderen ben te vliegen naar Zweden, waar het vliegtuig nabij Linköping een behouden landing maakte. De vijf mannen verklaarden deel uit te maken van een illegale organi satie en gezocht te worden door de geheime politie. In het vliegtuig bevond zich een bemanning van drie personen en 12 passagiers, on der wie de vijf vluchtelingen. De laatsten hebben de wens te ken nen gegeven, naar Amerika te rei zen. De vreemdelingendienst in Zweden verkeert nog in beraad of dit verzoek kan worden ingewil ligd, of dat de mannen zullen moe ten worden teruggezonden naar Polen. In verband met het te verwach ten druk reizigersvervoer naar en van Den Haag ter gelegenheid van Prinsjesdag, is op Dinsdag 20 Sep tember a.s. een aantal extra trei nen ingelegd. De tijden,,-van vertrek en aankomst zijn als volgt: Dordrecht.Den. Haag H.S.: Dordrecht v. 9.16 u.: Feyenoord v, 8 31 u.; Rotter dam Beurs v. 9.35 u.; Rotterdam Delftse Poort v. 9.40 uur; Schiedam v. 9 46 u; Delft v. 9.56 u.; Den Haag HS a. 10 04 u. Rotterdam Feyenoord—Den Haag HS: Feyenoord v. 8.31 u.; Rotterdam Beurs v. 8.35 u.; Rotterdam DP v. 8 40 u.; Schiedam v. 8.46 u Delft v. 8 53 u.; Den Haag HS a. 9 04 u. Feljenoorri v. 10 02 uRotterdam Beurs V. 10 06 u.; Rotterdam DP v. 1011 u.. Schiedam v. 10.17 n.; Delft v. 10 27 u.; Den Haag HS a. 10.35 u. Amsterdam CSDen Haag HS: Am sterdam CS v. 9.32 u.; Haarlem v. 8 48 u.; Leiden v. 10.14 u.; Den Haag HS a, 10 26 u. Amsterdam CS v. 10 03 u.; Haarlem v. 10.20 u.- Heemstede—Aerdenhout v. 10 2B u.; Leiden v, 10 45 u,; Den Haag HS a. 10.57 uur. Amsterdam CS v. 10.32 U; Haarlem v 10.48 u.; Leiden v 11.14 u.; Den Haag HS a. 3126 u. Utrecht CS—Den Haag SS: Utrecht CS v. 9 31 u.. Woerden v, 9 49 u.; Gouda V. 10 08 11.; Voorburg V. 10 29 u.; Den Haag SS a. 10.34 uur. GroningenDen Haag SS: Groningen v. G 33 uAssen v. 6 53 u,; Zwolle v. 7.47 u.; Amersfoort v. 8 37 uUtrecht CS v. 9 00 u. Gouda v. 9 30 u.; Den Haag HS a. 9.50 uur. Den Haag HSAmsterdam CS: Den Haag HS v. 17.02 u.* Leiden a. 17.15 u,; HeemstedeAerdenhcut a, 17.96 U.; Haarlem a. 17,42 uur; Amsterdam CS a. 17.53 uur. Den Haag HSAmsterdam CS: Den Haag HS v. 17 36 u,; Leiden a. 17.50 u.; HeemstedeAerdenhout a. 18.11 u Haarlem a. 1818 u.; Amsterdam CS a. 18 34 u. Den HaagUtrecht CS: Den Haag SS v. 18 00 u..' Voorburg a. 18 05 u.; Gouda a. 18 26 u Woerden a. 18.45 u.; Utrecht a. 19.01 uur. Den Haag SS v, 20 06 u.; Voorburg a. 20 10 uGouda a. 20.26 lx.; Woerden a. 20.44 u.; Utrecht CS a. 2100 UUT. Op verschillende stations wordt materieel in. reserve gehouden, dat gebruikt kan worden zodra daar aan behoefte bestaat. DE KINDERKRANT DEIS Hjnen had da oude hout- schreeuwde hij naar beneden, bijl en sloeg in één stag de noten, hakker en hun namen -waren J'. J?et meeminne^e vanuit boon-, om. Hodelfriet, Hudelfriet en Pienut. Hodelfriet was één meter tachtig lang. Hij was stoer en fors en sterk en krachtig en kon een dik ke eik in één slag omhakken. De tweede zoon, Hudelfriet, was één meter negen en zeventig lang, hij was ook stoer en fors en sterk en krachtig, hij kon een dikke eik in één slag (met nog een klein slag je) omhakken. Maar de derde jon gen, die jonge Pienut, och lieve help, dat leek nergens naar. Hij kon geeneens een boom omhakken en hij was nog geen één meter zestig. Hij was een priegeitje, een. stakkertje, een echt Pienutjel Nu woonde er in de hoofdstad van het land een Prinses, die veel last had van hoofdpijn. Hoe kwam dat? Zij vroeg het aan de hofarts, maar hij kon haar niet beter ma ken. Zij vroeg het aan een vreem de dokter, maar hij wist er ook geen raad op. Toen zei de Prinses: Ik weet. hoe het komtl Het komt van de notenboom, die achter in de tuin staat. Van die notenboom krijg ik zo'n hoofdpijn. Die moet worden omgehakt. Maar ja, nu wilde het geval, dat het een bijzonder grote en dikke en harde notenboom was. daar in de tuin van het paleis Die hakte ie zomaar niet om. De hofhout hakker wist er geen raad mee. En eindelijk liet de Koning van dat land omroepen, dat diegene, die de notenboom in de tuin van het paleis kon omhakken, met de prinses mocht trouwen. Nou, je begrijpt, wat een liefhebberij er ineens was voor houthakken. Van heinde en ver kwamen de jonge mannen met bijlen, en hakken dat ze deden! Maar het hielp geen zier, het hout was te hard. ^ATCrURLIJK gingen ook Ho delfriet en Hudelfriet een kansje wagen. Ze zeiden tegen hun broertje Pienut: Blijf jij maar thuis, Priegel, stakker! En Hodel friet kwam bij de notenboom, spuwde in rijn handen, nam de bijl, sloeg en.de boom bleef rustig staan. Er was zelfs geen kloof je in. En Hudelfriet sloeg eveneens met zijn bijl. maar er was nog niet de schijn van de schaduw van een klootje in. Stel je voor. Ondertussen was de arme kleine Pienut thuis bezig met waterput ten. Hij' putte de ene emmer wa ter na de andere, dat was tenmin ste iets wat hij kon. En toen' hu de tiende emmer water had geput, hoorde hij een stemmetje, dat riep: Gooi me weer in 't water, •gauw, gauw! Hü keek en keek en zag in de emmer een heel klein meerminnetje, een dwerg-meer- minnetje, zo te zeggen. Ze was heel bang in die emmer en wilde ■weer in de puti Pienut gooide haar er haastig in en toen. riep ze van tut de put: Dank, dank, Pienut. Kijk nu eens boven je ia de boom. Pienut keek naar boven en zag in de boom een klein zil veren bijltje hangen. Is dat voor de put. To verbijltje! Dank je, zei Pienut Hij klom op de ezel van zijn vader en reed naar de stad. Hij kwam nog juist op tijd om te zien. dat de laatste Hulde! hulde! riep de Prinses, het volk juichte. Pienut mocht met de Prinses trouwen. En boos dat Hodelfriet en Hu delfriet waren! Boos! En jaloers! jongeman vergeefs bezig was met Begrijp je dat? hakken. Toen kwam Pienut nader. Maar Pienut en de Prinses leef- spuwde in zjjrt handen, nam de den lang en gelukkig. Op de bodem, op de bodem van de Grote Oceaan ligt een koffer vol met zilveren dukaten. O. wat doen we, zeg wat doen wehée,wat doen we daar nu aan? Want die koffer kunnen wij daar toch niet laten.' Waar is Adriaan de Duikerkom 's evenAdriaanl Luister even, kom Js hier en kom 's praten: Zog, daar ligt iets op de bodem van de Grote Oceaan, 't Is een koffer, vol met zilveren dukaten! Okido! roept Adrriaan, Tc heb m'n duikerpak al aan, ach, wat is dte Adriaan toch by de pinken... Gaat hij duiken, ja of nee? Ja, daar duikt hij in de zee.' Ja, daar gaat ie, Jcyfc„ daar gaat ie, kijk 'm zinken! Eindlijk is hij op ae bodem van de Grote Oceaan Wat een wonderlijke dieren daar toch toonenl Van die nissen, grote mssen, die zo met hun staarten slaan, 't Is er vol met rood koraal en anemonen! Kleine vissen, grote vissen komen daar bij rissen aan kijk, dat hele grote beest met zijn lantaren! En een maanvis en een zwaardvis in die Grote Oceaan en een griezelige kreeft met grote scharenf Okido, zegt Adriaan, 'k zie de koffer daar al staan, Kan ie open? 't Zal wel gaan met deze loper! Nou, het slot gaat wel wat stroef, wat een zwaar karweitje, oef! en die koffer, ja die koffer is van koper. En de diepe binnenzak van z'n dikke duikerpak stopt hij boordevol met zilveren dukaten. Als het klaar is, wordt hij gauw op gehesen met een touw en dan staat hij op de wal gewoon te praten Nu, dan wordt de schat geteld, en wie krijgt dan al dat geld? wie krijgt aJ die zilvermunten, hè, u>at denk je? alle hinders uit de stad hebben éên dukaat gehad Jan en Piet en Kees en Klaas en Mien en Henkje, Wat, jij niet? Dan moet je gaan naar de Grote Oceaan, want er zitten in die kist nog drie dukaten. Doe je duikerpak maar aan, doe maar net als Adriaan! Durf je niet en doe je 't niet? Dan moet je *t laten. DE BALKAN EN ZIJN „SCHAAPJES" De Balkan blijft de Balkan. De kwalen van dat gebied dragen nu ten dele andere namen, maar in wezen zijn ze dezelfde gebleven. Men schendt of bedreigt nu eikaars grenzen. Men neemt oppositionele vluchtelingen uit het naburige land op, zo vaak deze behoefte hebben aan beveiliging. Maar het is nooit anders geweest sedert in die we reld, door het instorten van de Turkse heerschappij, weer grenzen bestaan. Oeroud, d.wx uit een In „Ons Koekje" is het een week best uit te houdenzelfs «iel langer. tijdperk vele decennia voor de eerste wereldoorlog, is de Macedo nische kwestie, als voorwendsel voor staznveten, rooftochten en bandietenwezen, Veel rechtstreek ser aanleiding tot grensschending vormde de veeroof, in het bijzon der het wegdrijven van kleinvee. Europa vond dit zeer minderwaar dig; voor de betrokkenen echter was het een ridderlijke sport, even eervol als echte corlog. Albanezen, Montenegrynen, Macedoniërs lie ten zich door geen westerse afkeu ring daarvan afhouden. De man nelijke eer gebood deze expedities, zoals uiteraard, een bedreigde aan zijn eer verplicht was zijn bezit met de wapens te verdedigen. Daarbij vielen natuurlijk geregeld doden. Nu is een mensenleven wel niet zo heel duur in die buurt. Maar ieder gewelddadig sterfgeval was een vlek op het blazoen van een „clan" tot het afdoende ge wrokenl was. Zoals overal ter we reld waar dergelijke begrippen heersen, had de wreker het niet in de eerste plaats gemunt op de eigenlijke moordenaar. Plicht was, het hoogste lid van de vijandelijke stam neer te schieten, dat men be reiken kon. Zo bloeide het vete wezen, dat tot geregelde invallen over en weer aanleiding gaf. Waar schapen ontbraken vond men an dere aanleidingen. De Macedoni sche kwestie heeft daarbij steeds hoog in koers gestaan. De Balkan was door dit alles van ouds een gevaarlijke hoek veten zelf. Maar anderen bemoei den zich ermee. Rusland hield, na dat het door Britten en Fransen met harde hand verhinderd was de Bosporus te bereiken, de Grieks- orthodoxe Slaven te vriend, voor een sluipend opdringen zuidwaarts. Het vond de Donau-monarchie op zijn weg, die met geld, en ook met brute la-acht, haar macht zuidoos telijk trachtte uit te breiden, Weenen vond daarbij de steun van Berlijn, dat streefde naar een uit straling van macht die over de Bosporus naar Bagdad strekte. Dit door; dr. M. v. Blankensteïn grote politieke spel compliceerde de schapcnroof en de, verwante, Macedonische kwestie. Want bei de machtsgroepen moesten hun prestige hooghouden bij hun be schermelingen in de Balkan. Dit heeft rechtstreeks geleid tot het ontbranden van de eerste wereld oorlog, en wat daarop is gevolgd. Hitier heeft deze samenhang, als aanloop tot onze rampspoed sedert 1914, al te zeer doen vergeten. Nu worden wij er weer terdege aan. herinnerd. Alleen sommige uiterlijkheden zyn. wat veranderd. Rusland, of schoon het oude streven naar ter sluikse expansie voortzettende, is een ander Rusland. Servië, meer dan verdubbeld, is tot Zuid-Slavië geworden, en zit op het ogenblik, door een samenloop van omstan digheden, zijn oude beschermer dwars. Rusland had toch Zuid-Sla- vië zo dringend nodig. Weer was, voor Europa. Niet vanwege deze lij nu zonder Krimoorlcg, maar wel met behulp van een Amerikaanse vlootdemonstratie, Turkije erin geslaagd, Ruslands plannen met de Bosporus te verijdelen. Het tegen woordige Rusland beschikt echter niet over de fluweel gehand- schoende hand van de oude Russi sche diplomatie, en het heeft al te veel dwang op Zuid-Slavië willen uitoefenen. Dat liep mis. Zuid- Slavië wist, dat er een nieuw evenwicht ontstaan was na het verdwijnen van de Donaumonar- chie: Amerika is nu de gevreesde tegenspeler van Moskou. Daarom liet het zich niet intimideren, zoals in 1914 niet door "Wenen. Rusland is geschrokken van de gevolgen van zijn plompe diploma tie. Zijn hele prestige by de vazal len is erdoor in gevaar geraakt. Het gmg schrikbarend gevaarlijk doen in de nabijheid van de Zuid-Slavische grens. Tito liet zich echter met overbluffen. Hij heeft Rusland te vaak zien terug wijken m de laatste jaren, om nog aan ernstige bedoelingen te gelo ven. Rusland probeert ieder mid del om Tïto klein te krijgen, of weg uit dit tranendal. Tot nog toe te vergeefs. Dit gaat het spel in de Balkan beheersen. Zuid-Slavië doet, uiter aard, niet meer mee aan het grens- spel tegen Griekenland. Het kan niet naar twee kanten aanstoten. Bulgarije is dit spel daarop blijk baar tc gevaarlijk gaan vinden en zegt, er ook mee te zijn opgehou den. "Welk een demonstratie van verminderd Russisch prestige. Nu blijven alleen nog de Albanezen, die alles durven omdat zij niets te verliezen hebben, over. Misschien wachten zij slechts om te worden afgekocht. Intussen doen de Grie ken, begrijpelijk genoeg, heel lelijk tegen deze lastige buren. Rusland verheft daartegen weer dreigend zijn stem, „Raak mijn Albanezen niet aan". Het zal wel op een ver gelijk aansturen, met Albanië als inzet, nu het Griekse spel toch ver loren is. Rusland speelt echter met slechte kaarten, en zijn grote te genspelers zijn daarvoor aller minst blind, „NIET TEVERGEEFS" Zondag 17 September 1944, vandaag vijf jaar geleden dus, loeiden, in de stad Arnhem om de paar uur de sirenes. De mensen wandelden rustig naar hun huizen en hun schuilkelders en op tweeduizend meter hoogte ronkten grote viermotorige bommenwerpers oostwaarts. Af en toe hoorde men wat schoten van het Duitse afweergeschut, maar verder bleef alles rustig. Niemand vermoedde dat nog diezelfde dag de mooie stad aan de Rijn tot een van de brandpunten van de tweede werelc^orlog worden zou. Niemand vermoedde, dat Arnhem, het toneel zou worden van een heldhaftige strijd, die tien dagen lang zou duren, van een heroïsche poging van Montgommery, zich meester te maken van de bruggen over onze grote rivieren om zó door te kunnen staten tot aan de oevers van de Zui** derzee en met één slag een groot deel van ons land van troepen te kun nen zuiveren hem dacht, dat bet leed en de angst voor de bombardementen nu spoedig tot het verleden zouden behoren. Maar de volgende dag waren de Duitsers ex nog en de derde dag ook en de vierde dag ook. Ze waren van hun eerste ver rassing bEkomen en teruggekeerd en hadden versterkingen gekregen van hun. Tijgertanks. die in het holst van de nacht ratelend over de Velperweg naar het geallieerde bruggenhoofd waren ge trokken, Toen slopen da spijt en de angst het hart van de Arnhemmers bin nen. Men voelde dat de dappere para chutisten tegen een verpletterende over macht streden en dat de kans nog al leen zou kunnen keren, wanneer héél spoedig uit het Zuiden hulp zou komen opdagen. Maar de hulp kwam niet. Te vergeefs keken de Britten aan de RtJn uit naar de tankcolonnes van het Twee de leger. De wereld hield de ade^a in,— Strijd tot de laatste man en de laatste patroon Even koen als groots was deze opzet en op meesterlijke wijze werd zij uitgevoerd. M.aar zij is niet gelukt. Door een toevallige samenloop van omstandigheden, onder andere de aanwezigheid van een aantal Duitse Tijgertanks in de buurt van Zutphen, konden de Duitsers meester blijven van het terrein. Maar het scheelde maar heel weinig. Enkele uren nadat de uitgeputte luchtlandingstroepen aan de voet van de trotse Euse- biuskerk of wat er van over was, de verbitterde en ongelijke strijd hadden moeten staken, joegen de geallieerde pantserspitsen door de smalle Brabantse corridor, over de geredde Waalbrug de Betuwe in. Maar de Duitsers waren net iets eerder. En het enige gevolg voor de Arnhemmers, dae enkele dagen lang al de zoete smaak der vrij* heïd hadden geproefd was dit, dat zij vermoeid en teleurgesteld in eindeloze stoeten weg moesten trekken uit hun stad, die vervol gens zou worden prijsgegeven aan Duitse vemleL en roofzueht. Omstreeks één. uur '5 middags scheer den die zeventiende September de Mos quito's en jagers Jaag over de stad. Bommenwerpers richtten hun neuzen naar de kazernes, dreunend boorden de bommen zich m hun doelen fonteinen van zand en rook spoten omhoog in de omgeving van het Wijlemsplem. Bran den woedden op diverse plaatsen toen de geallieerde toestellen witte condens- strepen achter zich trekkend, weer wegkoersten naar het westen Toen be gon het grote epos van de Airbornes. Ten Oosten Van de stad. op de helde bij Wolfheze en Oosterbeek kwamen de zweefvliegtuigen statig aangegleden en wierpen de parachutisten uit. En aver al tot ver in de omtrek raasden en bui telden de geallieerde jachtvliegtuigen over elkaar heen. schietend op alles wat maar van enige betekenis kon zijn voor de Duitse oorlogvoering Onafgebroken gingen de luchtlandingen ten Oosten an de Gelderse hoofdstad voort Als een lopend vuurtje ging het ge rucht door de stad .Ze zijn d*r, ze zijn d'r", ..Wie?" „.De Engelsen 1" „Je bent gekl" „Jawel, ze komen met duizenden en ze landen nog steeds I" In een oogwenk stond al wat Arn hemmer was boven op -het dak. En. de Duitsers slopen Arnhem uit als voelden zij, dat het spel verloren was. Hier en daar verscheen voor het eerst na vier bange jaren de vaderlandse driekleur,... Do Airbornes trokken door Oaster- beek, rukten op naar Arnhem en. be zetten de grote Rijnbrug. Ieder ln Am- Klaar het laatste uur van de Duitsers bad nog niet geslagen. Al streden de dappere Britten en Polen tot de laatste patroon en de laatste man, zij moesten tenslotte hun steeds neteliger geworden posities opgeven. Arnhem werd tot een dode stad leeg, verlaten, verwoest Tot het voorjaar van 1945 zou het duren eer de 49ste Britse divisie tussen puin hopen cn ruines Arnhem binnenrukte. Vandaag is het vijf jaar geleden, dat de grote strijd om Arnhem begon. Vijf jaar zfjn verstreken sinds daar op Ne derlandse bodem een strijd woedde, die zich voor altijd diep in de herinnering van Nederlanders en geallieerden heeft gegrift En een ogenblik gaan onze ge dachten terug naar die spannende Sep temberdagen. dat de vrijheid al zo dlchtby scheen maar tenslotte toch nog van ons werd weggenomen. Naar land genoot cn bondgenoot die daar zijn le ven heeft gelaten en die naar de woorden van Churchill ondanks het teleurstellende resultaat van de" korte strijd, toch niet tevergeefs gevallen ls. Geallieerden bezoeken slagveld van Arnhem ARNHEM. Na een tocht over het slagveld, hebben Engelsen en Oosterbekers Vrijdag gedefileerd langs het Airborne-monument te Oosterbeek, dat is opgericht ter na gedachtenis aan de parachutisten, die op 17 September 1944 en daarna landden bij Arnhem. De koninklijke harmonie „Ooster beek" die het Alrborne-wapen 1b het vaandel voert speelde na de kransleggingen het Engelse, Poolse en Nederlandse volkslied. Onder an deren werd het woord gevoerd door Britten en Polen, die van de lan dingstroepen deel uitmaakten.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1949 | | pagina 5