iii
Nederlanders gaan kamperen
maar niet in een tent
en
Communistisch geruzie karig
surrogaat voor veero of
(Die didksüi (Mtricum
Epos van de Airbornes
begon vijf jaar geleden
Toekomst is aan de bungalow
en het zomerhuisje
Twee minnaars in
de val
Neem tijdig kolen
in huis
Extra treinen op
Prinsjesdag
Huidige situatie demonstreert
Russisch verlies aan prestige
Arnhemmers proefden één ogenblik de
smaak van de vrijheid
Zaterdag 17 September 1949
5'
VACANTIE VOOR HONDERDDUIZENDEN 1
(Van onze "speciale verslaggever)
OP DE VELUWE. Boor iet sirnikgewas zie Ik de glimp van een
huisje. Ik duw de takken opzfl en wring er tussen door. Dan zeg ik;
„Pardon". Want ik sta Ineens voor een man, die het zich ln ztfn hemmetje
gemakkelijk heeft gemaakt ln een ligstoel. Aan het tafeltje zit een vrouw
ln een fleurige zomerjurk een hoek te lezen.
„Geneer u niet", zegt de man. „Kom er hfl zitten als u zin hebt." En hjj
wipt op de been en sleept uit het houten huisje een tweede ligstoel aan.
Het blijkt een broodbezorger nit Botterdam te zijn, „Een klein loontje",
'vertelt hij. „Maar Ik wil er óók ieder Jaar nit in m(jn vacantle. Het
vorige jaar ben ik ln Epe geweest. Maar hier in Voorthollen ls het ook
best. Vroeger bleef ik altijd thuis ln- mijn vacantle, als ik tenminste
vacantle had! Familie huiten had lk niet en In pension gaan, dat zat er
niet an. Dat kunnen wij mensen niet betalen. Maar zo'n zomerhuisje, dat
gaat wel, als we Iedere week wat opzij leggen. We zijn hier met ouzo
dochter en we betalen voor dit huisje vijftien gulden per week. Voor
onthUt, middageten en avondeten geven we 2.80 per persoon per dag.
kaart hebben, welke wordt geveri
fieerd aan de Burgerlijke Stand.
Het ligt voor de hand, dat al
deze bedrijven in de toekomst ook
in een vakgroep verenigd moeten
zijn. De vakgroep ORKAVA, de
organisatie van kamphuizen en
vacantieverblijven, is in opbouw
als onderdeel van de Bedrijfs-
horeca. De heer W. J. Bergman,
een man die behalve commercieel
inzicht ook een goede dosis idea
lisme heeft, treedt op als secreta
ris van de vakgroep en heeft boven
dien zitting in het bestuur van de
Nederlands* Khmoeerraad.
HILVERSUM. Dezer dagen
ontmoetten twee Hilversumse jon
gemannen een paar melsje3 uit een
internaat, voor wie hun. harten in
liefde gingen gloeien. Ze maakten
een afspraak voor een tweede keer
en toen de meisjes niet kwamen
opdagen, trokken ze naar het inter
naatsgebouw. Hun poging illegaal
binnen te komen verliep aanvanke
lijk goed.^Langs een regenpijp be
reikten .zij de eerste verdieping,
maar daar werden 2ÜJ ontdekt door
een der inwonenden. Deze sloeg
alarm. De knapen vluchtten in het
gebouw en raakten verdwaald op
de zolder, waar zij door een drom
opgewonden jonge meisjes werden
omsingeld en bewaakt tot de poli
tie kwam, die hen inrekende en
met een flink standje naar huis
stuurde.
2k heb er gezellig thee gedron
ken bij het ruisen van de bomen
en bij het sappige gekeuvel van
mijn Rotterdamse vriend. Zijn
sigaretten rolde hij zelf, maar ze
waren best. Net als de thee van
zijn vrouw overigens. En we heb
ben op ons gemak het huisje be
keken. Van buiten een aardig
houten optrekje, passpnd in de
omgeving. Van binnen een eenvou
dige zit-slaapkamer, meer niet. Er
staan een tweepersoons en een
eenpersoons bed, een tafel en een
paar stoelen en verder wat gerief
voor wassen en kleren opbergen
Dekens moet je hier zelf meebren
gen of anders huren voor twintig
cent per nacht
Variaties
Maar nu moet u niet denken,
dat al die, misschien wel twintig
duizend zomerhuisjes die er in
Nederland zijn, er zo uitzien. Je
hebt ze in alle soorten en alle
maten. Voor twee personen maar
ook voor tien. Je hebt huisjes met
verscheidene slaapkamers, je hebt
ze met aangebouwde W.C., je hebt
ze met stromend water, met elec-
trisch licht of met buta-gas, met of
zonder kookgelegenheid. Je hebt ze
met kachels of een open haard
voor de gasten in de winter, die er
ook zijn, vooral met de Kerst
dagen. Je hebt ze van steen en van
hout, met pannen gedekt en met
rieten dak. En je kunt ook midden
tussen de bomen een woonwagen
huren, waar je zo een paard voor
zou spannen.
O, er zijn nog veel meer varia
ties, Je hebt huisjes ergens midden
op een weiland staan. "Wié langs de
rijksweg van Amersfoort naar
Apeldoorn gaat ziet ze bij Voort
huizen links van de weg liggen.
Maar de meeste staan toch in het
bos. Je hebt ze, waar je zelf
moet koken, waar je kunt
koken en waar je niet mag
koken. Je .hebt ze met z'n drieën
bij elkaar of met^riientaUen. Je
hebt ze rondom een centrale re
creatie-zaal, waar men 's middags
eet en 's avonds zelf toneelvoor
stellingen in elkaar zet, als men
daarvoor tenminste niet het kamp
vuur verkiest. „Rabbits Hill" in
Nieuw Milligen,' dat dertig huisjes
heeft op_ een stuk bos, hei en zand-
verschuiving van niet minder dan
veertig hectare, heeft er een com
plete winkel bij met zelfbediening,
waar koek en vlees en azijn en
zuurstokken en van alles en nog
wat te koop is.
Vervolmaakte tent
Men noemt deze bedrijven kam-
peercentra en men kan het zomer
huisje dan ook beschouwen als de
vervolmaakte tent. Men gaat hier
om zo te zeggen kamperen, zonder
dat men op handen en voeten over
de grond behoeft te kruipen.
Men heeft ook tal van kampeer-
centra, waar men alleen maar op
de ouderwetse wijze kamperen
kan, al of niet met mogelijkheid
om maaltijden in het centrum te
betrekken. Men heeft in tal van
bedrijven ook grote kamphuizen,
met slaapzalen voor mannen en
vrouwen o£ voor jongens en meis
jes, net zo iets als jeugdherbergen
dus. Er zijn verder nqg kampeer
boerderijen, v/aar men in bedden
of op stro slaapt op de plaats waar
's winters de koeien staan te loeien.
Deze kampeercentra bieden een
prachtige mogelijkheid om tal van
Nederlanders (en.vreemdelin
gen, want die komen ook al) op
een goedkope en gezande manier
hun .vacantle te laten doorbrengen.
Ieder zal begrijpen, dat de toch
altijd vrij dure hotels en pensions
de grote stroom van „nieuwe
vacantïegangers" niet kunnen op
vangen en dat het buitenland er
voorlopig ook niet al te veel van
zal profiteren. Vooral voor deze
mensen is de toekomst aan het
zomerhuisje, de kamphut, de bun
galow, hoe u het noemen wilt.
Nu al zijn el deze kampeercen
tra de hele zomer volledig bezet.
Een groot aantal is al in Januari
voor het hele seizoen tot in October
vol geboekt. Naar schatting zijn
er vijftienhonderd tot tweeduizend
bedrijven met huisjes en tehuizen
voor zomerverblijf en dan zijn ex
nog vele honderden echte kam
peerterreinen, Een man, die het
weten kan, vertelde ons, dat er in
de maand Augustus in ons_ land
^edere nacht wel een half millioen
mensen van een van deze vele lo
gies- en kampeergelegenheden bui
ten de hotels en pensions hebben
gebruik gemaakt. En men vindt de
ze centra over het gehele land, het
meest op de Yeluwe, in Limburg
en Brabant, maar ook langs de
kust op de Waddeneilanden, en in
de Noordelijke provincies
Het volgende, dat u dus duidelijk
zal zijn is, dat het dringend nood
zakelijk is, dat er op deze inrich
tingen een uiterst doelmatige con-
tröle wordt uitgeoefend.
Er komen ook kinderen en het
zijn overigens niet alleen de kin
deren, die toezicht behoeven. En
een voldoende contröle op deze
huisjes is er nog beslist niet!
„Veilig Tehuis"
Dat weet de overheid ook- Zij
riep destijds* de stichting „Veilig
Tehuis" in het leven om het toe
zicht te organiseren
Maar toen het duidelijk werd, dat
behalve de jeugd meer en meer
ook de ouderen zich van deze en
iets gerieflijker hokken en hutten
gingen bedienen, werd de Neder
landse Kampeerraad opgericht,
waarvan „Veilig Tehuis" nu een
onder-afdeling is. Er is een bestuur
van vooraanstaande personen in
het land met vertegenwoordiging
van drie ministeries. De dagelijkse
leiding heeft de heer A, C. Spijker
man. Consulenten reizen het land
af om-de centra te registreren en
te inspecteren.
Er zijn momenteel 1400 bedrij
ven bezocht en geregistreerd. Er
zijn er nog maar een honderd „goed
gekeurd". De bedrijven, die in orde
bevonden worden en er wordt
speciaal gelet oo de kampleiding
mogen een schild van „Veilig
Tehuis" voeren als zij voor de
jeugd geschikt geacht worden en
van „Nederlandse Kampeerraad"
indien zij voor volwassenen in
orde zijn. Een aantal tehuizen
heeft de schilden beide en boven
dien nog het schild van. de ANWB
en de aanduiding van een gemeen
telijke goedkeuring. Een._aantal ge
meenten verleent eerst goedkeuring
na advies van de Nederlandse
Kampeerraad te hebben ingewon
nen. En het moet natuurlijk zover
komen, dat alleen centra» die het
schild van de stichting voeren, zijn
toegestaan. In deze goedgekeurde
centra worden alleen personen
toegelaten, die een door de N.K.R.
afgegevén kampkaart of gezins-
Een ander voorbeeld van een
bungalöWj die behoort tot een
kampencentrum op de Veluwe.
Stakings stemming in
Engeland
LONDEN. Slechts een week,
nadat minister-president Clement
Attlee het Britse vakverbond ge
waarschuwd heeft, dat loonsverho
gingen zonder een overeenkomende
stijging in de productie tot inflatie
zouden leiden, zijn ruim 7.000 Brit
se arbeiders in staking.
In Noord-Ierland zijn het er 3000
van de electriciteïtscentrale. Zij
eisen, dat hun uurloon met 3%
pence verhoogd wordt.
In Schotland zijn 4.168 mijnwer
kers in 12 mijnen thans reeds drie
dagen in staking. Ook deze stakers
eisen loonsverhoging.
DEM HAAG. Het ministerie
van economische zaken heeft begin
Augustus reeds gewezen op de
noodzaak, vroegtijdig een deel van
het brandsfcoffenrantsoenen, zo no
dig, bonvrije brandstoffen, in huis
te nemen en daarmede niet te
wachten tot het invallen van de
koude. Aan deze oproep is door ve
len gevolg gegeven. Een deel der
brandstcrffenverbruikerg heeft zijn
terugehoudenheid bij het afnemen
van brandstoffen evenwel nog niet
laten varen. Men wijst er nogmaals
op, dat het niet tijdig afnemen van
brandstoffen stagnatie in de distri
butie met zich kan brengen, waar
door voor betrokkenen in de win
ter moeilijkheden zullen ontstaan.
De handel wordt zowel met an-
thraciet als met eierkolen en ess-
kolen bevoorraad. Voer een. billijke
verdeling van de beschikbare soor
ten is het noodzakelijk, dat afleve
ring Hén verbruikers in dezelfde
verhouding geschiedt als waarin de
handel deze soorten ontvangt.
Avontuurlijke ontsnapping
van 5 jeugdige Polen
STOCKHOLM. Vijf jonge Ho
len, twee hunner uitgerust met
echte en drie anderen voorzien van
kinderpistooltjes hebben de piloot
van een Pools vliegtuig van de lijn
Gdansk (Dantzig)—Kattowice ge
dwongen van koers te veranderen
ben te vliegen naar Zweden,
waar het vliegtuig nabij Linköping
een behouden landing maakte. De
vijf mannen verklaarden deel uit
te maken van een illegale organi
satie en gezocht te worden door
de geheime politie. In het vliegtuig
bevond zich een bemanning van
drie personen en 12 passagiers, on
der wie de vijf vluchtelingen. De
laatsten hebben de wens te ken
nen gegeven, naar Amerika te rei
zen. De vreemdelingendienst in
Zweden verkeert nog in beraad of
dit verzoek kan worden ingewil
ligd, of dat de mannen zullen moe
ten worden teruggezonden naar
Polen.
In verband met het te verwach
ten druk reizigersvervoer naar en
van Den Haag ter gelegenheid van
Prinsjesdag, is op Dinsdag 20 Sep
tember a.s. een aantal extra trei
nen ingelegd.
De tijden,,-van vertrek en aankomst
zijn als volgt:
Dordrecht.Den. Haag H.S.: Dordrecht
v. 9.16 u.: Feyenoord v, 8 31 u.; Rotter
dam Beurs v. 9.35 u.; Rotterdam Delftse
Poort v. 9.40 uur; Schiedam v. 9 46 u;
Delft v. 9.56 u.; Den Haag HS a. 10 04 u.
Rotterdam Feyenoord—Den Haag HS:
Feyenoord v. 8.31 u.; Rotterdam Beurs
v. 8.35 u.; Rotterdam DP v. 8 40 u.;
Schiedam v. 8.46 u Delft v. 8 53 u.;
Den Haag HS a. 9 04 u.
Feljenoorri v. 10 02 uRotterdam
Beurs V. 10 06 u.; Rotterdam DP v.
1011 u.. Schiedam v. 10.17 n.; Delft v.
10 27 u.; Den Haag HS a. 10.35 u.
Amsterdam CSDen Haag HS: Am
sterdam CS v. 9.32 u.; Haarlem v. 8 48
u.; Leiden v. 10.14 u.; Den Haag HS a,
10 26 u.
Amsterdam CS v. 10 03 u.; Haarlem
v. 10.20 u.- Heemstede—Aerdenhout v.
10 2B u.; Leiden v, 10 45 u,; Den Haag
HS a. 10.57 uur.
Amsterdam CS v. 10.32 U; Haarlem
v 10.48 u.; Leiden v 11.14 u.; Den Haag
HS a. 3126 u.
Utrecht CS—Den Haag SS: Utrecht
CS v. 9 31 u.. Woerden v, 9 49 u.; Gouda
V. 10 08 11.; Voorburg V. 10 29 u.; Den
Haag SS a. 10.34 uur.
GroningenDen Haag SS: Groningen
v. G 33 uAssen v. 6 53 u,; Zwolle v.
7.47 u.; Amersfoort v. 8 37 uUtrecht
CS v. 9 00 u. Gouda v. 9 30 u.; Den
Haag HS a. 9.50 uur.
Den Haag HSAmsterdam CS: Den
Haag HS v. 17.02 u.* Leiden a. 17.15 u,;
HeemstedeAerdenhcut a, 17.96 U.;
Haarlem a. 17,42 uur; Amsterdam CS a.
17.53 uur.
Den Haag HSAmsterdam CS: Den
Haag HS v. 17 36 u,; Leiden a. 17.50 u.;
HeemstedeAerdenhout a. 18.11 u
Haarlem a. 1818 u.; Amsterdam CS a.
18 34 u.
Den HaagUtrecht CS: Den Haag SS
v. 18 00 u..' Voorburg a. 18 05 u.; Gouda
a. 18 26 u Woerden a. 18.45 u.; Utrecht
a. 19.01 uur.
Den Haag SS v, 20 06 u.; Voorburg a.
20 10 uGouda a. 20.26 lx.; Woerden a.
20.44 u.; Utrecht CS a. 2100 UUT.
Op verschillende stations wordt
materieel in. reserve gehouden, dat
gebruikt kan worden zodra daar
aan behoefte bestaat.
DE KINDERKRANT
DEIS Hjnen had da oude hout- schreeuwde hij naar beneden, bijl en sloeg in één stag de noten,
hakker en hun namen -waren J'. J?et meeminne^e vanuit boon-, om.
Hodelfriet, Hudelfriet en Pienut.
Hodelfriet was één meter tachtig
lang. Hij was stoer en fors en
sterk en krachtig en kon een dik
ke eik in één slag omhakken. De
tweede zoon, Hudelfriet, was één
meter negen en zeventig lang, hij
was ook stoer en fors en sterk en
krachtig, hij kon een dikke eik in
één slag (met nog een klein slag
je) omhakken. Maar de derde jon
gen, die jonge Pienut, och lieve
help, dat leek nergens naar. Hij
kon geeneens een boom omhakken
en hij was nog geen één meter
zestig. Hij was een priegeitje, een.
stakkertje, een echt Pienutjel
Nu woonde er in de hoofdstad
van het land een Prinses, die veel
last had van hoofdpijn. Hoe kwam
dat? Zij vroeg het aan de hofarts,
maar hij kon haar niet beter ma
ken. Zij vroeg het aan een vreem
de dokter, maar hij wist er ook
geen raad op. Toen zei de Prinses:
Ik weet. hoe het komtl Het komt
van de notenboom, die achter in
de tuin staat. Van die notenboom
krijg ik zo'n hoofdpijn. Die moet
worden omgehakt.
Maar ja, nu wilde het geval, dat
het een bijzonder grote en dikke
en harde notenboom was. daar in
de tuin van het paleis Die hakte
ie zomaar niet om. De hofhout
hakker wist er geen raad mee.
En eindelijk liet de Koning van
dat land omroepen, dat diegene,
die de notenboom in de tuin van
het paleis kon omhakken, met de
prinses mocht trouwen. Nou, je
begrijpt, wat een liefhebberij er
ineens was voor houthakken. Van
heinde en ver kwamen de jonge
mannen met bijlen, en hakken dat
ze deden! Maar het hielp geen
zier, het hout was te hard.
^ATCrURLIJK gingen ook Ho
delfriet en Hudelfriet een
kansje wagen. Ze zeiden tegen hun
broertje Pienut: Blijf jij maar
thuis, Priegel, stakker! En Hodel
friet kwam bij de notenboom,
spuwde in rijn handen, nam de
bijl, sloeg en.de boom bleef
rustig staan. Er was zelfs geen
kloof je in. En Hudelfriet sloeg
eveneens met zijn bijl. maar er
was nog niet de schijn van de
schaduw van een klootje in.
Stel je voor.
Ondertussen was de arme kleine
Pienut thuis bezig met waterput
ten. Hij' putte de ene emmer wa
ter na de andere, dat was tenmin
ste iets wat hij kon. En toen' hu
de tiende emmer water had geput,
hoorde hij een stemmetje, dat
riep: Gooi me weer in 't water,
•gauw, gauw! Hü keek en keek en
zag in de emmer een heel klein
meerminnetje, een dwerg-meer-
minnetje, zo te zeggen. Ze was
heel bang in die emmer en wilde
■weer in de puti Pienut gooide
haar er haastig in en toen. riep
ze van tut de put: Dank, dank,
Pienut. Kijk nu eens boven je ia
de boom. Pienut keek naar boven
en zag in de boom een klein zil
veren bijltje hangen. Is dat voor
de put. To verbijltje!
Dank je, zei Pienut Hij klom
op de ezel van zijn vader en reed
naar de stad. Hij kwam nog juist
op tijd om te zien. dat de laatste
Hulde! hulde! riep de Prinses,
het volk juichte. Pienut mocht
met de Prinses trouwen.
En boos dat Hodelfriet en Hu
delfriet waren! Boos! En jaloers!
jongeman vergeefs bezig was met Begrijp je dat?
hakken. Toen kwam Pienut nader. Maar Pienut en de Prinses leef-
spuwde in zjjrt handen, nam de den lang en gelukkig.
Op de bodem, op de bodem van de Grote Oceaan
ligt een koffer vol met zilveren dukaten.
O. wat doen we, zeg wat doen wehée,wat doen we daar nu aan?
Want die koffer kunnen wij daar toch niet laten.'
Waar is Adriaan de Duikerkom 's evenAdriaanl
Luister even, kom Js hier en kom 's praten:
Zog, daar ligt iets op de bodem van de Grote Oceaan,
't Is een koffer, vol met zilveren dukaten!
Okido! roept Adrriaan,
Tc heb m'n duikerpak al aan,
ach, wat is dte Adriaan toch by de pinken...
Gaat hij duiken, ja of nee?
Ja, daar duikt hij in de zee.'
Ja, daar gaat ie, Jcyfc„ daar gaat ie, kijk 'm zinken!
Eindlijk is hij op ae bodem van de Grote Oceaan
Wat een wonderlijke dieren daar toch toonenl
Van die nissen, grote mssen, die zo met hun staarten slaan,
't Is er vol met rood koraal en anemonen!
Kleine vissen, grote vissen komen daar bij rissen aan
kijk, dat hele grote beest met zijn lantaren!
En een maanvis en een zwaardvis in die Grote Oceaan
en een griezelige kreeft met grote scharenf
Okido, zegt Adriaan,
'k zie de koffer daar al staan,
Kan ie open? 't Zal wel gaan met deze loper!
Nou, het slot gaat wel wat stroef,
wat een zwaar karweitje, oef!
en die koffer, ja die koffer is van koper.
En de diepe binnenzak
van z'n dikke duikerpak
stopt hij boordevol met zilveren dukaten.
Als het klaar is, wordt hij gauw
op gehesen met een touw
en dan staat hij op de wal gewoon te praten
Nu, dan wordt de schat geteld,
en wie krijgt dan al dat geld?
wie krijgt aJ die zilvermunten, hè, u>at denk je?
alle hinders uit de stad
hebben éên dukaat gehad
Jan en Piet en Kees en Klaas en Mien en Henkje,
Wat, jij niet? Dan moet je gaan
naar de Grote Oceaan,
want er zitten in die kist nog drie dukaten.
Doe je duikerpak maar aan,
doe maar net als Adriaan!
Durf je niet en doe je 't niet? Dan moet je *t laten.
DE BALKAN EN ZIJN „SCHAAPJES"
De Balkan blijft de Balkan. De
kwalen van dat gebied dragen nu
ten dele andere namen, maar in
wezen zijn ze dezelfde gebleven.
Men schendt of bedreigt nu eikaars
grenzen. Men neemt oppositionele
vluchtelingen uit het naburige land
op, zo vaak deze behoefte hebben
aan beveiliging. Maar het is nooit
anders geweest sedert in die we
reld, door het instorten van de
Turkse heerschappij, weer grenzen
bestaan. Oeroud, d.wx uit een
In „Ons Koekje" is het een week
best uit te houdenzelfs «iel
langer.
tijdperk vele decennia voor de
eerste wereldoorlog, is de Macedo
nische kwestie, als voorwendsel
voor staznveten, rooftochten en
bandietenwezen, Veel rechtstreek
ser aanleiding tot grensschending
vormde de veeroof, in het bijzon
der het wegdrijven van kleinvee.
Europa vond dit zeer minderwaar
dig; voor de betrokkenen echter
was het een ridderlijke sport, even
eervol als echte corlog. Albanezen,
Montenegrynen, Macedoniërs lie
ten zich door geen westerse afkeu
ring daarvan afhouden. De man
nelijke eer gebood deze expedities,
zoals uiteraard, een bedreigde aan
zijn eer verplicht was zijn bezit
met de wapens te verdedigen.
Daarbij vielen natuurlijk geregeld
doden. Nu is een mensenleven wel
niet zo heel duur in die buurt.
Maar ieder gewelddadig sterfgeval
was een vlek op het blazoen van
een „clan" tot het afdoende ge
wrokenl was. Zoals overal ter we
reld waar dergelijke begrippen
heersen, had de wreker het niet in
de eerste plaats gemunt op de
eigenlijke moordenaar. Plicht was,
het hoogste lid van de vijandelijke
stam neer te schieten, dat men be
reiken kon. Zo bloeide het vete
wezen, dat tot geregelde invallen
over en weer aanleiding gaf. Waar
schapen ontbraken vond men an
dere aanleidingen. De Macedoni
sche kwestie heeft daarbij steeds
hoog in koers gestaan.
De Balkan was door dit alles
van ouds een gevaarlijke hoek
veten zelf. Maar anderen bemoei
den zich ermee. Rusland hield, na
dat het door Britten en Fransen
met harde hand verhinderd was de
Bosporus te bereiken, de Grieks-
orthodoxe Slaven te vriend, voor
een sluipend opdringen zuidwaarts.
Het vond de Donau-monarchie op
zijn weg, die met geld, en ook met
brute la-acht, haar macht zuidoos
telijk trachtte uit te breiden,
Weenen vond daarbij de steun van
Berlijn, dat streefde naar een uit
straling van macht die over de
Bosporus naar Bagdad strekte. Dit
door;
dr. M. v. Blankensteïn
grote politieke spel compliceerde
de schapcnroof en de, verwante,
Macedonische kwestie. Want bei
de machtsgroepen moesten hun
prestige hooghouden bij hun be
schermelingen in de Balkan. Dit
heeft rechtstreeks geleid tot het
ontbranden van de eerste wereld
oorlog, en wat daarop is gevolgd.
Hitier heeft deze samenhang, als
aanloop tot onze rampspoed sedert
1914, al te zeer doen vergeten. Nu
worden wij er weer terdege aan.
herinnerd.
Alleen sommige uiterlijkheden
zyn. wat veranderd. Rusland, of
schoon het oude streven naar ter
sluikse expansie voortzettende, is
een ander Rusland. Servië, meer
dan verdubbeld, is tot Zuid-Slavië
geworden, en zit op het ogenblik,
door een samenloop van omstan
digheden, zijn oude beschermer
dwars. Rusland had toch Zuid-Sla-
vië zo dringend nodig. Weer was,
voor Europa. Niet vanwege deze lij nu zonder Krimoorlcg, maar wel
met behulp van een Amerikaanse
vlootdemonstratie, Turkije erin
geslaagd, Ruslands plannen met de
Bosporus te verijdelen. Het tegen
woordige Rusland beschikt echter
niet over de fluweel gehand-
schoende hand van de oude Russi
sche diplomatie, en het heeft al te
veel dwang op Zuid-Slavië willen
uitoefenen. Dat liep mis. Zuid-
Slavië wist, dat er een nieuw
evenwicht ontstaan was na het
verdwijnen van de Donaumonar-
chie: Amerika is nu de gevreesde
tegenspeler van Moskou. Daarom
liet het zich niet intimideren, zoals
in 1914 niet door "Wenen.
Rusland is geschrokken van de
gevolgen van zijn plompe diploma
tie. Zijn hele prestige by de vazal
len is erdoor in gevaar geraakt.
Het gmg schrikbarend gevaarlijk
doen in de nabijheid van de
Zuid-Slavische grens. Tito liet
zich echter met overbluffen. Hij
heeft Rusland te vaak zien terug
wijken m de laatste jaren, om nog
aan ernstige bedoelingen te gelo
ven. Rusland probeert ieder mid
del om Tïto klein te krijgen, of
weg uit dit tranendal. Tot nog toe
te vergeefs.
Dit gaat het spel in de Balkan
beheersen. Zuid-Slavië doet, uiter
aard, niet meer mee aan het grens-
spel tegen Griekenland. Het kan
niet naar twee kanten aanstoten.
Bulgarije is dit spel daarop blijk
baar tc gevaarlijk gaan vinden en
zegt, er ook mee te zijn opgehou
den. "Welk een demonstratie van
verminderd Russisch prestige. Nu
blijven alleen nog de Albanezen,
die alles durven omdat zij niets te
verliezen hebben, over. Misschien
wachten zij slechts om te worden
afgekocht. Intussen doen de Grie
ken, begrijpelijk genoeg, heel lelijk
tegen deze lastige buren. Rusland
verheft daartegen weer dreigend
zijn stem, „Raak mijn Albanezen
niet aan". Het zal wel op een ver
gelijk aansturen, met Albanië als
inzet, nu het Griekse spel toch ver
loren is. Rusland speelt echter met
slechte kaarten, en zijn grote te
genspelers zijn daarvoor aller
minst blind,
„NIET TEVERGEEFS"
Zondag 17 September 1944, vandaag vijf jaar geleden dus, loeiden, in
de stad Arnhem om de paar uur de sirenes. De mensen wandelden rustig
naar hun huizen en hun schuilkelders en op tweeduizend meter hoogte
ronkten grote viermotorige bommenwerpers oostwaarts. Af en toe hoorde
men wat schoten van het Duitse afweergeschut, maar verder bleef alles
rustig. Niemand vermoedde dat nog diezelfde dag de mooie stad aan de
Rijn tot een van de brandpunten van de tweede werelc^orlog worden
zou. Niemand vermoedde, dat Arnhem, het toneel zou worden van een
heldhaftige strijd, die tien dagen lang zou duren, van een heroïsche poging
van Montgommery, zich meester te maken van de bruggen over onze
grote rivieren om zó door te kunnen staten tot aan de oevers van de Zui**
derzee en met één slag een groot deel van ons land van troepen te kun
nen zuiveren
hem dacht, dat bet leed en de angst
voor de bombardementen nu spoedig
tot het verleden zouden behoren. Maar
de volgende dag waren de Duitsers ex
nog en de derde dag ook en de vierde
dag ook. Ze waren van hun eerste ver
rassing bEkomen en teruggekeerd en
hadden versterkingen gekregen van hun.
Tijgertanks. die in het holst van de
nacht ratelend over de Velperweg naar
het geallieerde bruggenhoofd waren ge
trokken, Toen slopen da spijt en de
angst het hart van de Arnhemmers bin
nen. Men voelde dat de dappere para
chutisten tegen een verpletterende over
macht streden en dat de kans nog al
leen zou kunnen keren, wanneer héél
spoedig uit het Zuiden hulp zou komen
opdagen. Maar de hulp kwam niet. Te
vergeefs keken de Britten aan de RtJn
uit naar de tankcolonnes van het Twee
de leger. De wereld hield de ade^a in,—
Strijd tot de laatste man
en de laatste patroon
Even koen als groots was deze
opzet en op meesterlijke wijze
werd zij uitgevoerd. M.aar zij is
niet gelukt. Door een toevallige
samenloop van omstandigheden,
onder andere de aanwezigheid van
een aantal Duitse Tijgertanks in de
buurt van Zutphen, konden de
Duitsers meester blijven van het
terrein. Maar het scheelde maar
heel weinig. Enkele uren nadat de
uitgeputte luchtlandingstroepen
aan de voet van de trotse Euse-
biuskerk of wat er van over was,
de verbitterde en ongelijke strijd
hadden moeten staken, joegen de
geallieerde pantserspitsen door de
smalle Brabantse corridor, over de
geredde Waalbrug de Betuwe in.
Maar de Duitsers waren net iets
eerder. En het enige gevolg voor
de Arnhemmers, dae enkele dagen
lang al de zoete smaak der vrij*
heïd hadden geproefd was dit, dat
zij vermoeid en teleurgesteld in
eindeloze stoeten weg moesten
trekken uit hun stad, die vervol
gens zou worden prijsgegeven aan
Duitse vemleL en roofzueht.
Omstreeks één. uur '5 middags scheer
den die zeventiende September de Mos
quito's en jagers Jaag over de stad.
Bommenwerpers richtten hun neuzen
naar de kazernes, dreunend boorden de
bommen zich m hun doelen fonteinen
van zand en rook spoten omhoog in de
omgeving van het Wijlemsplem. Bran
den woedden op diverse plaatsen toen
de geallieerde toestellen witte condens-
strepen achter zich trekkend, weer
wegkoersten naar het westen Toen be
gon het grote epos van de Airbornes.
Ten Oosten Van de stad. op de helde
bij Wolfheze en Oosterbeek kwamen de
zweefvliegtuigen statig aangegleden en
wierpen de parachutisten uit. En aver
al tot ver in de omtrek raasden en bui
telden de geallieerde jachtvliegtuigen
over elkaar heen. schietend op alles wat
maar van enige betekenis kon zijn voor
de Duitse oorlogvoering Onafgebroken
gingen de luchtlandingen ten Oosten
an de Gelderse hoofdstad voort
Als een lopend vuurtje ging het ge
rucht door de stad .Ze zijn d*r, ze zijn
d'r", ..Wie?" „.De Engelsen 1" „Je bent
gekl" „Jawel, ze komen met duizenden
en ze landen nog steeds I"
In een oogwenk stond al wat Arn
hemmer was boven op -het dak. En. de
Duitsers slopen Arnhem uit als voelden
zij, dat het spel verloren was. Hier en
daar verscheen voor het eerst na vier
bange jaren de vaderlandse driekleur,...
Do Airbornes trokken door Oaster-
beek, rukten op naar Arnhem en. be
zetten de grote Rijnbrug. Ieder ln Am-
Klaar het laatste uur van de Duitsers
bad nog niet geslagen. Al streden de
dappere Britten en Polen tot de laatste
patroon en de laatste man, zij moesten
tenslotte hun steeds neteliger geworden
posities opgeven. Arnhem werd tot een
dode stad leeg, verlaten, verwoest Tot
het voorjaar van 1945 zou het duren
eer de 49ste Britse divisie tussen puin
hopen cn ruines Arnhem binnenrukte.
Vandaag is het vijf jaar geleden, dat
de grote strijd om Arnhem begon. Vijf
jaar zfjn verstreken sinds daar op Ne
derlandse bodem een strijd woedde, die
zich voor altijd diep in de herinnering
van Nederlanders en geallieerden heeft
gegrift En een ogenblik gaan onze ge
dachten terug naar die spannende Sep
temberdagen. dat de vrijheid al zo
dlchtby scheen maar tenslotte toch nog
van ons werd weggenomen. Naar land
genoot cn bondgenoot die daar zijn le
ven heeft gelaten en die naar de
woorden van Churchill ondanks het
teleurstellende resultaat van de" korte
strijd, toch niet tevergeefs gevallen ls.
Geallieerden bezoeken
slagveld van Arnhem
ARNHEM. Na een tocht over
het slagveld, hebben Engelsen en
Oosterbekers Vrijdag gedefileerd
langs het Airborne-monument te
Oosterbeek, dat is opgericht ter na
gedachtenis aan de parachutisten,
die op 17 September 1944 en daarna
landden bij Arnhem.
De koninklijke harmonie „Ooster
beek" die het Alrborne-wapen 1b
het vaandel voert speelde na de
kransleggingen het Engelse, Poolse
en Nederlandse volkslied. Onder an
deren werd het woord gevoerd door
Britten en Polen, die van de lan
dingstroepen deel uitmaakten.