Franske brengt het vee over en draait de kast in Departement van oorlog houdt er vreemd argument op na frtivA!mp m IIP Terugslag Amerikaanse stakingen in veie gevallen rampzalig De grote piet steekt sigaar op en stapt in zijn Buick Geen romantiek tot smokkelen m - .0 Vrijstelling wèl verstuurdmaar nooit overhandigd Qfp jds Iwkhsd Kamerlid heeft voor de banken gepraat Packard moet twee dagen per week sluiten F Westerse bij Unieleden kunnen kuren elkaar gaan Woensdag 5 October 1949 3 (Van onze speciale verslaggever) AAN DE BELGISCHE GRENS. „Kom, wees nou niet kinderachtig. Hoeveel mensen denk je nou, dat er hier smokkelen op het dorp**. De hoog- bejaarde kastelein drinkt het pilsje, dat ik hem geoffreerd heb, uit. H|j kijkt nog eens om rich heen en bnigt zich naar mij over. „Non, van de honderd wel negentig zegt hij dan. „Alles smokkelt hier," gaat hij verder in een bui van vertrouwelijkheid, „tot de kinderen en vrouwen toe. Maar de jonge kerels het meest, da*s natuurlijk. De heb het vroeger zelf ook gedaan, je mag het best weten. Maar nou ben ik er te oud voor geworden," Ik laat nog eens inschenken. „Waarom zoude ge niet smokkelen", zegt de onde man dqr> „Het is toch geen zondigen tegen Gods wetten! Als ge nou rooft en moordt, dan is het wat anders. Maar waarom zoude ge niet smokkelen?" Dat is hier de algemene opvat ting. En praat er eens tegen. Het helpt u geen zier. Praat met de mannen, met de vrouwen, praat in de kroegen en in het open veld, praat m de woonkamers, waar men u gastvrij ontvangt, naar Bra bantse wijs, u koffie schenkt en het brood reikt, ook al verstaat ge het niet een kruiske te slaan. Het is hier een volk van smokkelaars in de grensdorpen, natuurlijk, de uitzonderingen daargelaten, smok kelaars, die in voortdurende strijd zijn met de kommiezen, die in hun groene jasjes plotseling zo verra derlijk uit het struikgewas opdui ken: „Hebt u goederen meege brachtV' Fabeltjes Maar denk nu niet, dat die smokkelaars en rommiezen elkaar naar het leven staan. Dat is een fabeltje, geschikt voor de romans, die nette dames en heren lezen, die nooit het vrije veld in de nacht hebben geroken, die nimmer door de ruigte gekropen zijn en hun handen hebben open gescheurd aan het prikkeldraad. De kommiezen vervolgen de smokkelaars zonder mededogen, ze bespieden ze overdag, letten op hun gaan en staan, telefoneren lïun boodschappen naar de andere pos ten en als ze er een bij de kladden kunnen krijgen, grijpen ze onver biddelijk. Meestal grijpen ze dan nog de man mis en kunnen ze alleen de in de vlucht achter gela ten last in beslag nemen en proces verbaal tegen „onbekend" opma ken. Maar dan nog zijn ze blij en trots met hun vangst. Maar pre cies even blij en even trots als de middenvoor die een doelpunt ge scoord heeft. Want dit heb ik wel gemerkt in de dagen, dat ik met hen verkeerde, voor de kommiezen is hun werk in de eerste plaats een sport. Een sport. Dat is het ook voor de tjonge kerels,'"die vrachten nylons, fluweel, badhanddoeken en andere spullen naar Nederland halen of vee naar de Bels brengen. Ze be spieden de douanen net zo als deze het hen doen en als ze weer be houden binnen zijn, smaken ze in de eerste plaats de voldoening, dat ze „d'n kommies" weer te handig zijn af geweest. De hele bevolking doet aan die sport mee. Ook de niet-smokke- laars, voor zover aanwezig. Een smokkelaar op de vlucht zal ner gens een gesloten deur vinden en overal kan hij zijn vrachtje wel even kwijt. En probeer ze maar eens uit te horen over de smokke larij - Ik weet van niks „Smokkelen? Nee, dat doen ze hier niet. Misschien een enkeling zo eens een pakske tabak. Nee, die van Helmond, die komen hier altijd smokkelen. Maar wat 2e halen, dat weet Ik zo net niet. Ik bemoei me nooit met zulke dingen. Lowies, schenk die meneer nog eens in., Maar'vijftig meter verder, aan de douanepost, zie je dan een groot lokaal, afgestampt vol met balen en pakken, kousen, handdoeken, tapijten, velours chiffon, noem maar op. En reeksen fietsen, vers in beslag genomen. Doortrappers, als er op gereden moest worden, dat schijnt practischer te zijn. Maar meest zijn het fietsen, waar je helemaal niet op kunt rijden. Zonder trappers, zonder ketting, zonder zadel. Het zijn duw-fietsen. Aan weerszijden van het frame een zware zak en dan duwen maar, de nacht in. Is er onraad, dan smijt je het zaakje neer en piept hem zelf de struiken in. Dan ben je alles kwijt, maar aan je fiets zal niemand rijk worden. Nee, in het dorp waar lange Lowies de borrel schenkt, daar smokkelen ze huis aan huis. Dat is wel duidelijk. Toch is er ook nog afgunst in het gilde. Een donkere, gedrongen man, pet achter op het hoofd, die een paar glaaskes te veel achter de Nieuw soort zink stukken in het Zijpe toegepast BKUINISSE Door enkele Bruinissers Is octrooi aangevraagd op een nieuwe uitvoeringsvorm van een zinkstuk voor „oeverver dediging". Een zinkstuk is, zoals bekend een van rijshout gevloch ten mat met stenen, die men op een bepaalde plaats wil laten zak ken om de stroom van eb en vloed te keren. Het zinkstuk vfjkt wat de bouw betreft, geheel af var. de reeds sedert honderden jaren in gebruik zijnde. Voor het thans gemaakte zinkstuk is belangrijk minder rijs- materiaal nodig, de aanmaak kan voor het grootste deel door onge oefende werklieden geschieden en voor het doen zinken en de be- stortin^ is belangrijk minder bak- last materiaal nodig. Al deze factoren werken een sterke besparing van kosten in de hand. Het nieuwe zinkstuk is sterk ep zeer soepel, waardoor op een ongelijke oever het talud beter kan worden gevolgd en afgesloten. Een proefstuk heeft men met goed gevolg laten zinken op de vooroever van de waterkering van het calamiteuze waterschap Brul- nisse in het Zijpe. kiezen heeft, roddelt in een onbe waakt ogenblik over zijn neef, hier op het dorp. „Die man beeft nog nooit gewerkt, nog geen slag. en zijn vrouw ook niet. Miar toch heeft hij al zijn kinderen op de Universiteit lopen. Ja, waar doet hij het van Die neef behoort tot de „onder vakgroep" der grote pieten. Groten stelen en kleinen stelen En nu wordt het tgd u in te lichten over de twee hoofdgroepen van smokkelaars, die er zijn: de groten en de kleintjes. De groten blijven buiten schot en de kleinen doen het vuile werk. Dat is vooral zo bij de gevaarlijkste handel, die met het vee. De grote koopt een partij beesten op. Franske of Sjuul of Sj eer aar zijn wel bereid de dieren over de grens te drijven of de pantser wagen te ryden. Van wie de bees ten precies zijn weet Franske niet, maar hij krijgt vijftig gulden voor een koe of een paar tientjes min der, soms ook wel een tientje meer, als er juist veel „aangeslagen" (gegrepen) zijn. Franske gaat soms alleen met het beest, maar meestal gaat hij met een hele ploeg, met een voorloper om de weg te ver kennen en een mannetje achteraan om insluiting tegen te gaan. Dat wordt dan dikwijls een optocht van tien koeien, die optrekt door de nacht, over de hei of langs de stille kronkelpaadjes, waar overal een patrouille kommiezen uit de struiken kan stappen. Als de tocht gelukt krijgen de jongens hun tientjes, maar de gro te pieten strijken hun duurdere briefjes op. Als het mis gaat draai en de jongens de kast in en de grote piet steekt een verse sigaar op. Braspartijen In Eindhoven en in Tilburg en in Breda, in Antwerpen en in Turnhout, in al die grotere plaat sen, daar kun je de „zware jon gens" van achter de schennen in de dure kroegen vinden, met rood ligt, jenever, vrouwen en de on misbare radiogramofoon, die het gesprek moet overstemmen voor TSJOE EM LAl minister van Buitenlandse Za ken van de communistische re gering in China, die alleen door de communistische landen is er kend. wie niet horen mogen wat er wordt af-gecomplotteerd. Voor duizenden guldens wordt er opgemaakt op zo'n avond. „Een rondje voor allemaal" lalt er dan een en hij gebaart met zijn bering de hand in het rond. En: cham pagne1 Neen, dat is geen fabel tje, brave lezer, ge kunt het met uw eigen ogen zien, als men u de weg wil wijzen. Een kellner, oud-stadgenoot, die ik tegenkom in zo'n café, fluistert me toe. „Ik heb het hier best. Al boden ze me ergens een baan van driehonderd gulden schoon in dc week, dan zou ik hier nog niet weg willen. Alleen is het een beetje uitkijken, want het is raar volk.,.." Klinkt het erg romantisch, wat u nu allemaal gelezen hebt? Erg sportief ook misschien? Ach, het heeft toch ook zo'n dieptragische kant. Er is geen smokkelaar of hij loopt vandaag of morgen tegen de lamp. „En zachte heelmeesters maken stinkende wonden," betoogt mr. Heukels, de officier van justi tie te Breda, als wij met hem pra ten. En zo denken zijn collega's aan de andere rechtbanken er ook over. En zo moeten zij er over denken. Voor de rechtbank Ik heb er zo mijn indrukken van mee genomen, toen ik een terecht zitting had meegemaakt. Een lange, bleke jongeman, struikelend over zijn boerse woor den. De heren achter de tafel, def tig in zwart en wit, met toga en bef. „Verdachte is recidivist. Ik ben van mening/ dat wij de veesmok- kel alleen met zware straffen de kop kunnen indrukken. Ik els tegen deze verdachte vier jaar ge vangenisstraf." Op de tribune begint een jonge vrouw heftig te snikken. Vier jaar. „Stilte" gebiedt de veldwachter. „Deurwaarder, volgende zaak." Een lange bleke iongen laat zich mee voeren. Hij kijkt om staat even stil, tuurt en wuift slapjes met zijn hand. De vrouw op de tribune snikt hartstochtelijk. Ze roept zijn naam. Twee oudere vrouwen ondersteu nen haar. Ze heeft vier kleine kin deren thuis „Volgende zaak," herhaalt de president ongeduldig. En hg hamert. Als ik buiten kom zie ik een slanke Buiek wegrijden. Aan het stuur, sigaar in het hoofd, een van de grote pieten van gisteravond in het café. Weer nieuwe plannen met de PBO DEN HAAG De minister van Economische Zaken heeft aan de voorzitter medegedeeld, dat hg in gevolge een reeds oude afspraak op Vrijdag 14 October en zo mogelijk ook reeds op Donderdag 13 October te Brussel een ministersconferentie van de Benelux-land en moet bijwo nen. Met het oog hierop is de voor zitter, in afwijking van zijn vroegere plan, voornemens aan de Kamer voor te stellen, de behandeling van de F.B.O.-ontwerp, indien deze niet op Vrijdag 7 October ten einde ge bracht kan worden, voort te zetten op Woensdag 12 October te 3 uur, met voortzetting zo nodig des avonds te Buur en indien ook dan de be handeling niet mocht worden vol tooid op Donderdag 13 October 's morgens te 11 uur. De Engelse devaluatie: 'n kleine koersverstoring OTTAWA. Ernest Bevin, de Engelse minister van buitenlandse zaken, heeft op een jiersconferentie te Ottawa verklaard, dat de veron derstelling van de Sowjet-Unie, dat de economie van het Westen onver mijdelijk moet ineenstorten, uit eindelijk „haar eigen ondergang" zou worden. „Onlangs trad een klei ne koersverstoring op", aldus Be- vin maar deze had voorkomen kun nen worden, „indien wij eerder be seft hadden, wat er aan de hand Periodieke uitkering verzetsslachtoffers Indonesië Op vragen van het Tweede Ka merlid .Weiter inzake de voorziening voor verzetsslachtoffers in Indone sië heeft minister Gotzen geant woord, dat een regeling in voorbe reiding is, welke beoogt aan de na bestaanden van verzetsslachtoffers- particulieren in stede van een voor vermindering vatbare uitkering op de voet van de Algemene Oorlogs ongevallen Regeling een onaantast bare periodieke uitkering te geven. Voor de nabestaanden van verzets slachtoffers, die landsdienaar waren, acht de regering van Indonesië een speciale voorziening niet nodig, om dat de voor dezen geldende regeling voor de toekenning van pensioenen en onderstanden (het z.g. smarte- geld), alleszins bevredigend wordt geacht. Twee vliegongelukjes worden nagepluist DEN HAAG De Raad voor de Luchtvaart zal op Maandag 17 October a.s.r te 14 uur, in de Sta tenzaal van' bet Ministerie van Verkeer en Waterstaat in openbare zitting een nader onderzoek instel len naar het ongeval, op 10 Febr. 1949, nabg Coliga (Portugal) over komen aan het vliegtuig PH-NCN van de N.V. Aero Holland. Dit vliegtuig werd bij het uit voeren van een noodlanding, we gens benzinegebrek, licht bescha digd; de vier inzittenden liepen hierbij echter geen verwondingen op. Tevens zal dan een nader onder zoek worden ingesteld naar het ongeval op 3 Mei 1949 op het Luchtvaartterrein Vpenburg over komen aan het vliegtuig PH-NCL van de N.V. Aero Holland. Dit vliegtuig is by het wegrijden naar de startplaats in botsing ge komen met een geparkeerd start wagentje, waarbij het ernstig werd beschadigd; persoonlijke ongeluk ken deden zich hierbij niet voor. SI.Bur.J.Wr.lZ^S Tewerkstelling-, In antwoord op Uw versoek- «cbrift vu 16 Kei 1949 d«*l Ut U aede. dat «eiien de t>«(rekkelijke korte tijd, welke U nog bil A* filjkedienat voor de Oltveering *bd Werken tewerkgesteld xolt blijven,-nl.tot l Pebrweri 1950- voor mij geen ssnleidlog beetsst om gunstig op tl* verdoek te beslissen. DE MI HlSTER VAN OQRLCG. Voor de Minister, SfT HOOFD DEH AFO. A »|A. Aas: Ir.k.liei jatek, kaap -Vledder-, Vl»dd«r (Sr), EEN REPRODUCTIE van een van de brieven, die Ir. A. Heystek ont ving van het Ministerie van Oorlog, ondertekent door de heer Lau- tenslagerloaarin deze op 30 Mei '949 verklaart, geen aan'siding te vinden het verzoek van de heer Heystek om. een andere vorm. van tewerkstelling in te willigen, omdat de heer Heystek nog maar „be trekkelijk korte tijd", n.l. tot 1 Februari 1950 acht maanden dus in het ïcamp Vied der zal moeten blijven. GEWETENSBEZWAREN TEGEN KRIJGSDIENST (II) MONUMENTEN GEVRAAGD EP. IS GOED NIEUWS gemeld van het monumentenfront. Daarom goed nieuws, omdat wy eigenlijk een beetje zijn gaan wan hopen of wij in onze stad ooit nog wel eens zouden toekomen aan net plaatsen van monumenten. Werke lijk, dit is geen overbodige weelde. Wij zijn op dit gebied nooit sterk geweest en vergeleken bij buiten landse steden zelfs erg zwak. Ons grootste en schoonste monument is onze haven. Die aaven is met ge weldige opofferingen tot stand ge komen en ze breidt zich nog steeds uit. Vorige generaties hebben dit blijkbaar meer dan voldoende ge vonden; er was trouwens geen tijd om aan iets anders te denken, de haven ging voor. Overigens, helemaal zonder mo numenten zaten wij met. De vreem deling mocht dan een Are de Tnomph of grote, imposante beel dengroepen vergeefs zoeken, op zijn weg door de rommelige Rot terdamse straten vond hij toch op een gegeven ogenblik een van ouderdom uitgeslagen Erasmus, een beschimmelde Van Hogendorp. een als een generaal poserende Tollens of een gedenknaald, waar mee wij het totstandkomen van de Nieuwe Waterweg bejubelden. En dan was bet zo'n beetje uit, want de haven ging voor. Wat er verder in de stad aan ge velstenen van historische waarde over was, is door het bombarde ment weggevaagd; zelfs de geuren uit het oude binnenhavenkwartier waarover Jan Prins met knagende nostalgie heeft geschreven, zijn verdwenen. Alleen het oerburger- lijke vrijheidsbeeld op de Grote Markt bleef gerpaard en dan heb ben wij ook nog Johan van Olden- bamevelt, die echter zo verscho len staat, als ware hij bang voor de regen. Het lijkt er veel op als of de eminente geleerde, de staats man, de verffabnkant-diehter, de juffrouw van Den Brïel en de raadspensionaris geweten heeft dat wij niet dik in de monumenten, zaten en daarom hardnekkig zijn blijven staan. Zg hebben er ra elk geval dit mee bereikt, dat wij ons niet op ons gemak voelen. (Van een onzer redacteuren) De Nederlandse wet kent de vrijstelling van krijgsdienst op grond van erkende gewetensbezwaren. Dc Nederlandse wet kent ook de vrijstel ling op grond van zogenaamde persoonlijke onmisbaarheid. In 1941 Ia bet In Nederland gebeurd, dat aan iemand, die tot de categorie der „oiunls- baren" behoorde, vrijstelling werd geweigerd, omdat hjj toevallig óók nog gewetensbezwaren tegen de krijgsdienst had en zich op de Dïenstwelge- ringswet beriep. Dat Is zonderling, omdat men geneigd is te veronder stellen, dat iemand persoonlijk onmisbaar is óf niet, maar dat zijn per soonlijke overtuiging daarmee niets te maken beert. Op het departement van oorlog dacht men er blijkbaar anders over. Dat was des te zonder linger, omdat omstreeks dezelfde tijd de reserve-kaptein P. G. Palmen van het bureau „Gewetensbezwaren" van het departement verklaarde: „Aan een principiële en erkende dienstweigeraar kan ln geval van onmisbaarheid even goed vrijstelling van burgerdienst pil obt worden verleend, als de militair onder die omstandigheden vrijstelling van militaire dienstplicht krijgt." Een standpunt, dat kapitein Palmen niet zo maar op z|in eigen houtje verkondigde, maar dat later door minister Schokking eveneens naa' voren werd gebracht. de zich ln verbinding' met het de partement en vroeg om instruc' *3. omdat de betrokkene geen gewoon dienstplichtige maar een dienstwei geraar was. Het departement ant woordde, dat de reeds verleende vrijstelling weer werd ingetrok ken.... Op 4 Mei 1949 antwoordde minis ter Schokking schriftelijk op enkele vragen, die in de Tweede Kamer waren gesteld. „Is het waar", zo had men geïnformeerd, „dat aan burger dienstplichtigen in bepaalde geval len vrijstelling van de burgerdienst- plicht wordt verleend?" „Als regel" aldus de minister, „wordt aan die burgerdienstplichtigen vrijstelling verleend, die daarvoor ook als mili tair ia aanmerking zouden zijn ge komen." Als regel! De heer Heystek had ondervonden, dat er op deze regel ook uitzonderingen waren. Hij be greep dan ook ten volle, waarom het betrokken Kamerlid tevens aan de minister bad gevraagd of een dergelijke „regel" niet beter in de wet kon worden vastgelegd. NOG VEEL ZONDERLINGER Da dienstplichtige A. Heystek, in genieur bij de Nederlandse Spoor wegen, ondervond dat het, ondanks die stellige verzekeringen van be voegde zgde, toch een groot ver schil uitmaakt of men onmisbaar is zonder meer, dan wel onmisbaar is, maar tevens bezwaren tegen de krijgsdienst heeft. Nadat hij als dienstweigeraar in fort Nieuwersluls was opgesloten, vroeg de Algemene Dienst van de Nederlandse Spoorwegen vrijstel ling voor hem aan, omdat dit be drijf hem nodig had. Dientengevol ge kwamen bij het departement van oorlog twéé verzoekschriften be treffende de dienstplichtige Heystek binnen. Dat van de Algemene Dienst der N.S. en dat van hemzelf, waar mee hij zich op de Dienstweigerings- wet benep. Beiden werden natuur lijk behandeld, zg het door versch'l- Icnde afdelingen en niet met dezelf de snelheid. Het verzoek van de Nederlandse Spoorwegen werd na ruim veertien dagen ingewilligd. Op 13 Februari kwam op het fort Nieuwersluïs het bericht binnen, dat aan dc dienst plichtige Heystek vrijstelling was verleend op grond van persoonlijke onmisbaarheid. Het had van Den Haag de omweg over Eist gemaakt, omdat het departement het naar het legeronderdeel had gezonden, waar toe de heer Heystek oorspronkelyk behoorde. Maar dit bericht heeft de gevangene in fort Nieuwersluls nooit bereikt. De commandant van het fort stel- PITTSBURGH. De gevolgen van de stakingen ln de Amerikaan se steenkool- en staalindustrie doen zich steeds sterker gevoelen. Een dezer gevolgen Is dat 100.000 man administratief personeel tot werkloosheid is gedoemd. Verder bljjkt dat de e taalproductie tot 8.2 procent van haar capaciteit gezakt is en dat o.a. de Packard Motor Company haar werk zaamheden aanzienlek heeft moeten Inkrimpen. Da havencommissie van Milwau kee heeft bekend gemaakt, dat 200 schepen, ongeveer da helft van de vloot van het Grote Meer, tydeltJk opgelegd zullen worden wanneer het staalconfliet niet binnen enkele dagen beëindigd is. Deze schepen transporteren eerst uit Minnesota en Michigan naar de staalfabrieken in Pensylvania en steenkool terug naar de Noordelijke staten. De New Yorkse centrale spoor wegen hebben wegens de steenkool- staking ongeveer 2000 man met verlof naar huis moeten sturen en volgens een officiële verklaring zal een langdurige staking in de staal- en steenkoolindustrie de spoorwe gen op een maandelijks verlies van 12 mlllloen dollar aan ontvangsten komen te staan. In Washington blijver de fede rale bemiddelaar Cyrus Ching en de presidentiële assistent John Steel- man inmiddels hun best doen om de conflicten over de pensioen-eisen van 514.000 b|j het CXO. aangeslo ten arbeiders in de staalindustrie en 380.000 leden van de United Minc- workers tot oplossing te brengen. Nabfl Grundy In Virginia Is de truck-chauffeur Walter Compton door een rollend rotsblok gedood, toen hij langs de voet van een berg reed. Sheriff Ishmael Fletcher, zei- de dat men een onderzoek Instelde naar de mogelijkheid of het rots blok opzettelijk gerold Is naar Compton, die niet aangesloten is hg de United Mine workers. De enige ataalproductle komt op het ogenblik van de onafhankelijke staalfabrieken en die fabrieken die contracten hebben met de United Steelworkera. De automobielindus trie heeft ln het algemeen genomen een staal voorraad voor 451 00 da gen, maar de Packard heeft reeds bekend gemaakt, dat z|j deze week gedurende twee dagen zal sluiten en een productievermindering onder het oog zal zien wegens de geringe voorraad aan grondstoffen. De federale cnergiecommlssie rap porteerde, dat de steenkool voorra den voldoende z|jn om de energie centrales en openbare nutsbedrijven gedurende drie maanden op gang te houden. VOOR DE ST1LGELEGDE- STAALFABR1EKEN en hoog ovens in de Verenigde Staten wordt gepost. Een van de stakers van de Carnegie Illinois fabrie ken komt met zijn drie kinderen kijken naar de posters voor een der grootste hoogovens in de we reld in South Chicago. (Anp- telefoto). Toen de heer Heystek eenmaal als principieel dienstweigeraar was er kend, uit het fort Nieuwersluïs was ontslagen en zich zo spoedig moge lijk naar het departement van oor log begaf, deed hij nog veel zonder linger ervaringen op. De reserve kapitein Palmen deelde hem moe, dat hij als dienstweigeraar toch heel goed vrijstelling op grond van per soonlijke onmisbaarheid zou kunnen krijgen. Maar toen daarop de Nedc: landse Spoorwegen opnieuw een verzoekschrift indienden, luidde net antwoord, dat aan de heer Heyste.se geen vrijstelling werd verleend. In Juni 1948 de heer Heystek had inmiddels een paar maal uitstel van zijn burger dienstplicht gehad verzochten de Nederlandse Spoor wegen wederom vrijstelling voor hem. Het antwoord luidde: „Aan gezien de betrokkene ingevolge de bepalingen van de Dienstweige ringswet in een burgerlyke tak van staatsdienst tewerk dient te worden gesteld, kan ik aan uw verzoek niet voldoen". De burgerdienstplichtige Heystek vertrok naar Drente om daar te werk te worden gesteld bij de D.U.W. Tien maanden lang spitte hij Jn de Drentse grond. Toen las bij in de krant het schriftelijk antwoord van minister Schokking aan een der Kamerleden. Hij stelde zich in ver binding met de spoorwegen en die dienden nogmaals een verzoek schrift in. Het antwoord was ver rassend. Het luidde, dat het inder daad toch wel mogelijk was op so- c.aal-econonusche gronden vrijstel ling van burgerdienstplicht te ver lenen, maar dat er geen aanleiding bestond het verzoek om vrijstelling in te willigenomdat de heer Heystek nog méér acht maanden als tewerkgestelde voor de boeg had. LAATSTE WIJSHEID De heer Heystek zelf was minder verrast dan men zou denken. Hij had al eens eerder ervaren, dat het argument van „het zijn nog mékr acht maanden" de laatste wgsbeih van het departement v&u oorlog is. Dat was toen hij de minister ver zocht op grond van zijn opleiding en Capaciteiten niet by de D.U.W,, maar bij de P.T.T. tewerk te mogen worden gesteld. De voor de hand liggende mot.even die hem daar toe brachten werden met aange vochten. Maar het verzoek werd af gewezen, ook al, omdat het niet meer de moeite waard zou zijn. Toen in de Zittingsperiode 1922/"23 de Dienstweigeringswet bij de Twee de Kamer werd ingediend en be handeld, merkte het Kamerlid Deckers op (Handelingen, blz. 22611: „Bij het toewnzen van de dienstwei geraar aan enig burgerwerk moet er rekening worden gehouden met aard en aanleg van de man." De toenma lige minister van oorlog, Zijne Ex- de hierop: „De heer Deckers heeft cellentie J. J. C. van Dijk, antwoord- een aantal punten genoemd, waar aan naar zijn mening zou moeten worden voldaan en in het algemeen kan de regering daarmee accoord gaan". (Handelingen blz. 2276). Voor het in werking treden van de Dienstweigeringswet verscheen op 3 Mei 1924 een Koninklijk Besluit, waarin o.m. werd bepaald, dat de commissie, die de gewetensbezwaren van de dienstweigeraar onderzoekt, de minister niet alleen daarover ad vies uitbrengt, maar ook over de meest geschikte tewerkstell.ng. In het geval van de heer Heystek is dat kennelijk niet geschied. Het zou ook niet de minste zin hebben ge- ZEKER, wij zouden in onze stad een paar flinke gedurfde mo numenten best kunnen gebruiken, temeer, nu er alle aanleiding voor bestaat. Om te beginnen wordt er al jarenlang gebroed ap een her denkingsmonument, dat de herin nering aan de zwaargetroffen stad en haar slachtoffers door de eeu wen heen brandende zal houden. Men weet de plaats waar dit zal komen en het is tenmiste iets, al het pover. Men weet blijkbaar ook de ontwerper, maar dit zegt minder, want als wjj goed zijn in gelicht, werden reeds enige malen ontwerpen afgekeurd. Wij schieten dus nog niet hard met dit herdenkingsmonument, nidden van deze plannenmake rij komt ons de tijding verrassen dat Rotterdam een Churchill-mo nument zal krijgen. Wij zouden bijna zeggen, dat er concurrentie op de markt komt, want met alle respect voor mr. Churchill;* wat wil men nu eigenlijk? Monumen ten kosten veel geld; het is waar- schynlgk de reden, waarom vroe ger zekere toonaangevende lieden het graven van een haven renda beler vonden dan het financieren van een dood stuk steen. Het is mogelijk dat de inzichten plotseling gewijzigd zijn, maar dan blijft het toch vreemd dat wij nu van het ene uiterste in het andere vallen. Een overdaad van plannen kan het verwezelijken van één plan slechts schaden,. Wij zouden daarom willen zeggen: laten wij het voorlopig houden op het her denkingsmonument, want daarop wachten wij al zo lang. Laten wij daar iets moois van maken, het herdenken van de gevallenen waardig. En dan? Wel, dan kunnen we weer zien. Intussen is er dan mis schien zoveel gebouwd in het cen trum, dat de behoefte aan gedenk tekenen rich nog sterker zal laten voelen. had. Sinds de jongste oorlog wor den op enkele uitzonderingen na alle erkende dienstweigeraars b|j de D.U.W, geplaatst. Blijkbaar heeft de heer Deckers destijds, ondanks het welwillende antwoord van mi nister Van Dijk, tóch voor de ban ken gepraat. DEN HAAG. Onlangs Is in Luxemburg een- bijeenkomst geweest van delegaties uit de vijf b|j het Pact van Brussel aangesloten landen; er ls toen een conventie opgesteld inzake internationale regeling van ziektekosten. Dr. C. van den Berg, directeur generaal voor de Interna tionale volksgezondheidszaken van het Ministerie van Sociale Zaken, die als hoofd der Nederlandse delegatie is opgetreden vertelde ons, dat over die bijeenkomst enige onjuiste berichten hebben gecirculeerd. In het kader van het Vijfmo- gendhedenverdrag bestaat een commissie voor de volksgezond heid en een commissie voor sociale zekerheid, In deze eerste commis sie nu zijn twee punten aan de orde gekomen, ten eerste: De wenselijkheid, dat inwoners van de vijf landen in een der vier andere landen, als zij er vertoeven, geneeskundige verzorging kunnen ontvangen op kosten van het land, waar zij verblijf houden. Het tweede punt, dat aan de orde kwam, was de vraag, of de vijf landen zouden kunnen samenwer ken op het gebied van de bad plaatsen. Men stelde zich voor, dat bijvoorbeeld een Engelsman of een Nederlander, die een badkuur het beste in een Franse badplaats zou moeten doen, zo nodig daartoe door de instellingen op het gebied van de sociale verzekering en der gelijke in het eigen land in staat zou moeten worden gesteld. In beginsel ztjn beide denkbeel den door de Volksgezondheidscom missie gunstig ontvangen. Daar evenwel bij beide onderwerpen ook de sociale verzekering betrok ken was, werd besloten beide za ken fn handen te stellen van een gemengde commissie, bestaande uit vertegenwoordigers van de Valksgezondheids- en van de So ciale Zekerheids com missie der vijf mogendheden. Deze gemengde commissie heeft thans in Luxem-' burg vergaderd' Het plan voor een internationale regeling van ziek- tekosten werd aanvaard, voorlo pig voor L jaar. Ten aanzien vhh het tweede punt bleek in.de vergadering menings verschil te bestaan over de me. dische doeltreffendheid van be handelingen in badplaatsen. De Nederlandse delegatie verzette zich allerminst tegen het denk beeld zelf, maar deze commissie was niet bevoegd in de medische kwestie een beslissing te nemen. Zij was van mening, dat deze aan gelegenheid ter beslissing diende te worden verwezen naar de com missie voor de volksgezondheid, hetgeen ook is gesch.ed. De Ceram en Batjan op thuisreis BATAVIA. Donderdagoch tend zijn Hr Ms „Ceram" en „Bat jan" uit de haven van Priok naar Nederland vertrokken. Alvorens de be.de korvetten ontmeerden, hielden de commandant der zeemacht In het oosten op de bak van Hr Ma „Ceram" een toespraak tot de ver zamelde bemanningen. Hij bedank te de thuisvaarders voor het nauw gezet vervullen van hun taak gedu rende de afgelopen jaren en wenste hun een goede reis en behouden vaart. Vervolgens begaf de vloot voogd zich naar het achterschip van Hr Ms „Ceram", waar hij persoon lijk afscheid nam van de officieren der beide oorlogsbodems.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Rotterdamsch Parool / De Schiedammer | 1949 | | pagina 3